| |
| |
| |
Tweede deel.
Naamlooze geschriften
A
| |
Aan Bonaparte en de Franschen
Aan Bonaparte en de Franschen. [Door den Groningschen Prof. Jan ten Brink.] Amst. 1812. (1
‘IJverig en scherp waren de nasporingen der achterdochtige Fransche politie omtrent den maker dezer zangen (dit en No. 30); tot in de verste streken onzes Vaderlands werden zij voortgezet; zoo werd in Groningen een persoon, welken men als den maker er van verdacht hield, een' geruimen tijd gevankelijk bewaard. Op ernstigen raad zijner vrienden besloot ten Brink zich in het vervolg te onthouden van, gelijk hij nu en dan wel gedaan had, deze gedichten, met het hem eigen vuur, in gezellige vriendenkringen voor te dragen. Helaas! men kon toen schier niemand meer vertrouwen. Als door een wonder viel nogtans de verdenking niet op hem; en dit niettegenstaande hij, bij zekere gelegenheid te Amsterdam zijnde, zich aldaar openlijk tegen een' beambte van de politie wat al te vrij ontboezemd had, ten gevolge waarvan hij met eene opsluiting op de prefectuur gedurende een' dag gestraft werd, en des avonds niet dan met veel moeite zijn ontslag erlangde.’ (Konst- en Letterbode 1841, I. 101.)
| |
Aan de aanschouwers
Aan de aanschouwers, bij de her-opening des tooneels in den Amsterd. Schouwburg, op d. 4 Aug. 1804 door den aktetir J.P. Kroese. [Opgesteld door P.J. Uylenbroek.] Amst. (1804).
Cat. v. Letterkunde, I. b. 13. (2
| |
| |
| |
Aan de Belgen
Aan de Belgen. [Door J.F. Willems.] 1825. (3
| |
Aan de eerste kamer van het vertegenw. ligchaam
Aan de eerste kamer van het vertegenw. ligchaam, van wege de Doopsgez. Gemeente te Amsterdam. [Door Prof. Rinse Koopmans.] 1799. (4
| |
Aan de geregtigden tot de stadsweide
Aan de geregtigden tot de stadsweide in de gemeente Deventer. [Toegeschr. aan Ad. IJssel de Schepper.] Dev. 1858. (5
| |
Aan de gevallen meisjes van St-k
Aan de gevallen meisjes van St-k (Steenbeek); kristelijke rijmen van jammer en bemoediging, namens eene verbijsterde, maar terechtgebrachte romancière. [Door Prof. J. van Vloten.] Dev. 1862. (6
| |
Aan de Hervormde gemeente in Nederland
Aan de Hervormde gemeente in Nederland. [Door Mr. G. Groen van Prinsterer.] Leyden, 1843. (7
Cat. Is. da Costa, No. 343.
| |
Aan de ingezetenen van Walcheren
Aan de ingezetenen van Walcheren. [Door Jac. Bellamy.] Vlissingen, 1782. (8
| |
| |
| |
Aan de leden van het genootschap
Aan de leden van het genootschap Oefening kweekt kunst, bij 't sluiten van hun tooneel den 19 April 1789. [Door Mr. Willem Bilderdijk.] Amst. 1789. (9
Tooneelst. v. Letterkunde, bl. IX, staat: [Door L. van Ollefen?]
| |
Aan de Meister en Op het Keytrecken
Aan de Meister en Op het Keytrecken. [Door Jhr. Ev. Meyster.] Wtregh in de druckery van Altoos Groen. (1661.) (10
Bibl. Harlemensis, III. 116.
| |
Aan de schrijvers van de opwekking
Aan de schrijvers van de opwekking: ‘Aan de Hervormde Gemeente in Nederland.’ [Door J.J van Toorenenbergen.] Utrecht, 1843. Schr. (11
| |
Aan den eenigen
Aan den eenigen. (Willem II.) [Door A.J. van Tetroode.] 's Gravenhage, 1866. (12
| |
Aan den Heere K. van der Palm
Aan den Heere K. van der Palm. Gelukwensching. [Door Mr. W. Bilderdijk.] Z. pl. ['s Grav.] 1783. (13
Catal. v. Letterkunde, I. 270.
| |
Aan den Heer W.G.B. [Brill]
Aan den Heer W.G.B. [Brill] den schrijver van: Het Gymnasium als stedelijke inrigting beoordeeld. [Door P. de Raadt.] Leiden, 1839. (14
Letterkunde, Levensber. 1863, bl. 336.
| |
Aan den Koning
Aan den Koning. [Door Mr. W. Bilderdijk.] Z. pl. en jr. [1807.] (15
Er is ook een druk met naam:'s Grav. 1807.
| |
Aan den Koning in deze dagen
Aan den Koning in deze dagen. Door... de Haan, Luth. Koster te Utrecht.] Utr. J.H. Siddré 1853. (16
Gevolgd door: Ontboezeming uit Utrecht, bij 's Konings vertrek uit Amsterdam, door den schrijver van het (genoemde) dichtstukje. Ald. 1853.
Apol op hekelberg gezeten
Geeft aan de stekelige Poëten
Het Loevesteinsche muitersrot,
Eens fyntjes in het hair te zitten, enz. (17
| |
| |
Dit is de inleiding voor eene menigte van stukjes van J. le Francq van Berkhey, die later alle zijn opgenomen in zijne Verzameling van Leydsche keur en hekeldichten; het eerste met deze inleiding verschenen stukje is de Oliekoekduivel. Volgens Bilderdijk, die in mijn ex. bij al deze stukjes aanteekende, wie de bedoelde personen zijn, waren de op het prentje staande personen Fr Bernard en Frans de Does, terwijl de in het slotversje bedoelde persoon Wormer heette. (Zie ook het Register achter in de Verzameling op no. 25, waar echter laatstgenoemde persoon onjuist van der Worm heet.)
De Klappermansduivel. Volgens het Register no. 26 was deze persoon vroeger een goed vriend van den autheur.
Monsieur den Ikker, volgens Bild. Jan Luzac. Elders vond ik Fr Adr. van der Kemp genoemd.
De Blokke zaager = Blok.
Op de puntdichten van Petrouius Spurius arbiter. Deze parodie verscheen op de vuilaardige puntdichten van van Santen in het Latijn, en de vertaling er van door Pieter van Schelle. Pollius is J.D.v. der Capellen tot den Pol, Petronius Spurius (volgens Bild.) P. van Schelle en L. van Santen; bij Numellus schreef Bild. Blok en v.d. Marck. Campanulus = van Schelle; Critus (volgens 't Register) wijlen P. Burman Secundus; de Agrippijner = Vondel.
De Hoornekruiper = Mr. C.P. Chastelein. (Bild. en Register.)
De Stomme en de blinde. Bij het prentje door Bild. geschreven: van Beurden. In het 2e vers 2en regel zinspeling op van Schelle en op bl. 2 reg. 3 op Romswinkel.
Joosje met de Rommelpot ziet op Joost Romswinkel, vroedschap te Leiden. (Bild.)
De Roje haan = van Roijen; r. 3. ‘Zijn oude bestevaer’ = Prof. v. Roijen; bl. 6. r. 4. ‘Amsterdams Garnalemarkt’ = societeit der vrijcorpisten; r. 14 ‘Zwarte Midas’ = Cs. van Hogeveen Jr.
De nieuwe politieke weegschaal: parodie op een gedicht van Vondel.
De nieuwe maaneschijn.
Fabel van de snoek en de baars. Zinspeelt op Snoek, schepen te Leiden; bl. 4, r. 1 ‘de Waterslang’ = van Staveren; r. 3 ‘een dikke pad’ = Jan Luzac; r. 4 ‘een Ciepier’ = Blok; bl. II r. 12 ‘de Post’ = de Post v.d. Nederrijn. (Bild.)
Fabel van Abdisse Campersteur; men wil dat deze fabel doelt op zekere trotsche dame te Rijnsburg, die daar de Comotie der Vrijburgers heeft aangeblazen. (Reg. No. 38.)
Het raadhuis.
Joost van Vondels Bede aan de oppervijanden.
Het omgekeerde slot van oud Stavoren. Op den pensionaris van Staveren te Leiden (Bild.)
| |
| |
| |
Aan den napluizer van Prof. Opzoomer's
Aan den napluizer van Prof. Opzoomer's Redevoering over de Wijsbegeerte, den mensch met zich zelven verzoenende. [Door F.C. de Greuve.] Groningen, 1846. (18
Levensber. v. Letterkunde, 1864, bl. 76.
| |
Aan den schrijver der Oordeelkundige Aanmerkingen
Aan den schrijver der Oordeelkundige Aanmerkingen. (Gedagt.) L... 20 Aug. 1765. (19
C. Ploos van Amstel, J.Cz. was hiervan de schrijver, blijkens zijne aanteekening op het ex. in Cat. I. Meulman, no. 945.
| |
Aan eenen verrader des vaderlands
Aan eenen verrader des vaderlands. [Door Jacobus Bellamy.] Z. pl. en jr. (20
Naar 't schijnt ter verspreiding gedrukt. Later in zijne werken opgenomen.
| |
Aan God
Aan God. Dichtstuk op den bededag in 1782. [Door Simon Stijl.] Amst. en Harl. 1782. (21
| |
Aan Herman Muntinghe over No. VI
Aan Herman Muntinghe over No. VI van van Hemerts lectuur bij het ontbijt en de theetafel. [Door Pierre Chevallier, Waalsch. Pred. te Amsterdam.] Amst. 1806. T. (22
| |
Aan het volk van Nederland
Aan het volk van Nederland. (Gedagt.) Ostende, den 3 Sept. 1781. (23
Niettegenstaande de hooge belooning (1000 gouden rijders), uitgeloofd aan den ontdekker en aanbrenger van schrijver of drukker, is, voor zoover mij bekend is, de officieele waarheid niet aan het licht gekomen. Waarschijnlijk was Fr. Adr van der Kemp de schrijver, ofschoon ook Wijbo Fijnje en anderen er voor werden gehouden. Volgens het pamflet: De vuile gewinzoekers ten toon gesteld.... Blijspel in 3 bedrijven. z. pl. 1782, bl. 49, was de uitgever Koos Horrel, boekdrukker te Rotterdam, en zoude deze het burgerregt van Ostende gekocht hebben, om zich bij ontdekking derwaarts uit de voeten te kunnen maken. Zekere Lion was de voornaamste verspreider. (Zie ald. bl. 108.) De groote beroering. die het boekje verwekte, laat zich opmaken uit gelijktijdige geschriften, die er vol van zijn, en uit de omstandigheid, dat men tot 5 dukaten besteedde, om een exemplaar magtig te worden. In 1795 verscheen te Amsterdam een herdruk. Bij het doorsnuffelen der nagelaten papieren van J.D. Baron van der Capellen tot den Pol heeft het mijne aandacht getrokken, dat daaronder zich 3 exemplaren
| |
| |
(waarvan 2 onopengesneden) van dit geschrift bevonden. Zijne vriendschap met v.d. Kemp maakt dit minder bevreemdend, maar zoude bok v.d.C. aandeel aan het schrijven er van hebben gehad?
| |
Aan het weldadige oud Nederland
Aan het weldadige oud Nederland ter gelegenheid van de stormen van 24-26 December 1836... [Door W.C. van Campen.] Aa. (24
| |
Aan Hunne Edel Mogende
Aan Hunne Edel Mogende, betreffende het fameus liebel Pro Veritate, Pace, Libertate et Justitia. [1782.] (25
Volgens aanteekening op mijn ex. was Nic. Hoefnagel de schrijver. Met de geschriften van dezen pamfletschrijver moet Schuurman te Amsterdam veel geld verdiend hebben, volgens bl. 51 van: De vuile gewinzoekers tentoongesteld.
| |
Aan Leidens ingezetenen toegebeden
Aan Leidens ingezetenen toegebeden, in naam der Roomsch-Katholieke Weezen, bij den aanvang van het jaar 1856. [Door J.A. Susanna.] (26
Handel. v. Letterkunde 1860, bl. 129.
| |
Aan mijne academie-broeders
Aan mijne academie-broeders. Geen echo. [Door J.J.L. ten Kate.] Utr. van Paddenburg en Comp. 1839. (27
Volgens aanteekening van een' tijdgenoot op mijn ex.
| |
Aan mijne veelgeliefde landgenooten
Aan mijne veelgeliefde landgenooten en waarde medeburgers, de inen opgezetenen van Hillegom ... toegezongen. [Door J.W. van Hasselt.] Amst. 1785. (28
Letterkunde, Cat. I. 268.
| |
Aan mijne Zaanlandsche medekiezers
Aan mijne Zaanlandsche medekiezers. (29
In de Haarlemsche Courant van 26 Mei 1869 las men de volgende advertentie:
Zaanlandsche Medekiezers!
