Brieven. Deel 3. 1 april 1931-31 december 1932
(1978)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 340]
| |
1201. Aan S. Vestdijk: Gistoux, 8 juli 1932Gistoux, Vrijdag. Beste Simon, De boel hier gaat met snelle schreden naar een voorloopige oplossing: mijn moeder maakt het stukken beter en Simone is bezig haar appartementje in te richten. Ik was eergisteren bij haar en zag ook de nieuwe woongelegenheid, alles nogal klein, maar gezellig en proper. Zij komt nu eerstdaags (zoodra zij ingericht is) hier om Gille te halen; ik zal zorgen dat ik er dan nog ben. Zij is inderdaad nog altijd nerveus en vooral, voor mijn gevoel, heel zielig, maar ik geloof dat deze oplossing haar veel goed zal doen, en de zieligheid is dan voor mijn moeder, die nu al slapelooze nachten doorbrengt in het idee dat zij haar Gieltje verliezen gaat. Bep en ik blijven nog een paar dagen daarna, om haar niet heelemaal alleen te laten, dus wschl. tot Vrijdag a.s. Daarna gaan we naar de Ardennen. - Ik heb om tot dit resultaat te geraken weer een hevige scène met mijn moeder moeten hebben, omdat die nu een ‘uitstel van executie’ wenscht, wat in haar omstandigheden begrijpelijk, maar tenslotte erge ‘bad policy’ is. Ik hoop dat de nieuwe regeling resultaten oplevert wat de atmosfeer betreft! Als Gille naar school gaat, is dat misschien ook weer een belangrijke stap nader tot ‘bevrijding’. Enfin, maak je niet ongerust, want de toestand is op het oogenblik juist nogal bevredigend (behalve voor mijn moeder.) Grappig, die meening van Menno; zoo zal iedereen wel iets anders kiezen. Slotsom: alles behouden om iedereen het zijne te laten! In de volgende Forum kan De Vlinder toch staan, plus nog wat, vind ik; liefst De Onderbroken WandelingGa naar voetnoot1.. Bep, mijn moeder, Atie Greshoff, ikzelf, en allen onafhankelijk van elkaar, vinden De Zanger zoo mooi. Het is ongetwijfeld een van de allerbeste ‘jeugdvrienden’. Wij blijven dus tot S. hier geweest is en met Gille weggegaan, en nog daarna, als dat moet. Maar daarnet krijg ik een briefje van S. dat de behangers niet klaar zullen zijn bij haar vóór Dinsdag a.s.! - dus, er zal toch wel ‘uitstel’ op volgen, vrees ik. Ik zeg er mijn moeder nog maar niets van, tot ik morgen S. weer gesproken heb. Voorloopig weet je weer alles. Ik probeerde hier wat te werken, | |
[pagina 341]
| |
maar word telkens hieruit losgeslagen door zulke evenementjes. Misschien in de Ardennen? Hartelijke groeten, ook van Bep, en houd je taai! Je E. |
|