Brieven. Deel 5. 2 mei 1934-31 oktober 1935
(1979)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 220]
| |
2381. Aan H. Marsman: Parijs, 2 februari 1935Parijs, 2 Febr. Beste Henny, Ducroo is op een oor na gevild, komt zeker in April uit. Ik krijg al proeven van de eerste helft. Maar deze manier van werken geeft me de handen vol. Ik ben, om lucht te happen, nog even naar Brussel en Den Haag geweest, maar kon het met de beste wil niet brengen tot Amsterdam en Utrecht. (Ik had ook graag Cola Debrot eens ontmoet.) Enfin, later eens. Ik hoop dat het gedonder met jou nu spoedig afgeloopen zal zijn en dat je bv. hier komt. In Bretagne had ik iederen dag wat met mijn hart: alle soorten van kloppingen en benauwdheden en ééns zelfs een ‘syncope’; nu gaat alles alsof er nooit iets aan de hand is geweest (de ‘hand’ par manière de dire). Zenuwen, buiten-physieke oorzaken, heusch: Ga er eens uit. Dat zal je meer genezen dan kamer-arrest, geloof ik. En neem Rien dan mee, als je hier komt! Wat die bundel betreft, het is toch onzin als Van L. en wij elkaar in de wielen moeten rijden.Ga naar voetnoot1. Slau zegt dat hij Van L. ook weigeren zal; dat maakt ons nog wat ‘sterker’, maar het stuit me toch tegen de borst, deze concurrentie. Als Van L. weer andere auteurs vastlegt, komen we uit met 2 mislukte verzamelingen. Wat wou je met hem bepraten? Dat hij zich terugtrekt of met ons meedoet? Het eerste zou mij liever zijn. - Je moet ook nog met Querido uitmaken wat de auteurs krijgen (per bladzij?) en wat wijzelf. Hoe lang dacht je de inleiding te maken?Ga naar voetnoot* Voor Vriamont voel ik weinig. Hij heeft maar 2 verhalen geschreven: Sebbedee (dat vrij beroerd is) en Tabarijn (dat m.i. te lang is en niet zóó mooi als Jany bv. vindt. Ook zal Stols wel bezwaar maken, daar het ook een apart boekje vormt.) Ik vind Het Leven op Aarde heel goed, heel zuiver Slau, maar minder pakkend (afwisselend) - eentoniger, trager dan Het Verb. Rijk. Het is net een soort wiegzang van de troosteloosheid, dat is er zeker ook de kracht van. Hij moest nu maar uitscheiden met dit genre. Ik | |
[pagina 221]
| |
vind verder ook de korte verhalen veel beter (dus mèt jou tegen Rina). Maar waarom mag ik Ina Damman niet mooi vinden omdat het hollandsch is?! Wat noem je hollandsch? Als je de intelligentie, de buitengewone subtiliteit van Vestdijk in aanmerking neemt, dan is het boek in dit opzicht althans zeer ònhollandsch. Den Doolaards Orient-Express vind ik 10 × meer ‘hollandsch’ dan Vestdijk's realisme. Er valt nog wel meer van te zeggen, maar dit verklaart voorloopig toch genoeg. Ina Damman is voor mij de knapste roman (in den goeden zin) dat onder de holl. ‘jongeren’ uitkwam, en bv. 3 × zoo superieur als schrijversproduct dan de bewonderde romans van Maurits Dekker; ik bedoel dat Vestdijk - vooral als je Meneer Visser en Else Böhler meetelt - nog veel beter schrijver is dan Dekker, nl. met niet minder schrijverstemperament en met een onvergelijkelijk superieure smaak en intelligentie. Zou je niet eens een nieuwe beschouwing wijden aan het hollandsche verhalende proza, nù, na al die romanprestaties van Helman, Doolaard, Slau, Last, Dekker, Vestdijk? En het ploertje Kuyle niet te vergeten, dat ik zelfs literair het meest van allen uitkots. Dank voor Undine, al houd ik niets van die gotische letter. Werk je nog - of