Heden werd mij een ongeteekende brochure toegezonden, getiteld: ‘Aan mijne Zaanlandsche Medekiezers’. Aan de Zaan ken ik niemand, die zulke taal zou schrijven en het niet zou durven ouderteekenen. Deze brochure is geschreven met het kennelijk doel om eene candidatuur van den Heer [Mr. A.S] van Nierop te bevorderen, en zoo niet door hem geschreven, dan toch door hem geïnspireerd, en blijkbaar hebben we hier weder met eene der vele kiesmanoeuvres vau den Heer van Nierop te doen, die we zoo dikwijls in de gelegenheid
| |
| |
waren waar te nemen, doch die alleen geschikt zijn, de tegenpartij de zege te doen behalen. Welke valsche berekeningen er ook op bl. 14 mogen worden gegeven, en wat ook op bl. 15 moge worden beweerd, eene candidatuur van den Heer van Nierop zal een ultra-conservatief lid in de Kamer brengen, nu zoo goed als vroeger. Maar er is meer. Nam de Heer van Nierop eene candidatuur van conservatieve zijde aan, waarop in de brochure (bl. 15) gewezen schijnt te worden, dan kan noch een eerlijk liberaal, noch een eerlijk conservatief hem stemmen, en komt hij toch niet in de Kamer. Gelukt het hem, verdeeldheid onder de liberalen te zaaien, waaraan hij onder de hand bezig is, dan kan hij het toch onmogelijk zoo ver brengen, dat hij gekozen wordt. Met van Nierop is dus geen succes te behalen. Koog a/d. Zaan, 23 Mei 1869.
Jacob Duijvis.’
| |
Aan Napoleon
Aan Napoleon, Keizer der Franschen. [Door Mr. Jan ten Brink, Prof. te Groningen.] Amsterdnm, 1812. (30
Vgl. boven no. 1.
| |
Aan Nederland
Aan Nederland. [Gedicht van Mr. Isaac da Costa.] Amsterdam, 1826. (31
Cat. Is. da Costa no. 1791.
| |
Aan Nederland
Aan Nederland. Een woord tot aankweeking van eendracht en vrede. [Door Mr. W. Bilderdijk?] Rotterdam, 1830. (32
In een bundel met stukken van B. gevonden.
| |
De edelmoedige aanbieding
De edelmoedige aanbieding. Tooneelspel. [Door F. van Aken.] Leyd. 1786. (33
Tooneelst. v. Letterkunde, no. 7.
| |
Aanhangsel op de Kerkelijke Oudheden
Aanhangsel op de Kerkelijke Oudheden van Nederland [H.F. van Heussen en H. van Rijn]; behelsende van Ryns Algemeene Voorrede op dat werk, eenige verbeterde en vermeerderde lysten der Proosten en Dekenen, so van de vyf kerken van Utrecht, als van West-Vriesland, gelyk ook een Brief aan den Heer Hoyinck van Papendrecht, Aartspriester van Mechelen. [Door Arn. Drakenborch.] Utrecht, Hermannus Besseling. 1744. (34
Bodel Nijenhuis, no. 2309.
| |
| |
| |
Aanhangsel van de Vrijmoedige bedenkingen over
Aanhangsel van de Vrijmoedige bedenkingen over de vrijheid. Strekkende tot een vervolg van de Vrijheid in den burgerstaat. [Van L.F. de Beaufort.] Dienende tot antwoord van het Jagtpraatje ... [van Wybrand van Itsema] alsmede een beantwoording van de Verhandeling van landerijen .. [van denz.] Amst. 1739. (35
Denkelijk van denzelfden schrijver [Mr. C. van Bijnkershoek] als de ‘Vrijmoed. Bedenkingen.’
| |
Aanleiding tot de eerste beginselen der Groninger regtskennis
Aanleiding tot de eerste beginselen der Groninger regtskennis, met aanmerkingen vermeerdert. [Door F. Laman.] 3e druk. Gron. 1778. 12o. (36
Verscheen ook in 1738, 1754 en 1777.
| |
Aanleiding tot de uiterlijke welsprekendheid
Aanleiding tot de uiterlijke welsprekendheid, op den kansel, voor de balie, in 't bijzonder leven, doch voornamelijk op het tooneel. [Door J. Ploos van Amstel.] Amsterdam, Isaak Duim. 1766. (37
Herdrukt ald. 1796, met opdragt aan J. Witsen, door den schrijver onderteekend.
| |
Aanleydinge
Aanleydinge, om klaar te konnen uytvinden wanneer men in de H. Schriftuur van Duyvel, Satan, Boose Geest, etc. in ons Nederduyts leest; hoe het selve te verstaan zy. Waar achter volgt een korte verklaring over Matth. 8:28-32. Daar verhaald word, hoe onsen Saligmaker in 't land der Gergazenen, twee van den Duyvel bezetene, die uyt de Graven quamen, ontmoetteden, en wat deselve wedervaren zyn. [Door H. Bouman.] t'Amsterdam, by Andries van Damme, boekverkoper op 't Rokin, besyden de Beurs 1698. 4o. (38
Een 2e druk verscheen t'Amsterdam, by Robert Blokland 1700. 4o. Zie Leeskabinet 1871, bl. 168; v.d. Linde, B. Bekker no. 81.
| |
Aanmerking over het Ontwerp of Plan
Aanmerking over het Ontwerp of Plan van een nieu te graven haven of kanaal, van de stad Enkhuisen door de Polder van Immenhorn enz. [Door P. Huygh.] Enkhuizen, Wed. J. Giesssn & Zoon. 1721. 4o. L.P. (39
| |
| |
| |
Nodige aanmerking over het sterf-bedde van Balthasar Bekker
Nodige aanmerking over het sterf-bedde van Balthasar Bekker. Vertonende de openbare valsheyt van dat sijn gevoelen, dat hy op syn dood-bedde segt hem voor paart en wagen verstrekt te hebben om hem te voeren na den hemel. [Door Jac. Schuts.] In 's Gravenhage, by Pieter van Tol, boekverkooper in het Achterom, tegen over het Gortstraatje, 1693. 4o. (40
V.d. Linde, B. Bekker, no. 206.
| |
Vrijmoedige aanmerkingel en gedachten aangaande het rijksveefonds
Vrijmoedige aanmerkingel en gedachten aangaande het rijksveefonds voor den landbouw en maatregelen tot stuiting der longziekte. [Door J. Bouman, landbouwer in de Beemster.] Purmerend, J. Schuitemaker 1847. Uitg. (41
| |
Aanmerkingen en ophelderingen op een artikel
Aanmerkingen en ophelderingen op een artikel der Nederlandsche Leydsche Courant van 15 Junij betreffende den Graaf Cesar Brancadoro. [Door Willebrord van Os.] Haarlem, 1792. (42
Bennink Janssonins, Gesch. der Oud R.K. Kerk, Bl. 339.
| |
Dichtkundige aanmerkingen op de Evangelische gezangen
Dichtkundige aanmerkingen op de Evangelische gezangen. [Door Adam Simons of J. Lublink de Jonge.] Amst. 1806. (43
| |
Aanmerkingen op de gedenkschriften wegens het vierde eeuwgetijde
Aanmerkingen op de gedenkschriften wegens het vierde eeuwgetijde van de uitvinding der boekdrukkunst. [Door Mr. Gerrit van Lennep.] 's Gravenhage, 1824. 44
Aan Baron [lees W.H.J.] van Westreenen van Tielandt toegeschreven door v.d. Linde, Bibliogr. v. Haarlem, no. 336.
| |
Geschiedkundige aanmerkingen op de Geschiedkundige gedenkstukken
Geschiedkundige aanmerkingen op de Geschiedkundige gedenkstukken en aanmerkingen over het bestuur van Holland, door Lodewijk Bonaparte, gewezen Koning van Holland, het kerkelijke, godsdienstige, en zedelijke derzelve, in 't byzonder, betreffende. [Door Hendrik Gallois, Pred. te Vriezenveen.] Te Deventer, bij A.J. van den Sigtenhorst, 1820.
Navorscher 1864, bl. 118. (45
| |
| |
| |
Aanmerkingen op de grondwet voor de Vereenigde Nederlanden
Aanmerkingen op de grondwet voor de Vereenigde Nederlanden. [Door Prof. H.W. Tydeman.] Dordrecht, 1815. (46
Zie zijn levensberigt door zijn zoon Mr. J.W.T. bl 17.
| |
Vrijmoedige aanmerkingen op de recensie
Vrijmoedige aanmerkingen op de recensie van het regtsgeleerd advys van den Ridder Chauveau Lagarde in de zaak van den Heer Menu, in de Boekbeoordeeling der Vaderlandsche Letteroefeningen voor Junij 1822 No. VII. [Door Mr. W.J.C. van Hasselt.] Amsterdam, bij J.C. van Kesteren. 1822. (47
Levensber. v. Letterkunde, 1864, bl. 174, 193.
| |
Aanmerkingen op de verbetetering der ontlasting
Aanmerkingen op de verbetetering der ontlasting van Rhijnlands boezemwater op het Ye en het project van doorgraving uit het Wykermeer naar de Noordzee. [Door P. Steenstra.] Amst. 1774. - Vervolg en 2e vervolg. 1774. (48
Cat. Amst. Bibl. II. 383.
| |
Aanmerkingen op de (zoo genoemde) Wederlegging
Aanmerkingen op de (zoo genoemde) Wederlegging van het Advys in de zaak van den Heer J.H. van der Wyck, tot Stoevelaar, door Mr. P. Bondam, en Mr. M. Tydeman. [Door Mr. M. Tydeman.] Te Utrecht, by A. van Paddenburg, Akademie-drukker. 1787. 4o. (49
Volgens aanteekening van Prof. H.W. Tydeman.
| |
Aanmerkingen op een geschrift
Aanmerkingen op een geschrift, getiteld: De godsdienst afgezonderd van den Staat. Opgedragen aan de aanstaande Nationale vergadering der Nederl. Republiek. [Door Jacob van Heusden.]. Dordr. z. jr. Aa. (50
| |
Aanmerkingen op het Historisch verhaal
Aanmerkingen op het Historisch verhaal van het voorgevallene in de berugte zaak van Do. de Cock. In een brief. [Door P. Wigeri.] Z. pl. [Leeuw.] 1766. (51
| |
Aanmerkingen op het ontwerp van afleiding
Aanmerkingen op het ontwerp van afleiding van den Rijn langs den
| |
| |
Yssel. [Door Mr. Martinus van Doorninck, Burgemeester te Deventer.] Te Deventer, bij J. de. Lange. 1828. (52
| |
Aanmerkingen op het Ontwerp van een
Aanmerkingen op het Ontwerp van een Wetboek op het Strafregt voor het Koningrijk der Nederlanden. [Door Mr. W.L.F.C. Ridder van Rappard.] Nijmegen, J.F. Thieme. 1827-1828. 7 stn. (53
Hij maakte zich op den titel van het 7e of laatste stukje bekend.
| |
Korte en noodwendige aanmerkingen op het Verhael
Korte en noodwendige aanmerkingen op het Verhael van 't gepasseerde des nachts tuss. den 15en en 16en Mey 1678 .... [Door Corn. Bontekoe.] Z. pl. (1678.) 4o. (54
Bibl. v. Pamfl. 7677.
| |
Rondborstige en vaderlandsche aanmerkingen op het verslag
Rondborstige en vaderlandsche aanmerkingen op het verslag van de commissie tot organisatie van de Nationale Garde der stad Amsterdam ... [Welligt door den uitgever J.L. van Laar Mahuet.] Amst. 1795. (55
| |
Vrijmoedige dog zedige aanmerkingen op het Vertoog
Vrijmoedige dog zedige aanmerkingen op het Vertoog van den heere J.D. Baron van der Capellen over de onwettigheid der Drostendiensten in Overyssel, met de gevolgen van hetzelve, benevens eene zeer merkwaardige bylage. Zijn te bekomen te Arnhem by Moeleman ... z. jr. [1779?] (56
Mogelijk door Fr. Adr. van der Kemp, daar het voorkomt in de ‘Stukken ov. de Drostendiensten in Overijssel, meest uitgeg. en bijeenverzameld door Fr. Ad. v.d. Kemp Leyd. 1785.’
| |
Ophelderende aanmerkingen op No
Ophelderende aanmerkingen op No. 143, 144, 145 en 146 van de Post van den Nederrhijn. [Door El. Luzac.] Z. pl. en jr. [Leyden, Luzac en v. Damme, 1782.] (57
| |
Aanmerkingen over de letterkund. verdiensten
Aanmerkingen over de letterkund. verdiensten van J.D. Michaëlis. [Door J.G. Eichhorn, vertaald door H.A. Schultens.] Leyd. 1791. (58
| |
| |
Cat. H.A. Schultens, bl. 177. Ook vermeld in J. Kantelaar's lofrede op H.A.S. bl. 90.
| |
Oordeelkundige aanmerkingen over de poëzy en
Oordeelkundige aanmerkingen over de poëzy en schilderkonst. Uit het fransch vertaalt en ten deele gevolgt en vermeerdert. [Door Ph. Sweerts.] Amst. 1740. 3 dln. (59
Cat. Lammens no. 1909.
| |
Zedige aanmerkingen over de veengraveryen
Zedige aanmerkingen over de veengraveryen. [Door Jhr. Onno Zwier van Haren.] Leeuwarden, H.A. de Chalmot. 1766. (60
Cat. der Leeuward. Bibl. no. 546.
