Brieven. Deel 4. 2 januari 1933-30 april 1934
(1978)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 238]
| |
1708. Aan H. Mayer: Bellevue, 29 juli 1933Bellevue, Donderdag. Beste Henri, Stel je gerust: het is om juist niet te zinken dat ik deze dingetjes probeerGa naar voetnoot1.; ik denk er overigens niet aan om iets voor die menschen te schrijven, maar hoogstens om de ‘schund’ die zij wenschen voor hen te vertalen, (en dan nog anoniem) als zij er behoorlijk voor betalen. Ik doe dat liever dan om overal aan te kloppen voor het plaatsen van 2e-rangsch-copy. Maar misschien is het heele idee verkeerd: ik zag die blaadjesGa naar voetnoot2. zelf in geen jaren, en misschien worden alle vertalingen door een vertaalbureau geleverd en door de typiste gecorrigeerd?Ga naar voetnoot* Als je zelf wat beters weet, houd ik mij aan bevolen. Het Vaderland gaat best, maar het levert lang niet genoeg op voor twee. Je bent overigens allervriendelijkst dat je diè rotzooi leesbaar vindt... Het ongeluk van in het buitenland wonen is, dat je niets merkt als er zich iets voordoet; maar het nog ergere van in Holland zitten is dat je iederen dag merkt dat er zich niets voordoet. Vandaar dat ik graag een beetje op mijn vrienden zou rekenen. Indertijd heb je beloofd dat je me zou waarschuwen zoodra je iets behoorlijks voor me zag. De situatie is nog altijd niet veranderd, integendeel. Zoodra ik op mijn beurt iets prachtigs ontdekt heb, zal ik je waarschuwen dat het zoover is en dat je je ‘zuster-Anna’-positie als afgedaan mag beschouwen ten opzichte van MEd. De tip voor De Telegraaf is misschien goed. Ik zal ook probeeren mijn Serena-vertaling bij Van Kampen te plaatsen, in die serie van Tristan. Nu heb je vergeten me in te lichten over die Grieksche denkers. Doe je dat dan de volgende keer? Dus: Vürtheim, Kuiper, of een ander? Ook graag een lijstje van dergelijke boekjes: W.B. en Bohn. Ik laat het voor vandaag hierbij. Hart. groeten van je E.
O ja, ik zou graag hebben de twee nrs. van De Holl. Revue waarin (in '28 of '29 of '30?) twee stukken hebben gestaan van zekeren Van | |
[pagina 239]
| |
Kuyck (= ikzelf) over Marie de Mayréna, koning van de Sedangs. Jan heeft ze blijkbaar niet meer; kan jij me ze bezorgen? Gewoon bestellen en mij in rekening brengen, bedoel ik. Dank bij voorbaat hiervoor, en verder voor het prompte terugschrijven. |
|