Brieven. Deel 2. 1 januari 1930-31 maart 1931
(1978)–E. du Perron– Auteursrechtelijk beschermd518. Aan G.H. 's-Gravesande: Gistoux, 8 mei 1930Gistoux, Donderdag. Geachte heer 's Gravezande, Hierbij de drukproeven die ik van Kramers toegezonden kreeg met uw copij.Ga naar voetnoot1. Ik veronderstel dat u het laatste niet meer noodig | |
[pagina 202]
| |
hebt en gooi het dus weg, om dit pak niet te zwaar te maken (voor alle zekerheid zend ik u alles als brief). U zult wel niet veel aan het artikel toevoegen; maar de noot die ik in uw naam schreef moet misschien anders door u gesteld worden, dus.... Kramers klaagde erover dat het artikel zoo lang was; hij voelt hoe langer hoe meer voor ‘kort, kort, kort’. Dat geeft de variatie aan een blad, verkondigt hij. Enfin.... Hij vond ook dat er te veel namen in voorkwamen, reden waarom ik hem reeds eerder verzocht er 2 of 3 te schrappen, zoo dat stukje over Buning dat mij eigenlijk niet voldeed. (Als ik dan niet zooveel voor hem voel, maar aan den anderen kant zijn dichterschap toch erken, kan ik beter over hem zwijgen.) In deze proef schrapte ik nog den naam van Halbo Kool, die mij tenslotte toch ook niet veel zegt. Als u de proeven goedgekeurd hebt, zend u ze dan door naar Kramers of naar de Hollandia-Drukkerij - neen, het moet naar den eerste terug, meen ik; er worden mooie roode papiertjes met dat verzoek bij verstrekt! Voilà. Tot nader misschien. Met hartelijke groeten, steeds gaarne uw EduPerron |
|