| |
Aanmerkingen over de zoogenaamde Antidotael-memorie
Aanmerkingen over de zoogenaamde Antidotael-memorie, tot nadere verdediging van de goede zaak der Hollandsche kooplieden. [Door J. Wagenaar.] Gedrukt te Amsterdam by Isaak Tirion, 1758. fol. (61
Op de keerzijde van den titel wordt berigt, dat die Aanmerkingen gesehreven zijn door den schrijver der Memorie betr. de prijzen... enz.
| |
Aanmerkingen over den oorsprong en verderen
Aanmerkingen over den oorsprong en verderen voortgang der Nederduitsche taale. [Toegeschr. aan Prof. E. Wassenbergh.] Franeker, 1780. (62
| |
Rechtsgeleerde aanmerkingen over een getuige beneden
Rechtsgeleerde aanmerkingen over een getuige beneden de 20 jaren in criminele zaken ... [Door Ant. Driessen, Theol. Prof. te Utrecht.] Leeuwarden, 1808. (63
Cat. Beucker Andreae (1829), bl. 99.
| |
Onpartijdige aanmerkingen over het plan tot
Onpartijdige aanmerkingen over het plan tot redres van zeedienst en zeemacht. [Door J.T. la Fargue.] Leyden, 1756. (64
Laspeyras, no. 470-472.
| |
Aanmerkingen over het verhaal van het eerste begin en opkomen der Rynsburgers
Aanmerkingen over het verhaal van het eerste begin en opkomen der Rynsburgers.. [Door Joachim Oudaan.] Rotterdam, 1672. 4o. (65
Zie zijn Poëzy (uitg. 1712) III. 40.
| |
Aanmerkingen over 's menschen vermogen en
Aanmerkingen over 's menschen vermogen en onvermogen in den gods- | |
| |
dienst. [Door A. Benthem.] Leeuwarden, 1792-1793. 3 stn. T. (66
Er schijnt eene uitg. Amst. 1775 te bestaan; in dat jaar verscheen er ook een Aanhangsel op de Annmerkingen.
| |
Aanmerkingen over 't geen gelyk of ongelyk genoemd wordt
Aanmerkingen over 't geen gelyk of ongelyk genoemd wordt in het stuk van Loterijen... [Door J. le Clerc.] Amsterdam, 1696. (67
Levensbeschr. v. Ned. mannen en vrouwen, IV. 150.
| |
Staatkundige aanmerkingen tegen Fr. Adr. van der Kemp
Staatkundige aanmerkingen tegen Fr. Adr. van der Kemp ... [Door Petrus Hofstede.] 178?. (68
Zie zijne Apologie, bl. 96 e.v.
| |
Aanspraak aan alle welmeenende Nederlanders
Aanspraak aan alle welmeenende Nederlanders. [Waarschijnlijk door Mr. W. Bilderdijk.] 1787. (69
Klinkert, bl. 5.
| |
Aanspraak aan het tooneelminnend genootschap
Aanspraak aan het tooneelminnend genootschap, ter spreuke voerende: Utile et Amusant, by de opening van deszelfs tooneel in 1786. [Door P.J. Kasteleijn.] Z. pl. (70
Cat. Letterkunde. I. bl 13.
| |
Aanspraak aan 't volk van Nederland
Aanspraak aan 't volk van Nederland in 't algemeen en aan de inwoonders der stad Amsterdam in 't byzonder. [Door Joh. Barueth, Pred. te Dordrecht.] Rotterdam, [1780.] (71
P. Hofstede, Lijkrede op B bl. 9.
| |
Aanteekeningen betreffende eene reis door de Molukken
Aanteekeningen betreffende eene reis door de Molukken, van Z.E. den Grouverneur-Generaal Mr. A.J. Duymaer van Twist. [Door Jhr. H. Quarles van Ufford.] 's Grav. 1856. Uitg. (72
| |
Aanteekeningen betrekkelijk de kolonie Suriname
Aanteekeningen betrekkelijk de kolonie Suriname. [Door E.L. Baron van Heeckeren.] Amst. 1826. (73
Teenstra, De Negerslaven, bl. 333.
| |
Oorspronkelijke aanteekeningen betrekkelijk de oude
Oorspronkelijke aanteekeningen betrekkelijk de oude, ware gereformeerde gemeente te Kampen, in de jaren 1618 en 1619. [Door Jurr. Moulin.] Kampen, K. van Hulst, 1841.
Zie v. Vloten, Paschier de Fijne, Aanteek. bl. 32. (74
| |
| |
| |
Aanteekeningen en bedenkingen op het Ontwerp
Aanteekeningen en bedenkingen op het Ontwerp van een Wetboek van stratregt voor het Koningrijk der Nederlanden. [Door Mr. Jan de Wal, later Jur. Prof. te Leiden.] Assen, 1839. 1e stuk. (75
Het 2e en 3e stuk (Gron 1842) verschenen met naam.
| |
Aanteekeningen gehouden op eene reize door
Aanteekeningen gehouden op eene reize door Turkije, Natoliën, de Krim en Rusland in 1784-1789. [Door Dr. Pieter van Woensel.] Constantinopolen [Amsterdam] 1789. 2 dln. (76
Een latere druk (of het 2e deel?) verscheen Amst. J.S. van Esveldt Holtrop 1796.
| |
Chinesche aanteekeningen omtrent Nederlandsch Indië
Chinesche aanteekeningen omtrent Nederlandsch Indië. [Uitgegeven door R. Browne.] 's Gravenhage, M. Nijhoff 1858. Uitg. (77
| |
Aanteekeningen op de Gereformeerde Land-rechten ende
Aanteekeningen op de Gereformeerde Land-rechten ende gewoonten van het ryk van Nymegen, van de Ampten van Tusschen Maas ende Whaal, Over- ende Neder-Betuwen, mitsgaders van de Heerlykheden ende Gerichten daar onder resorterende. [Door Mr. J.J. van Hasselt.] Eerste (tot derde) stuk. Te Nymegen, gedrukt by Isaac van Campen, boekdrukker en boekverkooper naast het Stadhuis, 1777-1781. 3 dln. (78
Cat. J.W. te Water, p. 315.
| |
Aanteekeningen op den Brief aan een
Aanteekeningen op den Brief aan een vriend betrekkelijk het ... vieren der ramp van Leyden. [Door Prof. N.G. van Kampen.] Leyden, 1813. (79
Cat. v. Letterkunde, III. 320.
| |
Aanteekeningen op eene reize in Oost-Indië
Aanteekeningen op eene reize in Oost-Indië en gedurende een veeljarig verblijf in onderscheidene Nederlandsche Etablissementen. [Door Joh. Olivier Jz.] Amst. 1827. (80
| |
Korte historische aanteekeningen
Korte historische aanteekeningen, wegens het voorgevallene in de Spaansche belegering der stad Haarlem, in ... 1572 en 1573; en verder
| |
| |
vervolgt tot daar gemelde stad weder onder de gehoorzaamheid der Staten van Holland en den Prins van Oranje is gekomen. Te Haarlem, bij Joh. Marshoorn, en Petrus van Assendelft, 1739. (81
Omgewerkte herdruk (met vervolg en aanteekeningen) van het Cort en waarachtig verhaal van alle aanslagen, enz. [van N. van Rooswyck]; daar dit werkje eehter slechts tot 26 Maart 1573 loopt, moet het verdere van elders (mogelijk uit Sterlincx's dagverhaal) ontleend zijn. Zie de Wind, bl. 185.
| |
Aanvraag om een reispas van een
Aanvraag om een reispas van een wereldburger naar het koningrijk der kemelen. [Door W.J.A. Mulder.] Utrecht, W.J.A. Mulder. 1863. fol. Schr. (82
| |
Aanwysing der heilsame politike gronden en
Aanwysing der heilsame politike gronden en maximen van de Republike van Holland en Westvriesland. [Door P. de la Court.] Leyden en Rott. 1669. 4o. - 1671. 8o. (83
Met privilegie der Staten van Holl. en WFr. van 10 Dec. 1668, onderteekend door den Raadp. de Witt. Op 18 mei 1669 werd het privilegie ingetrokken en het boekje verhoden op straffe van f 600. Zie hierover het acad. proefschrift van Prof. O. van Rees. Utr. 1851.
De Aanwysing was een verbeterde herdruk van 't Interest van Holland. (1662.)
| |
Aanwyzing van uitlegkundige schriften zoo over
Aanwyzing van uitlegkundige schriften zoo over den geheelen Bijbel, als over bijzondere gedeelten van denzelven... [Door C. van Tricht.] Amst. 1816-1818. 4 dln. (84
| |
De aartsbroederschap van de Heilige Familie
De aartsbroederschap van de Heilige Familie: Jezus, Maria, Jozeph, en de Onze Lievc Vrouwe kerk te Amsterdam ... [Door C.J. Heydenrijck.] Amsterdam, C.L. van Langenhuysen 1856. Uitg. (85
| |
Vaderlandsch A.B.boek voor de Nederlandsche jeugd
Vaderlandsch A.B.boek voor de Nederlandsche jeugd. [Door Prof. J.H. Swildens.] Amst. 1781. (86
Gevolgd door: Verslag wegens den oorsprong en de staatkundige oogmerken van het Vaderl. A.B.boek. (Niet in den handel.) en door: Politiek belangboek voor dit provisioneel tijdperk. Gewigtig thans, gedenkwaardig hierna.
| |
| |
Door den schrijver van 't Vaderl. A.B.boek. Amst. 1795.
| |
Abdul Ali
Abdul Ali, of de vrugteling in het gebergte van den Balkan. [Door J.E. de Witte van Haemstede.] Leyden, C.C.v. der Hoek 1830. Uitg. (87
| |
Abraham en Isaac
Abraham en Isaac. Godsdienstig schouwspel gevolgd naar het Hoogduitsch van J.C. Lavater. [Door J.W. van Hasselt.] Amst. 1788. (88
Cat. v. Letterkunde I. 268.
| |
Abrégé de l'histoire des Pays-Bas par
Abrégé de l'histoire des Pays-Bas par demandes et réponses, suivi d'une table chronologique à l'usage de la jeunesse. [Par A.J. Servaas van Rooijen.] Utrecht, 1854. Schr. (89
| |
Nederlandsche absolutie op de Fransche belydenis
Nederlandsche absolutie op de Fransche belydenis. [Misschien door Adr. Pauw.] Amsterdam, Jac. Nes. [Denkelijk 's Hage, J. Veely.] .... Anno 1684. [lees: 1648.] 4o. (90
Bibl. v. pamfl. 3337.
| |
Quartierlyke Academie en Apostolische of Latynsche
Quartierlyke Academie en Apostolische of Latynsche school te Nymegen. [Door Joh. in de Betouw.] Z. pl. en jr. [Nym. C.L. van Goor en Zn. 180?] (91
| |
Academie-zangen
Academie-zangen. [Door Mr. J. Kinker.] Utr. 1781. (92
Zie M.C.v. Hall, Leven van Kinker, bl. 19, 148.
| |
Nymeegsch accoort
Nymeegsch accoort, ofte bedenckinghe over de vereeniginghe... [Door Barth. Praevostius.] Harderswyck. z. jr. [1623.] 4o. (93
Cattenburgh, p. 124.
| |
Achabs Biddagh
Achabs Biddagh, dat is schriftuerlyck ende polityck discours van den Biddagh gheh. in aprili anno 1619... [Door Joh. Uytenbogaert.] 1621. 4o. (94
Met zijn naam herdrukt o.d. titel: Schriftuerlyk en polityck discours, over den wytberoemden biddagh Ao. 1619 wt-gheschreven... 1647. 4o.
| |
Achillis of de spreek-an op zyn
Achillis of de spreek-an op zyn praatstoel; pleitende voor zyn hoog- | |
| |
illustre bediening. [Door D. Jemans.] Gedr. in 't Vergaarhuis der spreekannen. Z. pl. en jr. [1735?] (95
Cat. v. Letterkunde, I. b. 120.
| |
Acta van eenige Remonstrantsche Dienaren
Acta van eenige Remonstrantsche Dienaren, verantwoordt tegen sekere Bedenckingen over de selve acte onlanghs uytghegheven ... [Door Nic. Grevinchoven.] 1626. 4o. (96
Cattenburgh, p. 77.
| |
Acte van verbintenis
Acte van verbintenis. Z. pl. en jr. [1787.] (97
Dit is de eenige titel van een 12 blz. groot geschrift, waarin wordt openbaar gemaakt een ‘Plan hetwelk besloten is in de Vergadering van vaderl. regenten, om te dienen tot een rigtsnoer voor allen die geenen, welke de Acte van Verbintenis getekend hebben.’ De uitgave werd bezorgd door Mr. H. Tollius, in wiens ‘Staatkundige geschriften’ ('s Grav. 1816) het opgenomen is.
| |
Acten van den vredehandel gheschiet te
Acten van den vredehandel gheschiet te Colen ... Verciert met nootelycke ende zeer vruchtbare annotatien. [Van Aggaeus Albada.] .... Overgeset in de Nederduytsche sprake. Leyden, 1581. 4o. (98
Sepp, Drie evangeliedienaren, bl. 174.
| |
De bedriegelijke actionist of de nachthandelaars
De bedriegelijke actionist of de nachthandelaars, zijnde een vervolg op den Windhandel. Blijspel. [Door G. Tijssens.] Amst. 1720. (99
V.d. Marck, no. 1333.
