Brieven. Deel 6. 1 november 1935-30 juni 1937
(1980)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd2989. Aan C. van Wessem: Parijs, 9 juli 1936Parijs, Donderdag. Beste Constant, Zou je bijgaand stukje in de Graffiti willen zetten,Ga naar voetnoot1. in ruil voor de gecensureerde regelen? Dit moet dan direct aansluiten bij de notitie over Stendhal-Tolstoï; met geen sterretjes zelfs ertusschen. Wel natuurlijk ‘tot besluit’; dus onder wat ik je nu zend. Ik kreeg net drukproeven van Gr. Ned. en heb wschl. nog een bladzij tot mijn beschikking, waarop ik dat stukje over Dekker zetten kan - die dan ‘minstens twee goede romans’ geschreven heeft met de afglans van de hersens van Dostojevsky en van Dreiser en met zijn eigen rijke bloed. Wat die twee beschermers van 's mans talent hiertegen hebben, begrijp ik nog steeds niet. Zijn zij soms wel van opinie dat men hersens moet hebben om twee goede romans te schrijven? Cela m'étonnerait. Ik vind deze heele censuur wat zielig, en weer op-en-top ‘Holland’. Ik kan me niet voorstellen dat zooiets bij de N.R.F. bijv. zou kunnen voorvallen, du moment dat men niet meer te maken heeft met een debutant, maar met een auteur die voor zijn eigen opinie kan instaan. - Met dat al, zend mij inderdaad omgaand die gecensureerde regelen, als je het nog niet deed, want de proeven moeten terug. Met hartelijke groeten, je E. |
|