weer - aan den brievenroman.Ga naar voetnoot2. Laat zooiets niet te lang wachten, dan gaat de overtuiging weg. Ik ben blij dat ik zoowat afgedaan heb met Ducroo. Mijn volgende boek zal, als reactie al, heel anders worden. Ik vertaal (na Ducroo) Fermina Marquez van Larbaud, voor Stols. Dat brengt me fl. 150. op, dus dat moet. Bovendien laat ik Larbaud liever niet aan een ander over. Over Nietzsche moet ik met je praten. Ik begrijp dat je Menno's opvatting van N. niet vertrouwt, maar ik vertrouw jouw interpretatie nog minder. Men kan uit N. alles halen (net als uit den Bijbel!) en ik kan van hier ruiken op welke kant van N. jij spelen zult. (Denk aan deze aardige opmerking van Valéry over hem: ‘Combien de faibles se croiront forts, pour n'avoir que lu’.)Ga naar voetnoot3. Ik publiceer in Forum, Gr. Nederl. (J.v.N. en Gresh.), en dan, voor het geld, in N.R. Ct. en D.G.W. Anders niet. Wat de anderen doen weet ik niet; voor sommigen is Elsevier's ook nog een uitkomst. Las je van Blijstra wel eens een verhaal, getiteld Inleiding tot de | |
[pagina 222]
| |
Codex Calsbergiensis.Ga naar voetnoot4. Ik niet, maar volgens sommigen moet het goed zijn. Het heeft in Elsevier's gestaan. Bl. is nu in Spanje, anders zou ik het hem vragen. Zou je het niet even lezen? Wat moet je met 10 goede boeken van Couperus? Ze lezen? Ze ‘vernoemen’? Voor mij heb je de beste zelf genoemd: Langs Lijnen, Eline V., Kleine zielen, Oude Menschen. Die oudheidsromans staan me altijd wat tegen, maar De Berg van Licht en Iskander schijnen daarvan de toppen te zijn. Ik las - d.w.z. bekeek - Bint van Bordewijk, door Menno hoog geroemd, door Vestdijk ook. Ik vond het boeiend en aardig als bizar idee, maar vol akelige stijlfoefjes en tenslotte - als nasmaak - toch niet je ware. Hoort niet bij ‘ons’, laat me toch totaal koud. Ik ben het met je eens dat De Druivenplukkers in zijn leege krachtpatserij nog eerlijker is, en dus beter, dan Orient Express. Ik voel er zéér weinig voor om Den Doolaard in onze collectie op te nemen, vooral omdat zoo'n kloot daaruit zou concludeeren dat wij hem dus toch ‘erkennen’. Ik ‘erken’ hem geen minuut; hij hoort naast Fabricius, en mag dan nog blij zijn ook. Slauerhoff op één lijn zetten met Den Doolaard is Larbaud in één boekje opnemen met Kessel of Dekobra. Ik geloof dat ik nu op alles heb geantwoord, behalve op het poëzieduel,Ga naar voetnoot5. waarover later meer, als ik alles gelezen heb in Forum. Menno is inderdaad op dat gebied eersterangs. Maar hij was laatst toch woedend over een zeer stompzinnig en vlerkachtig schrijven van zekeren Utrechtschen heer Jonker, - die de broer schijnt te zijn van den zelfmoordenaar-voor-Claartje, en dien men graag voor dien broer zou hebben geruild. Slau is momenteel hier; hij zei dat hij van plan was je te schrijven. Hij is héél besluiteloos, weet niet of hij hier zal blijven om wat bij te studeeren (medicijnen), of naar Tanger terug gaan, of weer gaan varen, etc. Hij versluiert allerlei dingen voor zichzelf en is toch wel een erge ‘dichter’, goedbeschouwd. Daarbij heel aardig, maar soms erg accaparant. | |
[pagina 223]
| |
Nu jij weer eens. Hartelijke groeten onder ons 4, een hand van je E.
Ik vind het best dat je Po Sju I en Yuan Sjen neemt inpl. van Larrios. - Neem vooral van P.v.O., Het Bordeel van Ika Loch (ondanks de schrikwekkende titel!). |
|