Brieven. Deel 8. 3 december 1938-9 mei 1940

3827. Aan F.E.A. Batten: Bergen, 30 oktober 1939

Bergen, Maandag.

Beste Freddy,

Ingesloten de brief over Sjahsam^1. terug. Ik zal nog wat wachten alvorens met hem kennis te maken, - ook tot ik weer een brief van Sjahrir heb. 's Mans stijl en eischen zijn mij niet àl te sympathiek; dat gezwam over boeken die aan ‘socialistische en humanistische’ doeleinden moeten voldoen ken ik nu al te goed, ook uit Indonesia (met a!). Overigens, begrijpelijk is 't.

Maar De Nieuwe Kern moet je helpen, dat is een prachtblad.^2. Wil je mij het adres opgeven van de redactie daarvan? Dan abonneer ik mij ook. Staat het adres van De Kadt erbij?^*

Ingesloten de briefkaarten terug met een stuk van den revolverjournalist Veersema,^3. die - God weet waarom - mij altijd is bijgevallen toen ik in Indië zat en die nu boos op me schijnt te zijn. Misschien omdat ik nooit bij hem kwam, misschien om mijn opmerkingen over de Indische revolverjournalistiek, misschien uit idealisme (weet men ooit?) en omdat hij vindt dat ik krabben had moeten eten op een verlaten eiland.

Stuur me dit moois terug; zulke dingen zijn allemaal ‘gegevens’

1. Niet teruggevonden.

2. Socialistisch maandblad voor politiek, cultuur en wetenschap, van 1 oktober 1934 tot mei 1940 verschenen onder redactie van J. de Kadt en S. Tas. Het was zowel anti-fascistisch als anti-stalinistisch.

* Vergeet je ook niet mij het adres van de W.B. even te melden?

3. In De ochtendpost van 17 oktober 1939. Het artikel was een reactie op het vraaggesprek met DP in Het vaderland van 10 oktober (zie ook 3856 n 7).

[p. 287]

voor mijn volgend boek, - dat dezen heer ook wel krachtig mishagen zal.

Houd je goed. Hartelijke groeten van je

E.

Ik kreeg een prachtige brief van Soejitno, dien ik je zal laten lezen als ik weer in Den Haag ben.