Brieven. Deel 6. 1 november 1935-30 juni 1937
(1980)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd2800. Aan J. Greshoff: Parijs, 23 december 1935{ JOYEUX NOËL! }
{ Vrede op Aarde! }
Parijs, 25 Dec. '35. Beste Jan, Die advertentie-historieGa naar voetnoot1. is een grap van Menno zelf geweest, die bij vergissing misliep. Maar dat weet je nu wschl, en je hebt het erratum zeker ook ontvangen. Hellens frère wordt eenvoudig ongenietbaar van zure pedantheid. Ik heb hem vandaag een brief geschrevenGa naar voetnoot2. die hem wschl. woest maakt, maar ik heb er nu genoeg van. Hierbij zijn laatste missive. Graag omgaand terug. Mijn lange brief heb je wschl. ontvangen. Uit het schrijven van Ermengem kan je zien dat hij zich van allerlei in het hoofd heeft gezet: zooiets als dat hij voortaan alle nederlandsche boeken in het fransch zou vertalen of God weet wat. Nogmaals, ik maak er je geen verwijt van, maar het is jammer dat je de zaak niet uitvoerig en precies met hem hebt besproken, zooals ik je in een speciaal daarvoor geschreven brief gevraagd heb. Nu is precies gebeurd wat ik dacht: | |
[pagina 98]
| |
de boel is door de correspondentie misgeloopen, althans vervelend geworden. S. = Smeerkees, een willekeurig iemand. Zeker niet Slau, die niets van een verleider heeft. J. is ook niemand, maar zou Jany kùnnen zijn. Ook in volgende notitiesGa naar voetnoot3. wil ik werken met half- of geheel gefingeerde personages. Ik zond je ook nog een kritiek op van Donker,Ga naar voetnoot4. met zéér ‘eerlijke’ opmerkingen over het Drama van H.-a.-Z. Verder stond er een prachtig interview van Maurits Dekker in D.G.W.,Ga naar voetnoot5. dat Menno mij zond. Ik heb soms maar één reactie: naar Indië te gaan als grootste verwijdering van al dit vee. Enfin, ik lees Herodotus en de Ilias! Hartelijke groeten onder ons vieren, een poot van je E. Over Ermengem nog dit: hij wou gegarandeerd hebben 2½% van de auteursrechten, als het boek succes had, behalve de fl. 300. die hij er al voor krijgt. Ik heb gezegd dat ik dit niet beloven kòn: 1e omdat ik volstrekt nog niets wist van de eventueele condities van mijn problematische fransche uitgever, 2e omdat mijn holl. uitgever in ieder geval ¼ eischt van wat ik krijg, 3e omdat er ook voor Pia en mijzelf wat over moest blijven. Maar ik heb hem gezegd dat ik hem, ingeval van groot succes, nog wel een 1000 belg. frs. wilde zenden. Vandaar dit antwoord. Het is een maniakale, kakkineuze, zure man. En een schoolfrik in optima forma. Wat je al niet wordt door het raté-schap. Het mooiste is dat sindsdien Malraux mijn boek geraamd heeft en mij zegt dat de N.R.F. voor een definitieve vertaling daarvan 2500 à 3000 frs. zou betalen, niets meer en geen percenten verder. Het per- | |
[pagina 99]
| |
centensysteem is alleen als je een (klein) voorschot krijgt. Dus Hellens frère heeft niets te reclameeren. Het is tenslotte ook mijn schuld niet dat vertaalwerk zoo slecht betaald wordt. - Ik heb hem de toestand met Pia bovendien niet uitgelegd om hem ‘zacht te stemmen’ maar om hem een kijk te geven op het heele werk, want hij scheen heusch te veronderstellen dat ik nog flink wat geld heb. Ook daarom zou het dus wèl goed zijn geweest om van het eerste moment af te zeggen wat ik ervoor over had maximum. - Daarbij komt dat hij denkt dat hij prachtig vertaalt, wat ook al zoo'n vergissing is. Enfin, ik lees... zie vorige blzij.Ga naar voetnoot6. |
|