Brieven. Deel 4. 2 januari 1933-30 april 1934
(1978)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd1957. Aan J. Greshoff: Parijs, 8 en 9 februari 1934Parijs, Donderdagavond Beste Jan, Ik schrijf maar kort, vanwege de drukte hier. Met Van Kampen zal je wel gelijk hebben; het is inderdaad tenslotte een onverhoopte bof voor me dat Querido me ‘neemt’. - Ik moet maar niet denken hoe het verder gaan zal. Kan je me nog even precies op de hoogte houden van onze samenkomst? Bep wou nu nl. toch nog even naar Holland, en den 26en van daar naar Brussel teruggaan, terwijl ik wschl. den 26en meteen van hier kom. Zou dat schikken, en is Atie er dan ook? Als dit doorgaat, is het een bewijs dat de revolutie, die hier verwacht wordt, ons niet opgegeten heeft. Er heerscht op het oogenblik hier een erg koortsige stemming, overal, en men vreest sterk een ‘rechtsche revolutie’ (die wschl. geleidelijk zou zijn) en ookwel een ‘linksche’, als de algemeene staking die Maandag verwacht wordt, bijwijze van troepenschouw, aan de eischen beantwoordt. Van Henny kreeg ik een bizonder aardige brief uit Mallorca. Schrijf nog even, ook hoe het jullie gaat. Veel hartelijks van ons beiden, je E. | |
[pagina 442]
| |
Vrijdag. B.J. - Vanmorgen kwam ingesloten briefje van T.V.Ga naar voetnoot1. Ik begrijp best hoe goed bedoeld dat alles is, maar het is eigenlijk toch om helsch te worden! Heb ik nu het recht - na al het gewacht en gebedil dat ik doorstaan heb - om mijn geld uit te geven zooals ik het wil, ja of neen? Ik heb T.V. 2 × gevraagd om Simone uit te betalen; ik vraag het hem liever geen 3e× op papier. En S. moet haar geld hebben! Wat een dwaasheid toch allemaal. Het gaat niet om ‘goede of slechte diensten bewijzen’, het gaat om een belofte en om moreel vrij tegenover haar te staan. Je kent toch de mentaliteit v.S. - ik wil geen enkele verantwoordelijkheid hebben voor het beleggen van die ongelukkige 700 pop; als het, in tijden als deze, toch verkeerd loopt, heeft zij maar één gedachte: dat ik dat toch gedaan heb, dat het mijn schuld is, enz. Mijn moeder heeft dat geld ook altijd achtergehouden. Moet ik dat allemaal aan T.V. per brief uitleggen? of moet S. nu per se nog weer een paar weken wachten vòòr ze dat geld krijgt? - Doe me een plezier: bel T.V. op en zeg dat ik je geschreven heb, dat je geheel van oordeel veranderd bent, en dat ik jou gevraagd heb hem te vragen S. onmiddelijk uit te betalen. Wil je dit niet doen, schrijf het me dan, dan schrijf of telegrafeer ik T.V. nogmaals, maar zonder uitleg. Ik ben daar niet toe in staat; en wat duivel, ik heb het recht op mijn moreele akkefietjes met S., voor een prijsje van 700 pop. Al wou ze zich voor dat geld kleeden als de koningin van Scheba, dan is tusschen haar en mij deze lamme historie bevredigend afgedaan. Dat mij het poovere plezier van mijn schulden af te betalen nu ook al vergald wordt! Je E. |
|