Brieven. Deel 8. 3 december 1938-9 mei 1940
(1984)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd3648. Aan D. de Vries: Bandoeng, 18 februari 1939Bandoeng, Zaterdag. Geachte Heer De Vries, Zou u willen nazien in Gedenkboek 1813 dl. I, in het opstel over G.K. van Hogendorp, van wie het portret is van den vader, Willem van Hogendorp, dat daarin voorkomt?Ga naar voetnoot1. Ik meen dat het er niet bij staat, maar wilt u mij dan opgeven wat er wèl van wordt verteld? Verder zou ik het citaat van Agon dat in De Muze op blz. 144 voorkomt eventueel bij herdruk willen uitbreiden met de 8 regels die erboven staan. Zou u de oudste druk van Agon weer voor u willen nemen en mij die 8 regels opzenden in de juiste spelling? Hier zijn ze in de spelling van Van Vloten: Zeg hem, dat ik, als hij, ben vluchtende geweest;
Maar dan nog evenwel, bij mijn vijand gevreesd;
Dat hij, gelijk als ik, weer tot den Throon verheven,
Het voorbeeld volgen durf, dat ik hem heb gegeven.
Dat ik alleen in 't Oost, altijd heb vrij geleefd,
En voor Batavia en haar raad niet gevreesd,
Die Raad, die dertig jaar, inspannend hare zinnen,
Mij door een vadermoord alleen kon overwinnen!Ga naar voetnoot2.
Het moet voorkomen op een van de laatste blzn. | |
[pagina 102]
| |
Dank voor deze beide dingen. Mocht u zelf mij op fouten betrappen in De Muze of op onvolledigheden, of mij iets nieuws kunnen ‘aanbrengen’, doet u dat dan vooral? Bij voorbaat heel hartelijk dank voor ‘al zulks’. Gaarne uw EduP. |
|