Brieven. Deel 4. 2 januari 1933-30 april 1934
(1978)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd1485. Briefkaart aan A.C. Willink: Bellevue, 17 februari 1933Bellevue, 17 Februari. Beste Carel, Wat een gekke historie met Marsman. Ik las het stukGa naar voetnoot1. eerst toen het al in Forum stond - het was laat, en daarbij actueel, en in dgl. gevallen heeft Ter Braak het recht om zonder verdere doorzending te beslissen - maar ik vond het prachtig en onderschrijf het in ieder opzicht. Ik dacht dat jij er ook zoo over dacht - en eigenlijk dacht ik dat ieder lid van de Kring er zoo over dacht - ieder apart over de anderen, bedoel ik. Als Marsman de ‘handschoen’ niet opneemt, is dat overigens zeer begrijpelijk: zijn stuk was bedoeld om te verklaren dat hij daar niet komen wou, dus... Wie maken het bestuur uit van de Kring, behalve je moeder dan? Kees van Dam en zoo? Ik heb geld noodig, in dezen tijd, zooals je weet en ben bereid om ‘philosofisch-oratorisch’ Marsman's zienswijze te verdedigen en uit te breiden als ik 1000 pop krijg bij vooruitbetaling. Misschien wil je moeder dit voorstel aan het bestuur overbrengen? Ik heb Marsman overigens aangeraden hetzelfde te vragen; gaat hij daarop in, dan heeft het bestuur dus de keuze. Ik beloof ze een geprepareerde lezing, niet zoomaar een causerie, met verwijzing naar alle ‘lamzakken’ van de wereldhistorie. - O ja, kan je me het kroniekje van Bep over Eng. letterenGa naar voetnoot2. terugsturen, dat bij mijn detectivestuk ging? Graag | |
[pagina 47]
| |
omgaand. Kom in April, we zien met hartelijkheid naar je uit! Hartelijke groeten verder aan je moeder en Wilma van ons twee; je E. |
|