E. du Perron
aan
G. Burssens
Brussel, 14 augustus 1930
Brussel, Donderdag.
Beste Burssens,
Net had ik je geschreven om je over het uitblijven van Niederland gerust te stellen, of je schrijft dat je het al terug hebt. Greshoff is er dus gauw mee klaar gekomen. - Neen, de landschapjes uit Slauer-hoff's Oost-AziëGa naar voetnoot* zijn niet onaardig, maar beschouwd als bij- en zijkantjes van zijn grotere werk; zo apart heeft het niets om het lijf. En Larrios is goed vertaald, maar geeft toch niet, geloof ik, de eigenaardige bekoring weer van zijn proza. - Ik neem Goris alias Gijsen te pakken in de volgende D.G.W. over een inepte bespreking (welwillend overigens) van Sl.'s bundel Saturnus.Ga naar voetnoot1. - Dat tijdschrift van die ‘Brusseleren’; neen, liever niet.Ga naar voetnoot2. Vechten is goed, maar ik doe het liever alleen, dan met bepaalde ‘kameraden’. Kom mij spoedig eens opzoeken! Tot nader. Je E.
Origineel: Letterenhuis, Antwerpen