Brieven. Deel 5. 2 mei 1934-31 oktober 1935
(1979)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd2082. Aan G.H. 's-Gravesande: Parijs, 15 mei 1934Parijs, 15 Mei. Beste Hein, Bij aankomst hier vond ik, tusschen een stapel andere post, je brief. Je bent de leeuw onder de helpers! Veel veel dank. Ik ga straks mijn laatste hfdstn.Ga naar voetnoot1. nu opkalefateren en naar de W.B. zenden. Als het niet anders gaat met de stukken in Het Vad. - nu ja, dan gaat het niet. Mijn 2e Stendhal zal je nu wel gekregen hebben. Het is gek dat Menno je geen ex. van zijn Politicus heeft gegeven; waarom vraag je hem er niet doodgewoon om? Ik wil er wel met je over praten (op papier dan), maar eerst als je het zelf gelezen hebt en mij gezegd hebt wat jij ervan denkt. Dat het zoo ‘zwaar’ zou zijn is gekheidGa naar voetnoot2.: het is een boek met intelligentie, ja; zeer in tegenstelling met wat soms daarvoor doorgaat (en meest zelfs dat niet) bij ons in Holland; maar het is glashelder en geschreven ‘in een stijl voor vrienden’, zooals M. het noemt. Hoe gewoner en rustiger je het leest, zonder flauwekul van hoogserieuze instelling of zoo - precies zooals je luisteren zou naar het intelligentie spreken van een goed | |
[pagina 21]
| |
vriend - hoe beter. Als je dat gedaan hebt, moet je me schrijven wat jij van dien ‘verkeerden weg’ denkt - àls er dan een is! Ik ben blij dat je mijn stuk in Gr.Ned.Ga naar voetnoot3. geboeid las. De flauwekul is daar wel totaal afwezig - althans, dat wil ik hopen. Maar één zoo'n los hfdst. geeft toch alleen maar een idee van den toon (dat is al veel, dat geef ik toe!) Voor den werkelijken inhoud moet je het heele boek hebben, en dat bestaat niet alleen uit herinneringen uit Indië, daar is ook nog een absoluut anderen kant aan (Parijs 1934). Ik laat het nu hierbij. Ik zou graag wat langer met je praten, maar ik weet niet waar te beginnen, zooveel moet ik opeens tegelijk afdoen. En met het nieuwe werk dat nu voor me begint, wil ik ook al deze correspondentie achter me hebben, zoo gauw het maar kan. Nogmaals dank en veel hartelijks, ook van Bep; steeds je E.
P.S. Ja, de ‘kop-uitgave’Ga naar voetnoot4. is die van je vader: roodbruin, of paarsbruin, met een portret in goud op de band. Later is er een herdruk van gekomen - ander papier en misschien zelfs andere letters - waarvan de bandjes groen waren. Maar die is ook best. - Van de blauwe deeltjes, z.g. Garmond-editie, met een vervelende smalle letter, moet ik niets hebben. - Kijk eens voor me uit, maar alleen als je toch wat voor jezelf najaagt. |
|