2897. Aan J. Greshoff (fragment): Parijs, 9 april 1936
Aan de dief van mijn 300 francs.
Mijnheer, mevrouw of mejuffrouw,
U hebt mijn 300 francs gestolen. Vindt u niet dat het nu afgelopen moet zijn? Ik begrijp dat u 'm zit te knijpen. Maar u moet ophouden met mijn brieven te verdonkeremanen; anders zullen ik en ook mijn vriend Greshoff ons genoodzaakt zien een aanklacht in te dienen. Als u deze enveloppe openmaakt, houdt u dan zelf dit briefje en zendt de rest s.v.p. door naar de geadresseerde.
Ik hoop dat mijn 300 francs u geen geluk brengen.
EduP.