Brieven. Deel 5. 2 mei 1934-31 oktober 1935
(1979)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd2524. Aan J. Greshoff: Parijs, 20 mei 1935Parijs, Maandagavond. Beste Jan, Querido zou je nog een ex. ‘ter bespreking’ zenden - of dat ingenaaid of gebonden is weet ik niet. Ik krijg zelf maar 2 geb. exx. en heb er dus geen over. Maar als je er een bij hem bestelt, krijg je het toch zeker met de remise? Anders kan ik het beter voor je doen. Het congres is niet 2 maar 20 Juni.Ga naar voetnoot1. Je hebt dus nog allen tijd! Ik heb Menno ook gezegd dat hij, als hij alleen was, hier terecht kon, maar wschl. komt hij met Ant, en bovendien is dat nog wel te schikken. Maak dan met hem uit, tegen dien tijd, wie van de twee bij ons komt, de sofa is vrij voor één (die zich wat wil behelpen! - Menno houdt nogal van prettige hotels.) Ik zag mijn werken nog eens door en heb nu van alles een gecorrigeerd ex. weggelegd voor een latere herdruk in mijn ‘oeuvres complètes’ (die nooit zullen komen omdat ik dan als decadent verguisd zal zijn)! Maar àls het nog eens gebeurt, dan wordt het zoo:
| |||||||||
[pagina 328]
| |||||||||
Zou het jou zóó aanstaan? No7. wordt dan een dikke ‘kroniek’: De Onzekeren (waarin je eig. het ‘rijpen’ zult moeten vinden van mijn vorige verhalen, zooals Ducroo het ‘rijpen’ beteekent van Een Voorbereiding). En dan?... Vóór het zoover is, zijn we misschien al door de Kuitenbrouwers opgeruimd! Met hulp van Mussert altijd. Ik denk ook met vreugde terug aan de réunie van de vier musketiers in Brussel. Henny was alleraardigst en zeer gezond en opgewekt, maar het gescharrel daar in Spa onder de regen en op morsige wegen, met maar ééns even de mogelijkheid om in het zonnetje buiten te zitten, was griezelig en tenslotte zelfs niet warm te kletsen. Hou je taai, en vroeger of later schrijf je wel wat meer over jezelf of wat anders. Hartelijke groeten, ook voor Atie en van Bep, een hand van je E. |
|