| |
De actionisten voor en tegengesproken
De actionisten voor en tegengesproken. [Door Nicolaas Muys van Holy.] Gedrukt tot Amsterdam 1688. 4o. (100
| |
Ad huc stat! De vrijmetselarij
Ad huc stat! De vrijmetselarij, in tien vragen en antwoorden. Eene verklaring voor het volk en zijne vrienden. [Door Otto Henne.] Naar de tweede Zwitsersche uitgave. Arnhem, P.A. de Jong. 1865. (101
| |
Ad manes violatas Jani Wittii
Ad manes violatas Jani Wittii, libertatis Batavae vindicis quondam et victimae. - Aen de gehoonde schim ... Nieuwe verbeeterde druk. (1757.) (102
Het oorspronkelijke is van P. Burman: de vertaling van J. de Kruyff of van J. Lublink de Jonge.
| |
| |
| |
Adoni-Beseck of Lex Talionis
Adoni-Beseck of Lex Talionis, dat is rechtveerdighe straffe Godes over den Tyrannen ... [Door Jac Fockens.] Delft, 1629. 4o. (103
In de uitgave Leeuw. 1643 wordt de naam des schrijvers onder de Dedicatie gevonden.
| |
Adres aan alle de respective Hoog-Eerw
Adres aan alle de respective Hoog-Eerw. Synodale vergaderingen .... dezer landen, die dezen jare zullen gehouden worden: tot redres van de voorkomende gebreken in de Nieuwe Evangelische Gezangen ... [Toegeschr. aan P. Haack.] Amst. 1807. Aa. (104
| |
Adres aan alle mijne Hervormde geloofsgenooten
Adres aan alle mijne Hervormde geloofsgenooten. [Door D. Molenaar, Pred. te 's Hage.] Amst. 1827. Aa. (105
| |
Adres aan de algemeene Synode
Adres aan de algemeene Synode der Nederl. Hervormde kerk naar aanleiding van bijlage C... [Door F. Günst.] Amsterdam, F. Günst. 1858. Schr. (106
| |
Adres aan de algemeene Synode
Adres aan de algemeene Synode der Ned. Herv. kerk over de formulieren, de academische opleiding der predikanten, het onderwijs en het kerkbestuur. [Door Mr. G. Groen van Prinsterer.] Leyden, 1842. (107
Cat. Is. da Costa, no. 343.
| |
Adres aan de alg. Synode
Adres aan de alg. Synode der Ned. Herv. kerk, ter zake van een adres aan dezelfde Synode over de formulieren ... [Door A. Rutgers van der Loeff.] Gron. 1843. Uitg. (108
| |
Adres aan de Nationale Vergadering
Adres aan de Nationale Vergadering. [Door Mr. Angelus Jacobus Cuperus.] Amsterdam, bij J.A. Craijenschot. 1797. (109
Zie Mr. M.C.v. Hall, Regtsgel. Verhand. bl. 331.
| |
Adres aan het Staatsbewind bij gelegenheid
Adres aan het Staatsbewind bij gelegenheid van de deliberatien over de publicatie van den 26 Febr. 1802. Haarlem, 1803. (110
‘Op grond van sommige uitdrukkingen in de autobiographie van Mr. M.C. van Hall, houd ik het er voor, dat hij de steller hiervan is.’ (Th. Jorissen.)
| |
| |
| |
Adres aan Zijne Maj. den Koning
Adres aan Zijne Maj. den Koning betreffende de procedures contra de heeren Jhr. L.J. Quarles van Ufford en H.J. Gerlings en Jhr. M. Salvador en S. Fongers. [Door H.G. Stahl.] Haarlem, [1855.] 4o. (111
V.d. Linden, Bibliogr. v. Haarl. no. 165
| |
Adres aan Zijne Maj. den Koning
Adres aan Zijne Maj. den Koning, ingezonden door Jhr. M. Salvador ... betreffende zijne veroordeeling en die van den heer S. Fongers door het provinciaal geregtshof in N. Holland .... [Gesteld door Mr. L.G. Jansma van der Ploeg.] 's Grav. 1856. (112
V.d. Linde, Bibliogr. v. Haarlem, no. 168.
| |
Adres en antwoord in zake het beroep van predikanten
Adres en antwoord in zake het beroep van predikanten van verschillende richting bij de Ned. Herv. gemeente te Utrecht. [Waarschijnlijk gesteld door J.G.L. Nolst Trenité.] Utrecht, 1873. (113
| |
Adres van Amsterdamsche moeders voor hunne
Adres van Amsterdamsche moeders voor hunne kinderen, het gebruik der koopmansbeurs gedurende de eerste week van kermis reclamerende. [Door Mr. M.C. van Hall.] Amst. (1845.) (114
Blijkens zijne eigen-levensbeschr.
| |
Adres van de Gildens der stad
Adres van de Gildens der stad Zwolle, aan de Nationale Vergadering representerende het Volk van Nederland tegen de vernietiging der Gildens. [Geconcipieerd door den Procureur Salomon van Deventer.] Te Zwolle, bij Martinus Tijl en Zoon, boekverkopers. [25 Jan. 1797.] (115
Blijkens aanteekening op zijn eigen exempl.
| |
Adres van participanten der Ned. Oost-Indische
Adres van participanten der Ned. Oost-Indische Maatschappij aan het Staatsbewind der Bataafsche Republiek betreffende de rechten dier Maatschappij. [Opgesteld door Prof. H.C. Cras.] Amst. 1802. (116
Zie het Nader-request.
| |
Adriaan en Alida ofte de herstelde
Adriaan en Alida ofte de herstelde min, op den regel: Liefd' van hooger hand gevest; 't Ga soo 't wil,
| |
| |
het vougd ten lest. Bly-eind' spel. [Door W. van Hengelenburgh.] Leyden, 1689. (117
V.d. Marck 1427.
| |
Adriaan en Margaretha
Adriaan en Margaretha, of de heldendood van Sebastiaan de Lange. Oorspronkelijk historisch-romantisch tafereel uit de zestiende eeuw. [Door Jacob Honig Jz. Jr.] Te Amsterdam, bij G. Portielje. 1838. Uitg. (118
Levensber. v. Letterkunde 1871, bl. 103.
| |
Advertissement aen alle goede inwoonderen en
Advertissement aen alle goede inwoonderen en liefhebbers van dese Nederlanden. Omme van een yeder gelesen, en in het binnenste van syn herte ghedruckt te worden. 1618. 4o. (119
In denzelfden geest geschreven, van denzelfden druk en met gelijke titelfileet als de ‘Provision. openinghe’, het ‘Nootw. en levendigh discours’ en andere geschriften van Fr. Aerssens en dus denkelijk ook van zijne hand. Bibl. v. Pamfl. 1470.
| |
Advertissement ofte waerschouwingh
Advertissement ofte waerschouwingh, over het oordeel, uytspraeck ende den eedt van 't Synodus Nationael der ghenaemde ghereform. Kercken van Vranckrijck, gheh. tot Alez ... nop. de 5 artyckelen der Remonstr. in Nederlandt. [Gesteld door Joh. Uytenbogaert, doch grootendeels overgenomen uit het Fransch van Tilenus.] Amst. 1621. 4o. (120
Brandt, IV. 391.
| |
De Advocaat der Nationale vrijheid
De Advocaat der Nationale vrijheid. [Door Jan Valckenaer.] Te Leyden, by J. van Tiffelen, 1796. 21 nrs. (121
Blijkens het laatste no. van 25 Mei 1796.
| |
De gewaande advocaat
De gewaande advocaat. Kluchtspel. [Door P. de la Croix.] Amst. 1685. (122
V.d. Marck 913.
| |
De advokaat der vaderlandsche kerk
De advokaat der vaderlandsche kerk, of vrijmoedige verdediger van derzelver grondconstitutie.... [Door Joh. Barueth.] 's Hage, 1771. (123
Zie Bilderdijk, Vad. Hist. XII. 145.
| |
| |
| |
De advokaat en boezemvriend van Js
De advokaat en boezemvriend van Js. le Francq van Berkhey verdedigende De Zeetriumph der Bat. vryheid.... [Door le Fr. v. Berkhey zelven.] In Holland [Leid. by Fr. de Does.] 1783. (124
Blijkens eene door hem zelven geschreven lijst zijner geschristen, welke in mijn bezit is.
| |
De advocaet van Frank de Vrij
De advocaet van Frank de Vrij; schrijver der Orangeboomen, voor de vierschaar der rede. Pleidooi van antwoord. Z. pl. en jr. [1782.] (125
Waarschijnlijk door den schrijver der Orange-boomen zelf, nl. Pieter Vreede.
| |
De advokaat van Joannes le Francq
De advokaat van Joannes le Francq van Berkhey, aan Jan van Vreeswijk substituut schout te Leyden. [Waarschijnlijk door le Fr. v.B. zelf.] Z. pl. en jr. [Leiden, C. Heyligert, 1783.] (126
| |
Getrouw advys aen de oprechte Hollanders
Getrouw advys aen de oprechte Hollanders. Rakende hetgeene gepasseert is in Bodegrave en Swammerdam. Z. pl. en jr. [Amsterdam, 1673.] (127
Vertaling van [Abr. de Wicquefort] Advis fidèle.
| |
Eenvoudich advys om met de meeste
Eenvoudich advys om met de meeste spoet ende de minste schade te gheraken uyt den schadelicken oorloch met Engelant. [Toegeschr. aan Jac. Stermont.] Gedruct int Jaer o. H. 1652. 4o. (128
Bibl. v. Pamfl. 4079, 4104.
| |
Advys op 't vast-stellen van de religien
Advys op 't vast-stellen van de religien. [Toegeschr. aan Joh. Uytenbogaert.] Haerlem, 1630. 4o. (129
Cattenburgh p. 154.
| |
Gewigtig advys over de vraag
Gewigtig advys over de vraag: Moet eene constitutie de Nationale Conventie of eene Nat. conv. de const. voorafgaan? [Door Prof. H.C. Cras.] Harl. 1795. (130
Cat. J.M. Kemper, 195.
| |
Theologisch advys over het huwelyk van een oom
Theologisch advys over het huwelyk van een oom met syner afgestorvene huysvrouwe susters dochter en nopende
| |
| |
de censure van de Kerkenraed daer op gevolgt. Z. pl. en jr. (1689) 4o. (131
Achter het tot titel dienende opschrift vond ik in een ex. den naam de Bas geschreven, en onder het ‘Versoek aan den Leser’ op bl. 5: ‘wort gesegt door den advoc. Muys van Holy’ (verder afgesneden.) Aan het einde na het ‘Aldus geadviseert’: ‘segge Dr. Anslaer.’
| |
Theologisch advys over 't gebruyck van kerckelijcke goederen
Theologisch advys over 't gebruyck van kerckelijcke goederen. Eerste deel. [Door Gisb. Voetius, Prof. te Utrecht.] Amsterdam, 1653. 4o. (132
Als 2e dl. verscheen met zijn naam in 1656 de ‘Wolcke van getuygen.’
| |
't Nieuwsgierig Aegje
't Nieuwsgierig Aegje. Kluchtspel. [Door A. Bogaert.] Amst. 1679. - Ald. 1701. (133
Tooneelst. v. Letterkunde no. 1, 2. V.d. Marck 790 noemt hem A. van Bogaard.
| |
Aelius Sejanus
Aelius Sejanus. Treurspel met de spreuk: Sidunt ipso pondere magna, ceditque oneri fortuna suo .... Gor. 1667. 4o. - Ald. 1687. 4o. (134
V.d. Marck, no. 265 stelt dit op naam van Jan Lemmers. Zie echter boven op P.v.R.
| |
Aen August Gevart
Aen August Gevart, Lauracet in den kampstrijd van toonzetting door den staet geopend. [Door Prudens van Duyse.] Gent (1847.) F.V. (135
| |
Aen de Blokhuizen van Amsterdam
Aen de Blokhuizen van Amsterdam. [Door Joost van Vondel.] 1650. fol. (136
Bibl. v. pamfl. 3887; v. Lennep VI. 62.
| |
Aen den edelen ... Emanuel Elias
Aen den edelen ... Emanuel Elias, Heere van d'Haddeghem, en de edele jonkvrouw Marie-Charlotte de Lens ... [Door J.F. van der Schueren.] Gent, 1790. fol. (137
Vanderhaeghen, IV. 214.
| |
Aen den gekruisten Jesus
Aen den gekruisten Jesus; Maria aen den voet des kruis, en litanien voor eene goede dood, door de Geramb. [Vert. door Van den Bossche.] Gent, J. Rousseau. 1842. 16o. B.B. (138
| |
Aen den heere mynheer H.C.N. van der Noot
Aen den heere mynheer H.C.N. van der Noot, volmagtigden agent van het volk van Brabant en de zeer
| |
| |
eerw. heer P.S. van Eupen.., Antwerpen met hunne tegenwoordigheid vereerende.... [Door F. van Cannart d'Hamale.] Antw. 1790. (139
Bibl. d'Anvers, III. p. 145.
