Brieven. Deel 4. 2 januari 1933-30 april 1934
(1978)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd1663. Aan H. Marsman: Bellevue, 20 juni 1933Bellevue, 20 Juni. Beste Henny, Ingesloten een prospectus: misschien ken jij dokters die zich voor het boek interesseeren? Schorer en v.d.M. zond ik zelf een prospectus. De zaak met Pia is een hopelooze mislukking geworden. Wij hebben er fl. 500. in gestoken, ons laatste geld. Begin Augustus moeten wij nu weg. Menno probeert een correctorsbaantje voor mij te krijgen. Wil jij iets dergelijks voor me probeeren? Kan je me niet geplaatst krijgen bij het U.D.,Ga naar voetnoot1. aangezien Ritter mij soms ‘geniaal’ vindt? Kan je hem niet opzoeken? Ik doe mijn uiterste best in Parijs om boeken te verkoopen. Tot schrijven kom ik totaal niet meer. Misschien ga ik eerstdaags naar Brussel om het daar bij doktoren te probeeren (ik wacht op bericht van Greshoff over zijn leege huis). Hoe het zij, wij staan er nu misschien miserabel voor en kunnen niet eens meer tot October blijven. Schrijf mij ook wanneer dat stuk van BuningGa naar voetnoot2. over Coster is verschenen. Vergeet dit niet. Geef niet tè veel ruchtbaarheid aan mijn geval, maar zie of je wat - zij het voorloopigs - voor mij vinden kunt. Misschien kom ik ook bij je logeeren, ik zou het afschuwelijk vinden om met Bep te blijven bij schoonpapa (als schoonzoon buiten betrekking en met fl. 2000. schuld). Van jouw hier komen is dus al geen sprake meer. Hartelijke groeten van je E.
Van Menno hoorde ikGa naar voetnoot3. dat jullie goddank tot een oplossing zijn geraakt over dat ‘fragment’. |
|