Brieven. Deel 5. 2 mei 1934-31 oktober 1935
(1979)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 50]
| |
2129. Aan J. Greshoff: Parijs, 15 juni 1934Parijs, 15 Juni. Beste Jan, Dank V.V. voor de gestuurde briefkaarten. Ik vroeg een groote photo, waarop de duiveltjes beter te zien zijn, maar dit is zoo ook heel goed, vooral omdat er zooveel waren. Les Messieurs Golovleff heb ik zelf in je kast zien staan, en J.v.N. zei me dat hij het jou gegeven had. Je hebt dus blijkbaar totaal vergeten dat je het lezen wilde! Maar zoo gaat het, als je aan zoo'n grootbedrijf bezig bent. Ik beklaag je uit ganscher harte en word ziek als ik eraan denk. Nu wat anders: mijn schoonzuster schreef me dat ze 19 Juli a.s. in Europa komt, 20 Juli in Parijs. Wschl. ga ik dan met haar naar Brussel om Gille te zien. Dus ± 21 Juli. Ben jij er dan? Ik ga misschien in het hotel, maar zou je toch willen zien. Of kom je daarna nog hier? Van het idee om bij Podewils te logeeren komt nu wschl. niets? Wij dachten eind Juli over Spanje naar Slau te gaan; als je den 30en hier bent, gaan wij misschien den 31en - maar aan den anderen kant is dit absoluut niet je ware, dat hebben we den vorigen keer gezien. Als je met je heele familie één dag op doorreis hier bent, is het eigenlijk precies of we niet met elkaar gepraat hebben. Misschien is het dan beter iets te arrangeeren op je terugreis, maar wij zijn wschl. begin September pas weer hier terug. Verder geen nieuws dan dat ik hard werk aan mijn artikelGa naar voetnoot1. en hevig de pest heb omdat ik daarin natuurlijk toch niet precies alles kan zeggen wat ik wil (over de politiek). Ik wil 20 dezer met alles klaar zijn om dan 3½ maand aan niets anders dan Ducroo te werken. Ook al het geschrevene wil ik nog eens heelemaal goed doornemen. Et v'là. Antwoord nog eens, ook over de plannen. Het beste met de werkzaamheden, hart. groeten van ons beiden aan jullie allen. Je E.
Hoe is het nieuwe boekje over Arthur geworden?Ga naar voetnoot2. Ik kreeg de eerste proeven van De Smalle Mensch; het boek zal er keurig uitzien Slau zal wel blij zijn met zijn 1000 pop.Ga naar voetnoot3. Hoe ‘edel’ van de Mij dat | |
[pagina 51]
| |
ze hem die toch nog gegeven hebben. Ik hoor overigens van jou dat hij ze gekregen heeft, zoo weinig merken we soms van het vaderland. Vergeet je niet me de volgende Gr.Ned. te sturen, ook als er niets van mijzelf in staat? - Menno zal toch zeker wel iets van je roman nemen? Van Ducroo neemt hij hoogstwschl. niets (tenzij ik tegen het eind van het jaar niets anders meer leveren wil.) Ik lees daarnet in je brief dat je 21 Juli van je eindexamens terug komt. We kunnen elkaar dus in ieder geval in Brussel ontmoeten, want ik denk dat ik toch wel 2 dagen blijf, al of niet met mijn schoonzuster. Bep en ik betreuren het erg dat wij niet naar Sestri kunnen, maar die arme Slau heeft het werkelijk beroerd; en de reis is wel duurder maar het logeeren weer goedkooper. Wat kost het huis jullie? |
|