| |
Aen den weleerweerden here abte Carton
Aen den weleerweerden here abte Carton doe hem die hoghe scole van Leuvene, eershalven, dat diplome van Doctoor in de Philosophyen ende Letteren hadde ghesonden. (In der Maerlantscer strophen.) [Door Prudens van Duyse.] Gent (1855.) 4o. F.V. (140
| |
Aendieninghe van de alder-kragktighste middelen tot
Aendieninghe van de alder-kragktighste middelen tot een geestelycke verrysenisse bestaende in dry dinghen ... [Door Charles Myleman.] Ghendt, 1681. 12o. (141
Vanderhaeghen, II. 172.
| |
Aenhanghsel van der kercken dienaren Remonstranten
Aenhanghsel van der kercken dienaren Remonstranten naerder bericht, vervattende klaer bewijs, dat d'artikelen by hun verworpen, niet en zyn ter quader trouwen voorghedragen. [Door Joh. Uytenbogaert.] 1612. 4o. (142
Rogge, Bibl. der klemonstr. bl. 9. Ten onregte door sommigen aan Petrus Cupus toegeschreven. Er is nog eene uitgave: Rott. z. jr. en eene andere: Rott. 1612.
| |
Aenhechtsel aen 't boecxken of tsamenspreekinghe
Aenhechtsel aen 't boecxken of tsamenspreekinghe, over het Regirens Plackaet van Groninghen, aldaer ghekondicht den 7 September, ouden stijl. 1601. ..... Vervatet in een tsamensprekinghe van drie persoonen, als boeck-verkooper, partydich gereformeerde, ende een Jesuwyt. [Door Caspar Coolhaes.] Ghedruckt int jaer ons Heeren, 1602. 4o. (143
Blijkens een versje aan het slot, waarin de hoofdletters den naam Casparvs Coolhaes van Collen vormen.
| |
Eenige aenmerckingen op een schandaleus en
Eenige aenmerckingen op een schandaleus en faemroovent pasquil genaemdt Vindiciae Amstelodamenses. [Door Nic. Muys van Holy.] Z. pl. en jr. [1690.] 4o. (144
| |
| |
| |
Noodige aenmerckingen op het seditieus en
Noodige aenmerckingen op het seditieus en landtverderfelijck libel geintituleert: Vruchteloosen-biddagh ... [Door Adriaan Paets.] 1655. 4o. (145
Cattenburgh, p. 144.
| |
Aenmerckinghe op de tegenwoordige steert-sterre ende
Aenmerckinghe op de tegenwoordige steert-sterre ende den loop deser tijden, so hier als in andere Landen .... [Toegeschr. aan Jac. Cats.] Z. pl. en jr. [1619.] 4o. (146
| |
Korte aenmerckinghen op het onbewesen bewys
Korte aenmerckinghen op het onbewesen bewys dat het gevoelen van der sonne stillestant ... niet strijdigh is met Gods woort ... [Waarschijnlijk door Caspar Streso.] 1656. 4o. (147
Bibl. v. pamfl. 4505.
| |
Aenmerkinge op de articulen
Aenmerkinge op de articulen, raeckende de Fugitiven en Rebellen soo van den Koninck van Engelandt, als van desen Staet... [Waarschijnlijk door Gilb. Burnet.] 1688. 4o. (148
Bibl. v. Pamfl. 8505.
| |
Aenmerkinge op het geschrift
Aenmerkinge op het geschrift, genaemt Parlementum Pacificum .... Uyt het Engels vertaelt. Bommel, by W. Tacitus, 1688. 4o. (149
Door Gilb. Burnet, Zie Bibl. v. Pamfl. 8660.
| |
Naerder onzijdige aenmerkingen
Naerder onzijdige aenmerkingen of vervolg van staetkundige onderrigtingen voor het volk van Brabant. [Door G. Vonck Advokaat.] Ryssel, 1792. (150
Voorafgegaan door ‘Onzydige aenmerkingen’ in 1791, die den naam des schrijvers droegen, en gevolgd door ‘Vervolg van staetkundige onderrigtingen voor het volk v. Brabant’, dic weder naamloos verschenen. Cat. v. Hulthem 27123 e.v.; Mertens Bibl. d'Anvers III. 130.
| |
Aenmerkingen op de Consideratien
Aenmerkingen op de Consideratien, en redenen, met dewelcke het recht der steden Deventer, Campen, Swol, geimpugneert wort. [Door Henr. Brumanus.] Gedruckt tot Swolle hy Geraert Tydeman, boekdrukker aen de Grote Markt. 1677. 4o. (151
Dumbar, Analecta II, in Dedic.; Tegenw. Staat v. Overijssel, III. 142.
| |
| |
| |
Aenmerkingen op een geschrift
Aenmerkingen op een geschrift, geintit. Antwoort op den Brief, gesupponeert te zyn geschreven door den Heere Fagel.... ghedrukt in 't Jaer 1688. ('s Hage, 1688.) 4o. (152
Waarschijnlijk door of althans met hulp van Fagel geschreven. Bibl. v. Pamfl. 8594.
| |
Byzondere aenmerkingen over het aenleggen van pragtige en gemeene landhuizen
Byzondere aenmerkingen over het aenleggen van pragtige en gemeene landhuizen, lusthoven,...... het snoeien van boomen, het aanleggen van trekkassen, het kweeken van vreemde gewassen en bloemen, enz. [Door Pieter de la Court van der Voort.] Leyden, 1737. - 2e druk. Amst. 1763. - 3e druk. Ald. 1766. 4o. (153
| |
Aenspraeck aende goede borghers en inwoonders
Aenspraeck aende goede borghers en inwoonders der stadt Leyden, over de bedroefde vernieuwinghe vande onchristelycke verdruckinghe eeniger onnosele vrome Remonstr. gesinde Leeraars.... [Door Paschier de Fijne.] 1640. 4o. (154
Opgenomen in zijne Verzameling van Tractaaten.
| |
Aen-spraeck
Aen-spraeck, aen de heeren Professoren van de Theol. faculteyt tot Leyden, over der selver Verant-woordinghe teghen de Consideratien van hare consulten gegeven op vijf Amsterdamsche vragen. [Door Joh. Uytenbogaert.]... 1629. 4o. (155
Cattenburgh, p. 153.
| |
Ernstighe aenspraeck aen de Maeghdt van Hollandt
Ernstighe aenspraeck aen de Maeghdt van Hollandt, tot waerschouwinghe van alle goede lief-hebbers der oude vaderlycke vryheydt. [Door Jac. Taurinus.] .... 1617. 4o. (156
Cattenburgh, p. 129.
| |
Aen-spraeck aen den Getrouwen Hollander
Aen-spraeck aen den Getrouwen Hollander, nopens de proceduren der Portugesen in Brasil. [Door Dirck Graswinckel.] 's Grav. Is. Burghoorn .... 1645. 4o. (157
Asher, Bibl. Essay, p. 38.
| |
Aenspraek
Aenspraek, gedaen door een' der meestgevorderde leerlingen van stads
| |
| |
kostelooze school .... [Gedicht door François Riens.] 6 Sept. 1840. Gent. fol. (158
Vanderhaeghen V. 434.
| |
Christelicke aen-sprake tot betrachtinghe van den grooten danck- en bede-dagh
Christelicke aen-sprake tot betrachtinghe van den grooten danck- en bede-dagh ... Wt-geschreven den 25 Jan. 1650 ... [Door J. Jz. Batelier.] Rotterdam, 1651 (159
Rogge, Bibl. v. Remonstr. geschr. bl. 151.
| |
Aanteekeningen der verrichtingen van den heere
Aanteekeningen der verrichtingen van den heere Menager aen het Hof van Engeland (1706-1712). In 't Nederduitsch vertaeld. [Door J. Slicher Tz.] Amst. 1718. (160
| |
Chronologische aenteekeningen
Chronologische aenteekeningen, raekende 't geene tot Cortryk ende omstreeks voorgevallen is. [Door Goethals-Vercruysse.] Cortryk z. jr. 12o. B.B. (161
| |
Korte aenwysinge vande nuttigheden ende voordeelen
Korte aenwysinge vande nuttigheden ende voordeelen, die dese Vereenigde landen sullen kunnen trecken uit het oprichten van een nieuwe Suyder Compagnie .... [Door Willem Usselincx.] 1636. fol. (162
Laspeyras No. 87.
| |
Seer schoone aenwysingen vnde grondige ontdeckingen
Seer schoone aenwysingen vnde grondige ontdeckingen van die verborghen wysheydt Godes.... [Door David Joris.] 1550. 4o. (163
Bibliophile Belge 1866, p. 134; v.d. Linde, No. 55.
| |
Korte ende klare aenwysinghe dat de leere
Korte ende klare aenwysinghe dat de leere van de godtl. praedestinatie in 't minst niet en wordt bewesen in 't kort bericht.... [Door Joh. Uytenbogaert.] 1642. (164
Cattenburgh, p. 160.
| |
Trouhertighe aenwysinghe der bedriegelyckheden ende valschheden
Trouhertighe aenwysinghe der bedriegelyckheden ende valschheden schuylende onder de Vermaninghe Jacobi Triglandy .... [Door Joh. Uytenbogaert.] Herder-wyck. 1623. 4o. (165
Cattenburgh, p. 149.
| |
| |
| |
Waerachtige aenwysinghe unde claer verhael
Waerachtige aenwysinghe unde claer verhael van de wederbrenginghe des menschen.... [Door David Joris.] 1544. 4o. (166
Bibliophile Belge, 1866, p. 134. Niet vermeld bij v.d. Linde.
| |
Aesopus defensor sig erbarmende over de diepe sugten van den klagenden veenboer
Aesopus defensor sig erbarmende over de diepe sugten van den klagenden veenboer. [Door J. Uytenhagen de Mist.] In 's Graven-hage, by Jan Speckhals. Anno 1662. (167
Blijkens de voorrede der Apologie v.d. oudienst der Stadh. Regeringe .... door Aesopum Stomachatum, van denzelfden schrijver.
| |
Aesopus in Europa
Aesopus in Europa. Tweeden druk. Volgens de Romeinse copy. [Door Romein de Hooghe.] In 's Gravenhage, by Francois Moselagen .... 1738. 4o. (168.
Zie op: Esopus in Europa.
| |
Wijsgeerige afbeelding van het carakter van den Heer F. Fagel
Wijsgeerige afbeelding van het carakter van den Heer F. Fagel. Uit het Fransch [van Fr. Hemsterhuis, door hem zelven] vertaald. Amst. 1770. (169
De ‘Wijsgeerige beschrijvinge’ was niet van zijne hand. Zie Cat. der Amst. Bibl. III. 633.
| |
Afbeeldinge van de cortheydt deses levens
Afbeeldinge van de cortheydt deses levens, of een christel. verhael van de overdenckinghe van het selve .... [Door Lucas Trelcatius.] Leyd. 1599. (170
Rogge, Bibl. v. Contraremonstr. geschr. bl. 3.
| |
Afbeeldingen van de kleeding
Afbeeldingen van de kleeding, zeden en gewoonten in de Bataafsche Republiek met den aanvang der 19e eeuw. [Door E. Maaskamp.] Amsterdam, E. Maaskarap (1803). 4o. (171
Bodel Nijenhuis, no. 205.
| |
Afbeeldinghe ende beschrijvinghe van alle de veld-slagen
Afbeeldinghe ende beschrijvinghe van alle de veld-slagen, belegeringen ende and're notable geschiedenissen ghevallen in de Nederlanden, geduer. d'oorloghe teghens den Con. van Spaengien .... [Door Willem
| |
| |
Baudaert van Deinse.] Amst. 1616. 4o. (172
Komt ook voor onder den titel: De Nassansche oorloghen beschr. door W. Baudartium van Deinse. Zie Rogge, Contraremonstr. geschr. bl. 24.
| |
Afbeeldinghe van d'eerste eeuwe der Societeyt
Afbeeldinghe van d'eerste eeuwe der Societeyt Jesu voor ooghen gestelt door de Duyts-Nederlantsche provincie derselver societeyt. [Proza van J. de Tollenaere, G. Henschenius en J. Bollandus; gedichten van Sidronius Hosschius; uit het latijn vertaald en uitgeg. door Adr. Poirters.] Antwerpen, 1640. 4o. (173
Vertaling der Imago primi saeculi soc. Jesu, in hetzelfde jaar verschenen. - Placcius 1957, Navorscher XVII. 499.
| |
Affkomst ende korte historie der graven
Affkomst ende korte historie der graven van Holland, Zeelandt ende Vrieslandt. [Door J.G. Blyenburgh.] Amst. (1586?) B. (174
| |
Een affsonderinge of onderscheit tusschen die
Een affsonderinge of onderscheit tusschen die vroeme ende onvrome, hemmelsche ende eerdische tonderkennen wie de getruwe oprechte Christi oder niet en syn. [Door David Joris.] 1544. (175
Bibliophile Belge 1866, p. 144; v.d. Linde no. 26 en Kist en Royaards XVIII. 411 hebben 1546.
| |
De afkoop van de tol van het Suez-kanaal
De afkoop van de tol van het Suez-kanaal. [Door J.E. Slingervoet Ramondt.] Deventer, 1873. Uitg. (176
| |
Aflaet van Portiuncula
Aflaet van Portiuncula. Geschieden oordeelkundige verhandeling .... door V. Laurentius.... [Vert. door J. Tollenaere, Kanunnik.] Gent, 1851. 16o. (177
Vanderhaeghen V. 261.
