E. du Perron
aan
H. Marsman
Den Haag 9 december 1931
Den Haag, Woensdag.
Beste Hennie,
Ik ben weinig schrijflustig; hetgeen je wel begrijpen zult als ik zeg dat ik net weer uit België terug ben waar ik weer pijnlijke dagen doorbracht. Simone moet er erg ellendig aan toe zijn en zit nu bij haar moeder in Montigny; mijn moeder is ook erg terneergeslagen onder dit alles, en krijgt daarbij net het heerlijke bericht dat haar andere zoonGa naar voetnoot1. (uit haar 1e huwelijk) in Indië door de doktoren opgegeven is. Longkanker en 44 jaar oud; binnen een maand kan hij dood zijn.
Hier is alles weer even ongesettled; ik weet werkelijk niet wat te doen: een baantje zoeken, waar mijn woonplaats dan vanaf zou hangen? naar Parijs gaan? naar Amsterdam? Eén ding is zeker: ik keer niet in mijn familiekring terug. Maar ik maak een harde tijd door, op dat gebied; en de rest zou goed zijn als ik maar niet zoo volkomen in het onzekere verkeerde.
Wil je nog eens informeeren hoe het met die scheiding staat? Als ik in Holland gedomicilieerd ben, dan moet ik toch scheiden voor de Holl. wet? Of moet alles zich dan toch in België afspelen?
Van Jany kreeg ik een alleraardigste brief. Hij zei me dat je bij hem was geweest. Heeft Pom je alweer aan-gecharmeerd? Wat vind je van Forum?
Met hartelijke groeten, ook aan Rina, steeds je
E.
- Ja, als ik naar P. ga inpl. v. naar A., spreken we nog af voor een slotconversatie.