Brieven. Deel 3. 1 april 1931-31 december 1932
(1978)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd1041. Aan S. Vestdijk: Brussel, 26 december 1931Brussel, Zaterdag. Beste Vestdijk, Dank voor het recept en niet minder voor de vele verzen. Ik houd dan graag voor Forum aan: De Jager, De Kasplant, Het Ongeval en natuurlijk Jardins sous la Pluie,Ga naar voetnoot1., dat ik steeds aardiger vind.Ga naar voetnoot** Maar dan hebben we voorloopig ook genoeg, met het oog op de ‘variatie’! De | |
[pagina 244]
| |
gedichten die ik je hierbij terugzend lijken me minder gelukkig, ofschoon op zichzelf niet slecht. - Wat Stols betreft, hij zit op het oogenblik in Maastricht, maar het beste is dat je zelf met hem correspondeert en bijv. de verzen die hij niet plaatsen wil terugvraagt. Je hoeft die dingen dan niet telkens weer over te schrijven. Adres: Warmoesberg 13, Brussel. Je 3e cahier is terecht! Gevonden in een latafel. Ik heb Bouws gezegd het je naar de D- en B-sche laan te sturen. Heeft hij dat gedaan? Maak anders, als je in Den Haag bent, maar een afspraak met hem; adres: Jozef Israëllaan 7. De Wraak van den Oldenhove is mij te ‘Duitsche ballade’-achtig. Wel aardig in zijn soort, maar het soort lijkt mij toch te verouderd. Overigens zit er wel schwung in, vooral tegen het eind. Maar het is toch ook m.i. iets te lang; het zou wel wat geserreerder kunnen. De ParasietGa naar voetnoot2. houd ik nog even aan, ter bestudeering. Ik vind het een alleszins merkwaardig gedicht; maar vooreerst meer ‘curieus’ dan ‘mooi’; wat misschien prachtig is! Het is zoo gecontorsioneerd en geladen dat ik er mee vertrouwd moet raken. Misschien mondeling meer hierover, want ik denk dat ik toch wel weer naar Holland terug zal gaan. Wschl. Utrecht dan, ook voor de goedkoopte. Enfin, je hoort in ieder geval nog van me. Blij dat Nutt.Verzet je goedkeuring wegdroeg, al was het dan blijkbaar meer om technische redenen. In de herdruk heb ik de sprekers teruggebracht tot 2: één verteller (Oskar) en één ‘tegenspreker’ (Justus), wat aanmerkelijk beter is en het ‘laboratoriumgevoel’ niet schaadt. Er komt dan ook nog een 6e verhaal bij, dat nu in dien verzamelbundel verhalen van Bijleveld staat. Lees ook eens Bij Gebrek aan Ernst, waar men over het algemeen veel minder goeds van zegt, maar waar ikzelf véél aan gehad heb. Ik schreef hier de 1e acte van een tooneelstuk,Ga naar voetnoot3. en ga nu aan de 2e beginnen. Nu, het beste en tot nader. (Het beste ook met '32.) Je EduP. |
|