Brieven. Deel 6. 1 november 1935-30 juni 1937
(1980)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 59]
| |
2761. Aan H. Mayer: Parijs, 3 december 1935Parijs, Dinsdagavond. Beste Henri, Dank voor je brief. - Geen Griekenlanden en Renaissances meer; wat je me zond van Burckhardt is je ware!Ga naar voetnoot1. Kan je niet één deel van die Shakespeare op zicht krijgen, alvorens te beslissen tusschen Oxford en deze? Eckermann op dun papier is best. Multatuli voor fl. 20. ook goed, mits zeer frisch van uiterlijk. Door jou dus te beoordeelen. Liefst mèt de Cohens, maar desnoods zonder.Ga naar voetnoot2. Ik zag hier toevallig de Blackwell Shakespeare, die mij zeer antipathiek was. Dus die zeker niet. (Het leek wel de Bijbel van Cats himself!) Hoe komt Kees Veth zoo dom,Ga naar voetnoot3. terwijl hij zelf die mopjes getapt heeft? Heb jij hem de portée moeten uitleggen? Wonderlijk... Moèt die KromGa naar voetnoot4. fl. 20. kosten, of kan je me een goedkooper ex. bezorgen? Desnoods gehavend, verbleekt, etc. - dit is nl. een boek voor mijn ‘werkboekerij’ die mij heel wat minder aan 't hart gaat. Hartelijke groeten, ook van Jan. Je E. |
|