Brieven. Deel 7. 2 juli 1937-30 november 1938
(1981)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd3291. Aan F.R.J. Verhoeven: Tjitjoeroeg, 30 september 1937Tjitjoeroeg, 30 Sept, '37 Zeer geachte Heer Verhoeven, Veel dank voor Jenkinson.Ga naar voetnoot1. Ik zal voorloopig dit ex. van u bestudeeren, en daarna het boek zelf bestellen. Intusschen moet ik u op de hoogte brengen van onze plannen. Mijn vrouw was hier den laatsten tijd zoo moe, dat wij besloten hebben de laatste 2 maanden die aan Batavia voorafgaan in Garoet door te brengen. Na bij u te zijn geweest, hebben wij eigenlijk alle bezoeken aan Batavia opgegeven, de Pasar GambirGa naar voetnoot2. incluis; ik alleen ben nog eens een keer teruggeweest voor ‘boodschappen’. Mijn vrouw verwacht veel van Garoet en hoopt opgeknapt naar Batavia te gaan. Ons adres daar is gewoon: Hotel Papandajan, waar we met ons drieën zeer billijk in pension komen. We zitten nu midden in de pakkerij, ± 10 October dachten we van hier te gaan. Ik vrees dus dat uw bezoek hier tot de vervlogen illuzies zal gaan behooren. Half December dachten wij dan naar Batavia te gaan, en het daar voorloopig ook in een pension te probeeren. Maar tegen dien tijd schrijf ik u natuurlijk, of u ziet ons dan wel. Mag ik Jenkinson mee naar Garoet nemen? Op het oogenblik hebben we onze handen vol met huishoudelijke en soortgelijke | |
[pagina 131]
| |
administratie, maar dààr zal het studeeren erin een lust zijn. Ook de 3 dln. ColenbranderGa naar voetnoot3. liggen al in mijn boeken valiesje. Dit schrijf ik u ook een beetje in haast. Zou het toeval, of een Archief-aangelegenheid, u en uw vrouw niet in Garoet kunnen brengen? Als ik daar misschien iets voor u doen kan, mijn adres hebt u. Met vriendelijk groeten voor ubeiden van ons beiden, steeds gaarne uw EduPerron
P.S. Misschien gaan wij later eens samen hierheen, vanuit Batavia? Zoolang dit huis onverhuurd is, mogen wij het als week-end-huisje beschouwen. En behalve in de vacantiemaanden is het eigenlijk nooit verhuurd. |
|