Brieven. Deel 7. 2 juli 1937-30 november 1938
(1981)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd3348. Aan het Bataviaasch nieuwsblad: Garoet, 27 november 1937Naar aanleiding van de boekbespreking van E.M.B. in Uw blad van 12 Nov. jl.Ga naar voetnoot1. het volgende: | |
[pagina 203]
| |
Ik wil dadelijk aannemen, dat het boek van Jef Hinderdael ‘Een spel van Groote menschen’, volkomen mislukt is. Uit het proza, hetgeen ik vroeger wel eens van den heer Hinderdael heb gelezen, kreeg ik geen goeden indruk van woordkunst en uitbeelding, en uw medewerkster E.M.B. heeft vaak op vertrouwenwekkende wijze boeken beoordeeld. Ik neem aan, dat E.M.B. niet behept is met overwaardige denkbeelden ten opzichte van de verhouding tusschen Hollanders en andere Nederlanders (de Zuid-Nederlanders of ‘Vlamingen’ in het bijzonder). Dan blijkt eens te meer de averechtsche uitwerking van ‘propagandistisch rederijkersproza’ dat als roman aan de lezers wordt aangeboden. Daaraan zal het dan wel zijn toe te schrijven, dat in deze boekbespreking, behalve het aanvaardbaar gemaakte ‘afmaken’ van het boek in kwestie, ook, zoo even in het voorbijgaan, het phenomeen ‘de Vlaamsche strijd’, met eenige vlotte bewoordingen wordt weggezet. En dat nog wel voor een ‘onschuldig publiek bij de thee’, waar zooiets er als (een) koek(-je) zal ingaan. Dat is niet aanvaardbaar. Dankend voor de verleende plaatsruimte, X. |
|