| |
Afrekening-maal van een boedel bij Silphio
Afrekening-maal van een boedel bij Silphio te Parahelios [Springer te Overveen], in de maand Junij; Gastronomisch-macaronisch gedicht. [Door Mr. J. van Walré.] Z. pl. en jr. [Haarlem, 1819.] H.G. (178
| |
| |
| |
Nederlandsch Afrika
Nederlandsch Afrika, of historisch en staatkundig tafereel van den oorspr. staat der volkplanting van de Kaap de Goede Hoop, vergel. met den tegenw. staat dier volkplanting. Uit het Fransch. [Door B.J. Artoys.] In Holland. [Leiden] 1783. (179
Het oorspronkelijk werk l'Afrique Hollandaise was van François Bernard. Deze noemt het onder zijne geschriften op bl. 88 van De Batavier.
| |
Afscheid van mijn oranjestrik
Afscheid van mijn oranjestrik. [Door P.J. Kikkert.] Utrecht, 1863. (180
| |
Agnes van Mansfeldt
Agnes van Mansfeldt. Historisch verhaal. Uit het Engelsch van T.G. Grattan. [Door A. ter Gunne.] Deventer, A. ter Gunne 18 .. 2 dln. Uitg. (181
| |
Agrippa
Agrippa, koning van Alba, anders de gewaande Tiberinus. Naar het Fransch van Quinault. [Door J. Antonides van der Goes.] Amst. 1677. (182
Blijkens D.v. Hoogstraten's voorrede voor 's mans ‘Gedichten. Amst. 1714.’
| |
Koninklijke akademie ter opleiding van burgerlijke
Koninklijke akademie ter opleiding van burgerlijke ingenieurs te Delft, onder bescherming van Z.K.H. den Prins van Oranje ... [Door D. Buddingh.] 's Grav. 1842. Schr. (183
| |
Al weer iets over het Grieksche
Al weer iets over het Grieksche treurspel. [Door P. van Limburg Brouwer.] Gron. 1839. (184
Ook onder deu titel: ‘Proeve eener recensie’ verschenen.
| |
Al weêr nieuwe offers op het altaar des vaderlands
Al weêr nieuwe offers op het altaar des vaderlands! Een schuitpraatje. [Door G.R. Wieringa.] Bij Desideer Helleborander. 1831. R.A. (185
| |
Veelouschen Alarm
Veelouschen Alarm, ofte onpartijdich verhael van de overcomst, in ende uyt-tocht, van Graef Hendrick van den Berg in Veelouwen ... Met een beschrijvinghe van 't gheene vast by alleman in Gelderlandt daer van
| |
| |
gheoordeelt wort. Gedruckt int Jaer 1624. 4o. (186
In de Gedenkschriften van Jr. Alex. van der Capellen... uitgeg. door Jhr. R.J. v.d. Capellen (Utr. 1777) wordt onder de landdags-recessen aangaande dit boekje het volgende gevonden (bl. 262.) ‘Komen brieven van de Staten Generael aen 't Hof om zich t'informeeren over den Autheur van 't diffamatoire boexken, tegens publicque persoonen uytgegeven, onder titul van “Velusche Alarm”, daer toe te lichter te geraken sal syn, omdat omtrent deselve tyt uytgekomen is een ander boexken van W. Baudartio onder tit. van “Veluwes Vastel avond spel”, gynde met eene letter, als 't voorighe gedruckt, ende tegens den Autheur nae de Placcaten procedeeren enz.’ Voorts (bl. 253): ‘Een pasquil, onder den titul van “Velonsche alarm”, wort gedrukt, ende uytgegeven, tegens de H. van Marquette ende sonderlinghe Henrick van Essen Raetsheer; tot Deventer, nae 't schynt, gedruckt. Myn opinie is, dat het Henrick van Eck gemaekt heeft. Noch is een ander verhael uytgekomen, onder titul van “Velaus Vastelavont Spel”, geschreven by W. Baudartio.’
| |
Christelijk album
Christelijk album. Woorden van stichting in onze huiskamer. Haarlem, A.C. Kruseman 1846-1883. (187
Hetgeen R. Bennink Janssonius naamloos in de eerste jaargangen schreef, wordt opgegeven in Letterkunde, Levensber. 1873, bl. 212, namelijk:
Een avond van den predikant in zijne dorpskerk.
Troost bij kindergraven.
Eene kerkelijke huwelijks-inzegening in een dorp.
Een bezoek op het dorpskerkhof.
Het afscheid van den predikant.
Een viertal v.d. oudste gezangen in 't Ev. Gezangboek.
| |
De alleenheersching
De alleenheersching, aan het volk van Denemarken. [Door Mr. W. Bilderdijk.] Leipzig, 1794. (188
Kliukert, bl. 5.
| |
De bouwvallige allopathie en de apothekers
De bouwvallige allopathie en de apothekers vergiften vervangen door de natuurgeneeskunde. Vrij naar het Hoogduitsch. [Door P. Jut van Breukelerwaard.] Amst. [1858.] (189
Cat. der Amst. Bibl. V. 335.
| |
Bredaesche almanac en chronyck
Bredaesche almanac en chronyck. [Door J. van Vliet.] Z. pl. en jr. [Breda, Abr. Subbinck 1663.] 4o. (190
| |
| |
| |
De Antwerpsche Sancha Pança almanach
De Antwerpsche Sancha Pança almanach. [Door Felix Bogaerts.] Antw. Buschmann. 1849. 32o. (191
Bibliophile Belge, XIX. 32.
| |
Den grooten St. Truydenschen almanach
Den grooten St. Truydenschen almanach, dienende voor het jaer 1793, ofte de beschryvinge der 22 steden van het land van Luyck ... Tot St. Truyden, by J.R. Smits. 12o. - Hasselt, N. van Gulpen. 12o. (192
Is de Beschryvinge der steden v.h. land van Luyck (zie beneden), met voorgevoegden almanak.
| |
Almanach en politiek zakboekje voor de Vereenigde Nederlanders
Almanach en politiek zakboekje voor de Vereenigde Nederlanders. [Door J.H. Swildens.] Amst. 1782. 12o. (193
Gratama, Regtsg. Mag. bl. 332.
| |
Nieuwen Mechelschen almanach voor het jaer
Nieuwen Mechelschen almanach voor het jaer 1721. 12o. (194
Ook verschenen in de volgende jaren tot 1729. De schrijver was J.B. Jouffroy. Zie Biblioph. Belge IX. 206.
| |
Almanach nae den Nieuwen Stijl
Almanach nae den Nieuwen Stijl, van eenige achter-een-volghende jaren, als van het jaer 1677 tot 1692. [Door D. Rembrantsz van Nierop.] Amst. z. jr. (195
| |
Almanak voor 1826 (en 1827)
Almanak voor 1826 (en 1827) met vaderlandsche herinneringen op elken dag van het jaar. [Door J.F. Willems.] Antwerpen, 1826 (en 1827) 16o. (196
Cat. der Antw. Bibl. III. bl. 131; Bibliophile Belge XIX. 21.
| |
Gentsche almanak voor den jare 1823
Gentsche almanak voor den jare 1823, kunnende ook dienen voor nieuwjaersgift ... [Door J.B. Cannaert.] Gent, 1823. 12o. (197
Bibllophile Belge, XX. 324.
| |
Historische almanak voor 1847 (Januarij-Julij) uitgeg
Historische almanak voor 1847 (Januarij-Julij) uitgeg. door de Vereeniging tot bevordering van christelijke lectuur. [Geschr. door Mr. A. Backer te Amsterdam.] Amst. H. Höveker. 1847. (198
Cat. Letterkunde, II. 563.
| |
| |
| |
Koninklijke almanak voor den jare 1808
Koninklijke almanak voor den jare 1808. [Geredigeerd door S. Dassevael.] Amst. Gebroeders van Cleef boekverkoopers des Konings. (199
Volgens aanteekening van een tijdgenoot op mijn exemplaar.
| |
Almanak voor de provincie Noord-Braband
Almanak voor de provincie Noord-Braband. [Onder redactie van den uitgever H. Palier.] 's Bosch, H. Palier. 1815-1860. (200
| |
Overijsselsche almanak voor oudheid en letteren
Overijsselsche almanak voor oudheid en letteren. [Redacteur P.C. Molhuijsen, Predikant te Deventer.] Deventer, J. de Lange. 1836-55. 20 dln. 12o. (201
De ongeteekende stukken waren van M.
| |
De Heilige Aloysius van Gonzaga
De Heilige Aloysius van Gonzaga. [Uit het Fransch vert. door J. Hulpiau.] Gent, Ad. Rousseau. [1856,] 24o. B.B. (202
| |
De Alrik en Aspasia van Mr
De Alrik en Aspasia van Mr. Rhynvis Feith.... Nieuwe uitgave, eenigzins duidelijker van zin dan de eerste: kunnende ook dienen ten gebruike van zekere vaderl. winkels te Amsterdam. Tweede druk aanmerkelijk vermeerderd en op muzijk gesteld door den beroemden Bonaventura Melorauschi. Amst. z. jr. [1787]. (203
Parodie van Mr. J. Kinker. Zie Bijdragen tot zijn leven door Mr. M.C. van Hall, bl. 35; Het Leeskabinet 1862, No. 5.
| |
Althea
Althea. Treurspel. [Door C. Droste.] 's Grav. 1710. 4o. (204
Zeer zeldzaam. Later herdrukt in zijn Haegse Schouwburg. dl. I.
| |
Onpersoonlijke amendementen op het ontwerp van wet
Onpersoonlijke amendementen op het ontwerp van wet tot regeling van het Hooger Onderwijs. [Door Prof. S. Vissering.] Leid. 1876. Uitg. (205
| |
Nederlandsche amnestien van de jaeren 1485
Nederlandsche amnestien van de jaeren 1485, 1488, 1787 en 1788 meer betrekk. het voorgev. in de beide laatste jaren te Rotterdam. [Uitgeg. door H.A. Kreet.] Dordr. 1789. (206
Cat. v. Letterkunde II. 27.
| |
| |
| |
Amstelredams eer
Amstelredams eer, zie op: Amsterdams eer. (207
| |
Amsterdam aan zyne Regenten
Amsterdam aan zyne Regenten. [Door Prof. J.H. Swildens.] Z. pl. [Amsterdam, W. Holtrop.] 1781. (208
Gratama, Regtsgel. Magazijn, bl. 332.
| |
Amsterdam gedurende het verblijf van Z.K.H
Amsterdam gedurende het verblijf van Z.K.H. den Souvereinen Vorst der Vereenigde Nederlanden, geschetst in eenen brief. [Door J. van 's Gravenweert.] Amsterdam, z. jr. (209
| |
Amsterdam in zijne opkomst
Amsterdam in zijne opkomst, aanwas en geschiedenissen. Door J. Wagenaar. [Vervolgd mogelijk door Simon Stijl.] Amst. 1760-67. 3 dln. fol. of 13 dln. 8o. Vervolg. 1788-94. 1 d. fol. of dl. 14-23. 8o. (210
Volgens anderen echter door een Amsterdammer. Zie ook Navorscher XVII. 272.
| |
Amsterdam
Amsterdam, Parijs en Berlijn, met betrekking tot het revolutiemaken. Scherts en ernst. [Door J.W. Yntema.] Amst. 1848. (211
| |
Amsterdams dam-praetje van wat outs en
Amsterdams dam-praetje van wat outs en wat nieuws. En wat vreemts. Amsterdam, 1649. 4o. - Amsterdams tafel-praetje, van wat goets en wat quaets, en wat noodichs. Gouda, 1649. 4o. - Amsterdams vuurpraetje, van 't een ende 't ander datter nu om gaet. Amsterdam, 1649. 4o. (212
T. Asher, Bibliogr. essay, p. 200 meent, dat men deze 3 geschriften ten onregte aan Cornelis Melijn, Hollandsch koopman in Brazilië, toeschrijft.
| |
Amsterdams eer ende opkomen door de gedenckwaerdige mirakelen
Amsterdams eer ende opkomen door de gedenckwaerdige mirakelen aldaer geschiedt aen ende door het H. Sacrament des altaers anno 1345. [Door L. Marius] Loven, 1638. 12o. (213
Foppens II. 817, 818. De uitgave Antv. 1639. 12o. heeft Amstelredams eer .... enz. en achter het jaartal: Door Boetius à Bolswert, die daarom dikwijls voor den schrijver is aangezien. Hij was echter alleen de graveur der fraaije platen. (Zie v. Lennep, Vondel, IV. 439.) Herhaaldelijk herdrukt: nog in 1760. J. Gerbrandsz van Leyden vond ik elders als den schrijver genoemd.
| |
| |
| |
Amsterdams eer en opkomst door middel
Amsterdams eer en opkomst door middel der hervorming van den j. 1578 .... uit de beste schrijvers bij een gebragt met aanmerkingen. [Door Jac. Kok.] Amst. 1778. 2 stn. (214
Bodel Nijenhuis 1554.
