Brieven. Deel 7. 2 juli 1937-30 november 1938
(1981)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd3301. Briefkaart aan H. Samkalden: Garoet, 17 oktober 1937Garoet, 17 Oct., '37. B.S. - Als onze berekening uitkomt ben je nu weer zoowat terug van je reis. Helaas, je hebt dus geen tijd gevonden om ons nog even te zien - of geen lust, wat ik me tenslotte kan voorstellen, gegeven het ontmoedigende (of in de pap spugende) personage dat ik in sommige opzichten voor je moet zijn. Maar heeft mijn lieve Bep zich ook slecht gedragen? Soit; òns heeft het gespeten. - We zijn hier nu zoowat geïnstalleerd en ik werk alweer, hoewel het verbreken van den ‘stroom’ nog wel voelbaar is; overigens is het hier lief, maar bij | |
[pagina 144]
| |
oogenblikken een crimineel tochtgat, als de ‘wind van de bergen’ loskomt. - Ik schrijf je vnl. om je te vragen mij dat boek terug te zenden over Napoléon et les hommes de lettres de son temps (een geel Mercure de Fratice-boek), dat ik je op een avond meegaf. Het was op een avond dat je te kennen gaf over de dwang en toch-niet-dwang in bepaalde totalitaire staten te willen schrijven; een artikel dat, vrees ik, door jou ongeschreven en door mij ongelezen zal blijven, net als dat over Romein,Ga naar voetnoot1. als je dat nog langer liggen laat. Maar... als het groote talent Géraldy in Bzorg opgevoerd wordt,Ga naar voetnoot2. is de cultuur in West Java tenminste gered. Ik bedoel dus allerminst een verwijt met het voorgaande; ik bedoelde trouwens veel meer (hoewel op een verkeerde manier misschien) je aan te moedigen, niet het tegendeel. - Hoe het zij, het beste daarginds, ook met de drukte na thuiskomst, en bij voorbaat dank voor het boek, dat ik je niet zou vragen als ik het niet noodig had. Beste groeten van je EdP. Adres, gewoon: Hotel Papandajan, Garoet. |
|