Brieven. Deel 8. 3 december 1938-9 mei 1940
(1984)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd3699. Aan F.E.A. Batten: Giridjaja, 13 april 1939Giridjaja, 13 April 1939. Beste Freddy, Het pak is aangekomen. Sinjo Monjet (plaat) wordt gereproduceerd. Zoodra ik in Bandoeng terug ben stuur ik je het origineel aangeteekend terug. Ik schrijf je nu uit een dorpje op de Salak, waar wij geen kranten krijgen, in de hoop dat de europ. oorlog nog niet losgebroken is. Over 3 dagen zijn we in Band. terug. Laat ik je nu eerst even opgeven wat je voor me zou kunnen doen | |
[pagina 166]
| |
a/h Rijksarchief. Stapel zit in Lugano, maar misschien heeft hij je al geïntroduceerd; anders deed ik het zelf al, per brief.Ga naar voetnoot1. Je moet vragen naar juffrouw Roelofsz, die alles van de zaak weet, die de papieren al voor mij nazag en aan wie ik gevraagd heb je te helpen als je verschijnen zou. Nu de desiderata. Allereerst: afdruk v/e olieverfportret van C.S.W. van Hogendorp, in het Museum v. Oudheden te Rotterdam. Het schijnt dat je je hiervoor het best kunt wenden tot het Iconografisch Bureau, Korte Vijverberg 7, Den Haag. Een cliché 13 × 18 kost f 2.50 + 70 cts. voor de afdruk. Wil je me al deze kosten eerst voorschieten, ik verreken dat wel met Nix, dwz. dat hij ze met jou verrekent via mij. Nu de paperassen v. Hogend. i/h Rijksarchief. Er zijn er zóóvele en ze zijn zoo interessant dat ik mijn heele boek over Dirk heb uitgesteld tot ik in Holland terug zal zijn en ze zelf zal hebben gezien. Dit werk door remplaçanten laten doen is onmogelijk. Je hoeft je dus voor niets te interesseeren dan voor wat ik gebruiken kan voor de 2e bundel Ind. belletrie (Van Kr. tot S.): gedichten, enz. Ik vind nu op mijn lijstje, door juffr. Roelofsz opgemaakt: 1o Een morgengroet door Willem v.H. voor zijn vrouw Caroline v. Haren gedicht op 22 Oct. 1774, in Indië. Dit versGa naar voetnoot2. komt 5 × in de verzameling voor. Juffr. R. stuurde me een afschrift. Wil je die 5 lezingen vergelijken en als ze verschillend zijn mij de beste zenden, graag. Zijn ze gelijk, dan maar niet; want dan heb ik dit afschrift van juffr. R. Jaar 1922 nr. 127 (deze cijfersGa naar voetnoot3. zal juffr. R. wel voor je ‘waarmaken’) komt voor: afschrift v/d 3e acte v/h tooneelstuk Kraspoekol (v. Dirk) - dat is juist de acte die ik nemen wil - met kantteekeningen in een onbekende hand.Ga naar voetnoot4. Wil je die kantt. even doorzien en kijken of ze de moeite waard zijn? Zoo ja, neem dan de belangrijkste voor me over. Jrg. 1922 nr. 4 is weer die Morgengroet. 4 bis daarentegen is een | |
[pagina 167]
| |
‘vers à M. Bolomay’Ga naar voetnoot5. over een portret van mevr. Caroline v.H.) in nr. 140 komt een gedicht voor van Dirk (de vorige zijn van zijn papa) aan zijn zoon C.S.W. genaamd Le suicidé convertiGa naar voetnoot6.; dat zou ik graag hebben ('t is maar 2 blzn.) Stapel schreef mij dat in de brieven van Willem v.H. aan zijn vrouw (Jrg. 1913 no. 8) vele gedichtenGa naar voetnoot7. voorkomen (ook onder nr. 113 gecatalogiseerd), waarvan verschillende ‘indisch’. Wil je de me alle indische daarvan sturen; ook als ze in 't fransch zijn. Anders niet. Met ‘indisch’ bedoel ik vooral de inhoud: er is bv. bij een brief uit Rembang aan zijn kinderen in proza en poëzie (2 blzn.) en een ‘bezoek aan Buitenzorg’ (3 blzn). Verder zijn er gedichtenGa naar voetnoot8. van Dirk's zoon C.S.W.; gedrukte en in ms. - onder 126a v. jrg. 1922. De meeste zijn wschl. zonder eenige beteekenis voor Indië en i/h fransch, want deze C.S.W. was eerst kavallerie-officier onder Napoleon en zoo goed als Franschman, eerst later gaat hij naar Java. Zijn antwoordGa naar voetnoot9. op ‘le Suicidé converti’ van zijn vader (4 blzn.) zou ik wel willen hebben. Onder 126b zijn meer ‘familiegedichten’, hieronder een gedicht ‘Aan mijn zoon, bij de gedachte aan zijn voornemen het vaderland in deszelfs O. Ind. bezittingen te dienen’,Ga naar voetnoot10. daar staat althans de naam Java in, zegt juffr. Roelofsz. Als er verder niets bij is over Indië, schrijf me dan alleen maar hoe deze gedichten ongeveer zijn, want ik moet ze wel vermelden in mijn biograf. notitie. (De verhalenGa naar voetnoot11. die je me signaleerde, ken ik.) - Onder 127 komt een vers voor van Gijsbert Karel(!) ter verwelkoming van zijn 4-jarig neefje C.S.W., dat uit Indië komt,Ga naar voetnoot12. - dat erg graag! Verder is er een gelegenheidsgedichtGa naar voetnoot13. bij een afscheidspartij a/h echtpaar C.S.W. aangeboden in de Harmonie te Bat., door eenige bataviaasche ingezetenen, misschien ook wel aardig, als curiosum. Enfin, zie zelf wat bij al dit ‘letterkundige’ (er | |
[pagina 168]
| |
zijn ook verhandelingen bij) de moeite van het vermelden waard is. Maar schrijf maar niets over dat niet indisch is, want dat geeft je maar veel moeite en opnemen kan ik het dan toch niet. - Heel veel dank bij voorbaat. Ik eindig nu, want ik schrijf dit alles op een dekstoel, wat niet bepaald bevorderlijk is voor het prettig verloop. Schrijf je me gauw? Hartelijke groeten van Bep en van steeds je E. |
|