| |
Analccta of eenige oude ongedrukte schriften
Analccta of eenige oude ongedrukte schriften van diversen inhoud, tot Friesland alleen specterende. [Uitgeg. door Jhr. E.M. van Burmania.] Leeuw. 1750. 4o. (215
| |
Andria
Andria; de eerste Comedie van de sesse, de welcke P. Terentius Afer, die vermaerde ende gheleerde Poëet, int Latine bescreven heeft, nv eerst in onser duytscher talen rethorikelyck ouer ghestelt, seer plaisant om lesen. Thantwerpen, Symon Cock. 1555. (216
Dat C. van Ghistele de naamlooze vertaler hiervan was, bleek eerst uit den Eunuchus, de tweede Comedie .... enz. in hetzelfde jaar verschenen, waarin op bl. xij een 8regelig acrostichon op zijn naam te vinden is.
| |
Andromeda
Andromeda. Treurspel. [Door F. Rijk.] Amst. 1699. - Ald. 1715. - Ald. 1730. - Ald. 1739. - Ald. 1778. (217
V.d. Marck 1282.
| |
Anna en Maria Tesselschade Visscher
Anna en Maria Tesselschade Visscher, gedichten. [Verzameld door M.D. de Bruyn.] Utrecht, 1851. 16o. (218
Cat. M.D. de Bruyn, no. 3042.
| |
Anna
Anna. Historisch tafereel uit de Vlaemsche geschiedenis .... Door den schrijver van Hembyse. [J. de Saint-Genois.] Gent en Rott. 1844. 2 dln. (219
| |
Anne en Jannemoers hartenwensch en vreugdezang
Anne en Jannemoers hartenwensch en vreugdezang op de 22ste verjaaring van Z.D.H. Willem Frederik .... op den 28 Aug. 1794. Amst. 4o. (220
Denkelijk door den uitgever W. Coertse, die meer dergelijke stukjes, wat vorm en inhoud aangaat, uitgaf en drukte.
| |
Anno 1782 op Woensdag den 16de
Anno 1782 op Woensdag den 16de January, word UE. verzogt om de uitvaart-diensten bij te woonen van
| |
| |
de in wanhoop en zoo ongelukkig door de schrik van een Advertentie van den 17den December des voorigen jaars .... gesneuvelde .... Ouderwetse Nederlandsche Patriot .... In plano. (221
Dat dit uitvaart-briefje door Nic. Hoefnagel gesteld was, is hoogstwaarschijnlijk. Vgl. Mr. Santijn Kluit in Nijhoff's Bijdr. N.R. IX. 253.
| |
Antidote of teghen-gift teghen de Missive
Antidote of teghen-gift teghen de Missive der Leeraren ende Professoren eenigher Kercken ende schoolen in Zwitserlandt .... mitsg. teghen de annotatien op de selve Missive .... 1631. 4o. (222
Het eerste gedeelte is eene vertaling uit het Fransch (van Dan. Tilenus door Joh. Uytenbogaert.) De Aanmerkingen op de annotatien zijn van Uytenbogaert, volgens Cattenburgh, p. 158.
| |
Antidotum ende naerder openinghe van het eyghene ghevoelen
Antidotum ende naerder openinghe van het eyghene ghevoelen des Nation. Synodus gheh. binnen Dordr. [Door Sim. Episcopius.] .... Z. pl. [Amst.] 1619. 4o. (223
Naderhaad door den schrijver zelven in het Latijn vertaald en uitgegeven in zijne Opera theologica. Rott. 1665. 2e dl. 2e st.
| |
Romeinsche antieken
Romeinsche antieken. Vrijheidsen vaderlandsliefde. [Door A. Loosjes, Pz.] Haarlem, 1798. (224
| |
Anti-gerusiomachia
Anti-gerusiomachia. Tragicocomisch-dramatisch en episch dichtstuk. [Door J.J.L. ten Kate.] Utr. C. van der Post, Jr. 1839. (225
| |
Antiquitates Belgicae of Nederlandsche oudheden
Antiquitates Belgicae of Nederlandsche oudheden. Zynde d'eerste opkomst van Holland, Zeeland, 't Sticht Utrecht, Overyssel, Vriesland, Braband, enz. Beneffens dier landaarts oorsprongk, voortgang, eerste christendom en wonderlyke geschichten .... Met konstprinten verciert. Amst. 1700. Brussel, 1701. - Antw. 1715. - 5e druk. Brussel, 1756. (226
Door J. van Royen, met aanteekeningen van M. Harwich, R. van Love e.a., bewerkt naar [R. Verstegen] Nederlandsche antiquiteiten. Antw. 1613. (Cat. der Amst. Bibl. VI. 842.)
| |
| |
| |
Antiquitates Germanicae of Hoogduitsche oudtheden
Antiquitates Germanicae of Hoogduitsche oudtheden, waarin de gelegentheit en zeeden der Germaanen, beschreven door Tacitus, naaukeurig verklaart, en met printverbeeldingen opgeheldert worden. [Door Gerrit Bos.] Amst. 1756. (227
Mertens, Cat der Antw. Bibl. no. 7705.
| |
Nederlandsche antiquiteiten met de bekeering derzelver
Nederlandsche antiquiteiten met de bekeering derzelver landen door den H. Willebrordus. [Door Richard Verstegen gezegd Rowlands.] Amst. 1613. 12o. - Brussel, 1646. - Ald. 1662. (228
Zie verder op no. 226.
| |
Wonderlyke antiquiteyten gevonden im jaare 1647
Wonderlyke antiquiteyten gevonden im jaare 1647, boyten de stadt Domburgh in Seeland. [Door Cornelis Beuckelaer, Pred. te Veere.] Middelburg, 1647. (229
Placcius no. 1953 zegt, dat dit op het exempl. van den Nymeegschen oudheidkenner de Smeth geschreven was, die het in 1691 uit den mond des schrijvers vernomen had.
| |
Antwoord aan den Heere C.L. van Beyma
Antwoord aan den Heere C.L. van Beyma op deszelfs uitgegeven stukje, getiteld: Remarques .... [Door J. Valckenaer.] In Holland. 1790. (230
| |
Antwoord aan een vriend op den tweeden Haarlemmermeerbrief
Antwoord aan een vriend op den tweeden Haarlemmermeerbrief van Dr. G.J. Mulder. [Door Dr. G.J. Pool.] Amst. 1839. (231
V.d. Linde, Bibliogr. v. Haarl. no. 551.
| |
Antwoord aan Heer de Vos in drie brieven
Antwoord aan Heer de Vos in drie brieven. [Door Willebrord van Os.] 1805. (232
Bennink Janssonius, Gesch. der Oud R.K. Kerk, bl. 339.
| |
Antwoord op de aanmerkingen van den Heer V
Antwoord op de aanmerkingen van den Heer V. [Veltwijk] op eene verhandeling betreffende de kolonie Suriname, voorkomende in het VIIe deel der Bijdragen tot de huishouding van staat.... [Door Adam Cameron.] 's Gravenhage, bij W.K. Mandemaker. 1824. (233
Teenstra, de Negerslaven, bl. 333.
| |
| |
| |
Antwoord op de Proeve van Abrahamus
Antwoord op de Proeve van Abrahamus Heydanus tegen de onderwijsinge in de Christelycke religie na de belijdenisse der Remonstranten. Gesteld door S. Episcopius Rotterdam, Gedrukt bij Joh. Naeranus 163? - Ald. 1645. (234
Met eene voorrede van den uitgever [Joh. Naeranus?] die zijn naam verzwijgt. Zie v.d. Aa, Biogr. Wb. i.v. Naeranus (Joh.) en Naeranus (Sam.)
| |
Antwoord op de vraag door het Zeeuwsch genootschap
Antwoord op de vraag door het Zeeuwsch genootschap der wetenschappen voorgesteld betreffende de Dea Burorina in een latijnsch opschrift op een ouden steen te Domburg gevonden. Door .... [J.W. te Water.] Z. pl. en jr. [Middelburg, 1807.] (235
In Nieuwe verhand. v.h. Zeeuwsch gen. I. 255. Zie zijne eigen-levensbeschr. bl. 395.
| |
Antwoord op den gesupposeerden brief
Antwoord op den gesupposeerden brief, geschreven door den Heer Fagel .... aan den heer Jakob Stewart .... [Mogelijk door Stewaart zelven.] Z. pl. en jr. [1688.] 4o. (236
Bibl. v. Pamfl. 8593.
| |
Antwoord op den schandelijken brief eener
Antwoord op den schandelijken brief eener publieke vronw. [Door H. Melder.] Utrecht, 1855. Schr. (237
| |
Antwoord op het geschrift van J.C
Antwoord op het geschrift van J.C. [Cramer] over de rechtmatigheid van het formulier van Alexander VII .... [Door Th. Nauta, R.K. Pastoor te Zaandam.] Amst. 1784. (238
Bennink Janssonius, Gesch. der Oud R.K. Kerk, bl. 337.
| |
Antwoord op 't blaeuw libel
Antwoord op 't blaeuw libel of boecxken onlangs uytgegeven met den titel Naerder Unie der Remonstranten .... [Toegeschr. aan Joh. Uytenbogaert.] 1631. 4o. (239
Cattenburgh p. 158.
| |
Open antwoord van ‘de Dageraad’
Open antwoord van ‘de Dageraad’ op den open brief van Ds. A.G. van Anrooy te Kampen. [Door S.P. Scheltema.] Amst. 1857. Uitg. (240
| |
| |
| |
Antwoord van Zyne Helsche Majesteit
Antwoord van Zyne Helsche Majesteit, Beëlzebub, op de Britsche Memorie; aan hem overgeleverd in het vijf duizend zeven honderd een en dertigste jaar van zyn ryk, zynde het zevende der Britsche verwoesting. 1782. (241
Elis. Wolff geb. Bekker was waarschijnlijk de schrijfster.
| |
Antwoorde der dienaren des woordts ...
Antwoorde der dienaren des woordts .... der kercken van Hollandt .... aen .... de Staten desselven landts, op de Remonstrantie by de overicheyt van Leyden .... [Waarschynlijk door Arn. Cornelisz Crusius, Pred. te Delft.] Tot Delft, by Aelb. Henricxz. 1582. 4o. (242
| |
Antwoorde op dry vraghen
Antwoorde op dry vraghen, dienende tot advys in de huydendaechsche swaricheden. [Waarschijnlijk door Fabr. de la Bassecourt.] Ghetrouwelyck uyt de Franc. in onse Ned. tale overgezet. [Door Jac. Trigland.] Z. pl. [Amst.] 1615. 4o. (243
Rogge, Contraremonstr. geschr. bl. 38, 220.
| |
Antwoorde op eenige vraghen aeng. verscheyden
Antwoorde op eenige vraghen aeng. verscheyden leerstucken, die nu ter tyt tusschen de Arminianen en die van de Gereform. Kercke in gheschil zyn. Met een overweginghe [denkelijk van C. Langerack] derselver antwoorde. 1632. 4o. (244
Zie Bibl. v. Pamfl. 2479; Rogge, Remonstr. geschr. bl. 165.
| |
Corte antwoorde op het versch. schrift
Corte antwoorde op het versch. schrift van seven apostaeten. [Door Fr. Costerus.] Antv. 1601. (245
De Backer, I. 223.
| |
Corte antwoorde op hondert loghenen
Corte antwoorde op hondert loghenen, van eenen onbekenden ketter int derdedeel van een bladt papiers geschreven. [Door Fr. Costerus.] Antw. 1595. (246
De Backer, I. 222.
| |
Antwoorden op de brieven aan een vriend
Antwoorden op de: Brieven aan een vriend in Holland over de onlangs uitgeg. Beschouwing ov. den tegenw.
| |
| |
toestand van Drenthe .... [Door P.J. Ameshoff.] Amst. 1819. (247
Bodel Nijenhuis 3360.
| |
Antwoordt den voorlooper D. Vorstii ghegheven
Antwoordt den voorlooper D. Vorstii ghegheven van de Kerckendienaars tot Leeuwarden .... [Hoofdzakelijk gesteld door Joh. Bogerman.] Leeuw. 1612. 4o. (248
Rogge, Contraremonstr. geschr. bl. 27.
| |
Kort antwoordt op de Benthomsche ende
Kort antwoordt op de Benthomsche ende Steenfortsche getuychnissen de welcke D. Vorstius in zynen Voorlooper tot wederlegginge syner teghengetuygen attestatien heeft uytgegeven .... [Door den Rector Jod. Hoeïngius.] Harderwyck, Thomas Hendriczoon. 1612. 4o. (249
Rogge, Geschr. betr. de geschr. der Remonstr. bl. 9 en 10.
| |
Cort antwoordt op de .... beschuldinghen
Cort antwoordt op de .... beschuldinghen .... van C. Coolhaes ... begrepen in syn ... Weder-antwoordt ... [Door Arn. Cornelisz Crusius, Pred. te Delft.] Tot Delf, gedruckt by Jan Andriesz. 1600. 4o. (250
| |
Antwoordt op de malitieuse calumnien
Antwoordt op de malitieuse calumnien der Contra-Remonstranten...Daermede sy, oorsake nemende .... uyt de schandelycke afval Petri Bertii, de Remonstr predicanten valschelyck beschuldighen dat sy Papisten syn .... [Door Ed. Poppius.] 1620. 4o. (251
Brandt IV. 307.
