Brieven. Deel 6. 1 november 1935-30 juni 1937
(1980)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd2959. Aan C. van Wessem: Parijs, 8 juni 1936Parijs, 8 Juni 1936 Beste Constant, Bij nadere bedenking en om tijd te winnen stuur ik je gelijk hiermee een envelop, als papiers d'affaires recommandés, waarin de copy voor het cahier. Ik maakte een nogal goed-bij-elkaar-hoorend geheel - variatie inbegrepen - uit eind '35: alles bijeen 29 blzn. blocnote groot formaat, want 2 kleine blzn. tellen natuurlijk precies voor 1 grooteGa naar voetnoot*. Als je de letter niet te groot neemt, denk ik dat één blzij van mijn ms. ongeveer één blzij van de V. Bl. vult, zoodat de gezonden copy dus een cahier zou vormen van 2 vel. Minder lijkt mij niet aardig, gegeven het karakter van deze notities. Willen jullie echter een cahier vullen van 3 vel (ik denk wel van niet, maar tenslotte, het zou kùnnen), schrijf me dan omgaand en ik stuur je nog een 15 blzn., die direct hierop aansluiten. Voor den titel kan ik alleen allerlei flauwig-heden bedenken, of Blocnote klein formaat. Als het dus eenigszins kan, zou ik wel graag zien dat het zoo bleef heeten. Kan dat, om uitgeversredenen, niet, dan zal ik probeeren nog wat te vinden van niet al te knus of kordaat karakter. Misschien kun jij wat bedenken? | |
[pagina 216]
| |
Waarom schrijf je niet een verhaal (kleine roman?) geheel in de sfeer van het eerste hoofdstuk van je Negerslaven?Ga naar voetnoot1. Ik vond dat hoofdstuk een van de zuiverste dingen die ik ooit van je las; d.w.z. tegelijk beheerscht en toch warm, goed geschreven en écht. Die vreemde oude zusters in dat huis hebben me heel wat meer geïmponeerd dan hun verschrikkelijke broer, om je de waarheid te zeggen. Ik wou dat zij iets met Dr. DanielsGa naar voetnoot2. te maken gehad hadden, in een intiem en vreeselijk drama, dat bv. door de kinderen zou zijn waargenomen, halfbegrepen en verteld, met allerlei dat door den lezer zou moeten worden geraden. Probeer eens zooiets! - Hartelijke groeten van je E. |
|