| |
Korte antwoordt op de redenloose Redenen
Korte antwoordt op de redenloose Redenen onder den naem van verscheyden magistraets persoonen ... uytghegheven ... [Door Joh. Uytenbogaert.] 1628. 4o. (252
Cattenburgh p. 151.
| |
Antwoordt op de Vragen ende voorstellingen
Antwoordt op de Vragen ende voorstellingen, onlanghs in druck wtghegheven .... [Toegeschr. aan Joh. Uytenbogaert.] 1630. 4o. (253
Cattenburgh p. 156.
| |
Noodighe antwoordt op der Contra-Remonstr
Noodighe antwoordt op der Contra-Remonstr. Tegen-vertooch, ver- | |
| |
vattende eene clare ende grondighe wederlegginghe van 't selve .... [Door Carolus Niellius en uit het Fransch vertaald door Joh. Uytenbogaert.] 's Grav. 1617-1618, 2 dln. 4o. (254
Cattenburgh p. 145.
| |
Een godtlycke antwoordt vnde cort onderwys
Een godtlycke antwoordt vnde cort onderwys op die vragen: Of men oock meerder leeringe ... als in die ... Heyl. Schrift gemeldt ... van nooden heeft ... [Door David Joris.] Z. pl. en jr. [154?] (255
Biblioph. Belge, 1866, p. 134; v.d. Linde no. 204.
| |
Antwoort op die XV waerdige en
Antwoort op die XV waerdige en gewichtige aenmerckingen, voorgestelt door John Higgins, aen Galenus Abrahamsz ende Adam Boreel den 24 Aug. 1660 ... [Door Petrus Serarius.] Z. pl. en jr. [1660.] 4o. (256
Volgens W. Ames in zijn tegenschrift: Het Ligt, dat in de duisternis schijnt. Zie Meulman no. 9235, 9236.
| |
Antwoort tegen die sich beklaecht dat
Antwoort tegen die sich beklaecht dat hem alle quaetheit oick inder sieckten ankompt. [Door David Joris.] 4 Mei 1546. (257
Placcius no. 1933; Kist en Royaards Archief XVII. 368; v.d. Linde, David Joris, No. 42.
| |
Antwoort-liedt op eens Wederdoopers Lasterliet
Antwoort-liedt op eens Wederdoopers Lasterliet, in drucke wtgegaen sonder name des autheurs, 't welcke ooc hierachter ghedruct is ... Tot Rotterdam, By Jan van Waesberghe. An. 1589. - Ald. 1591. - Ald. 1593. - Ald. 1595. (258
Verscheidene latere uitgaven verschenen (zie Ledeboer, Het geslacht v. Waesberghe, 2e druk, bl. 60), alle hij denzelfden uitgever. In de 4e uitgave maakte zich Pieter de Bisschop in een Appendix als de schrijver bekend; hij zegt in de voorrede: ‘Als ic dese Antwoort-liedekens voor d'aller eerste reyse hadde doen Drucken, zoo verstond ic dat zeker Tegheusprekers haren spot daer niede dreven, als of ic dezelve niet zonde hebben konnen verkoopen, dan tot maculature om peper-huyskens daer af te maken, derhalven ben ic ghedrongen 'tghetal te stellen datter nu met desen vierden druc tsamen, in drucke sullen wesen, Namelijc ruyme acht duysent’, enz.
| |
| |
| |
Apollo
Apollo. Een weekblad. [Door Mr. P. de Wakker van Zon.] 's Hage, 1805. (259
De eerste 5 nommers waren getiteld: De Prullemand.
| |
Apollo hersteld op den Parnassus
Apollo hersteld op den Parnassus. Anacreontisch ballet-pantonaime door J. Rochefort. [Vert. door S. Ipz. Wiselius.] Amsterdam, 1802. (260
Zie zijn leven door v. Limburg Brouwer. bl. 187.
| |
Apollo in Dordrecht en De zangberg
Apollo in Dordrecht en De zangberg, Divertissementen. [Door J. Starrenburgh.] Amst. 1773. (261
V.d. Marck, 1338a.
| |
Apollo oft gesangh der musen
Apollo oft gesangh der musen, wiens lieflijcke stemmen meerendeels in vrolijcke en eerlijcke gheselschappen worden ghesongen. [Verzameld door Gerbr. Adr. Bredero.] t' Amsterdam bij D. Pieters in het signum de Pers. 1615. 4o. - Ald. 1650. (262
| |
Apollo's marsdrager
Apollo's marsdrager, veylende allerhande scherpzinnige en vermakelijke snel, punt, schimp en mengeldichten. Op Parnas, bij Valerius Maximus en Junius Juvenalis. In Compagnie. Z. jr. (263
Dit eerste deeltje, dat op mijn ex. een 97e druk heet te zijn, heeft een voorrede get. J.; in het tweede, dat een 40e druk heet te zijn, noemt de schrijver zich J.K. Rotterd'r; het verscheen op Parnas, bij Valerius Martialis en D. Junius Juvenalis, in Compagnie 1731. Het 3e deel draagt den naam des schrijvers, G. Tysens, op den titel en verscheen te Amsterdam, by Hendrik Bosch, Boekverkooper, over 't Meisjes Weeshuis, 1728. Of er andere drukken zijn, weet ik niet. Cat. v. Letterkunde I. 311 heeft dezelfde uitgaven.
| |
Apollo
Apollo. Tijdschrift voor den beschaafden stand. [Redacteur A. van der Hoop Jr.] Rotterdam, Contze en Overbroek 4 Dec. 1827-1828. 39 nrs. 4o. (264
Zie De Vriend der Waarheid, Oct. 1829, bl. 66.
| |
Apologia Catholica
Apologia Catholica, dat is Catholycke antwoorde op een ketters boecx- | |
| |
ken Gasparis Grevinchovii, Geusch Predicant tot Rotterdam. [Door Fr. Costerus.] Antwerpen, 1598. (265
De Backer, I. 222.
| |
Apologia ofte verantwoordinghe des Edicts
Apologia otte verantwoordinghe des Edicts, het welcke van een Eerb. Raet der stadt Groeningen tegen de Wederdooperen... gebubliceert is ... Wt bevel eens Eerb. Raets, nu nieuwlick ghestellet ... ende nae het Sassische exemplaer in Ned. tale ghedruckt. [Opgesteld door Joh. Acronius.] Groeningen, 1602. 4o. (266
Rogge, Bibl. v. Contraremonstr. geschr. bl.97.
| |
Apologie aen Will. Claesz
Apologie aen Will. Claesz. [Door Nic. Meynaerts van Blesdijck.] 1557. (267
V.d. Linde, David Joris, no. 237.
| |
Corte apologie ofte ontschuldinghe der Nederlantsche
Corte apologie ofte ontschuldinghe der Nederlantsche christenen tegen de valsche beschuldinghen haerder vyanden .... [In het fransch opgesteld door Petrus Dathenus en Petrus van Aelst.] Z. pl. en jr. [1570.] (268
Bibliophile Belge 1860, p. 29. Bibl. v. pamfl. no. 80 stelt ze op het jaar 1568.
| |
Apologie ofte verantwoordinghe des doorluchtighen...
Apologie ofte verantwoordinghe des doorluchtighen.... vorsts ende heeren, Heeren Wilhelms.... prince van Orangien .... Leyd. 1581. 4o. (269
Oorspronkelijk in het Franseh opgesteld, volgens Grotius door François de Villiers, volgens De la Mare door Hubert Languet. (Zie Cat. Lammens, II. 5171.) Wagenaar e.a. noemen den steller Pieter de Loisseleur Heer van Villers of Pierre Villers. In den Cat. G.v. Hasselt komt bl. 45 een ex. voor van den druk van 1580, die niet in den handel was. De Apologie is meermalen herdrukt, zooals: Leeuw. 1746 - Met aanteekeningen van G. van Hasselt. Arnhem, 1789. - Antwerpen, 1828.
| |
Apologie tegen de schrijvers der Vaderlandsche
Apologie tegen de schrijvers der Vaderlandsche Bibliotheek.... [Door J. Kantelaar.] 1790. Aa. (270
| |
Apologie tegens de algemeene en onbepaalde
Apologie tegens de algemeene en onbepaalde vrijheid voor de oude Hollandsche regeeringe ... [Toegeschr. aan den Raadpensionaris Mr. P. de Huy- | |
| |
bert.] Amst. z. jr. - Gouda, z. jr. - Middelburg, voor Karel de Vrye.... 1669. 4o. (271
| |
Een apologie voor de Kerk van Engeland
Een apologie voor de Kerk van Engeland, ten opzigt van de geest der vervolginge waarover sy nu beschuldigt werd. [Door Gilbert Burnet.] Anno 1688. (272
Bibl. v. Pamfl. 8651.
| |
Apologie voor hare Kon. Maj. van Groot-Brittanje
Apologie voor hare Kon. Maj. van Groot-Brittanje, tegens een eer-roovend lasterschrift, genaemt Het ware afbeeldtsel van Willem Hendrik van Nassau, nieuwen Absalon, Herodes, Cromwel en Nero. [Toegeschr. aan Pierre Jurieu; uit het fransch vertaald.] Amsterdam, 1689. 4o. (273
Zie Barbier, no. 1114; nieuwe uitg. I. 254b.
| |
De ontmantelde apotheker met de gefopte
De ontmantelde apotheker met de gefopte hoorndrager. Blyspel. [Door H. van de Gaete.] Gouda, z. jr. [1715.] (275
V.d. Marck. 1030.
| |
Appel aan den Paus
Appel aan den Paus. [1780.] (275
Zie op: Het Proces der 3 Koningen.
| |
De 19 April 1560
De 19 April 1560, de sterfdag van Melanchton herdacht. [Door K. van Belkum, koster te Leeuwarden.] Leeuwarden, 1860. Schr. (276
| |
26 April 1864
26 April 1864. Herdenking van Deventer's ontzet. Wijze: Gott save the King, of: een slepers paard op hol. [Door Roelof Bloemendal.] Z. pl. [Deventer, T. Eilander.] Half fol. blad. (277
| |
De Aprilbeweging
De Aprilbeweging. Eene historische studie. [Door D. Koorders.] Amst. P.N. van Kampen. 1854. (278
Overdruk uit ‘de Gids’.
| |
Verloren arbeyt ofte klaer en kortbondigh
Verloren arbeyt ofte klaer en kortbondigh vertoogh van de colonie in de landstreke Guiana .... [Door Gerard de Myst.] Amst. [1678.] 4o. (279
Bibl. v. Pamfl. 7605.
| |
Geldersch Arcadia
Geldersch Arcadia, of wandeling over Bilioen en Beekhuizen. [Door Is.
| |
| |
A. Nijhoff.] Arnhem, 1820. - Ald. 1821. - Ald. 1825. (280
Ook later herdrukt.
| |
Batavische Arcadia
Batavische Arcadia, waerin onder 't loofwerck van lief kooserytjes, gehandelt werdt van den oorspronck van 't oud Batavien .... [Door J. van Heemskerk.] Amst. 1637. - Ald. 1647. 12o. - Ald. 1657 (3e druk). - Ald. 1662. - Ald. 1678. - Ald. 1707. - Ald. 1729. - Ald. 1751. – 's Hage, 1756. - Ald. 1766. (281
De druk van 1662 was de eerste met naam van den schrijver. De le verscheen zonder de ‘Narede van den uytghever’ die in de 2e en volgende gevonden wordt. De letters C.v.B., waarmede zich de uitgever onderteekent, zullen waarschijnlijk Caspar van Baerle beteekenen. Zie Bodel Nijenhuis 954 en de daar aangehaalde werken.
Twijfel of de uitgave van 1637 wel de le was, ontstaat door de mededeeling in de ‘Nareden vau den tweeden uytgever‘ (1647), dat ‘dese inleydinghe tot het ontwerp van een Bat. Arc, al over meer dan twintig jaaren ontworpen’ was.
| |
De Indische Archipel beschouwd in de zeden
De Indische Archipel beschouwd in de zeden, wetenschappen, talen... enz. Uit het Engelsch van J. Crawfurd. [Door P. de Haan Pz.] Haarlem, Wed. A. Loosjes Pz. 1825. 3 dln. (282
‘Bij elk deel is door den vertaler eene voorrede gevoegd, om de eer der Holl. natie tegen den Eng. schrijver te verdedigen, benevens eene beoordeeling van het systeem der Indische regering in de noten ontwikkeld’. Zoo zegt de vertaler in Konst- en Letterbode, 1833, II. 179.
| |
De Argus
De Argus. [Redacteur L.G. Visscher, later Prof. te Utrecht.] Brussel, P.M. de Vroom. 14 Sept. 1825-20 Dec. 1826. 3 dln. (283
| |
Amsterdamsche Argus
Amsterdamsche Argus, acht gevende op alle voorkomende zaken en gevallen; ten voornaamste gerigt om de wanstaltigheden der menschelijke bedrijven aan te wijzen, en hunne gebreken op enen vermaaklyken en luchtigen trant te hekelen. [Door Hermannus van der Burgt.] Te Amsterdam, by Johannes Ratelband, boek- | |
| |
verkoper by 't Stadhuis, aan den Dam. 1718-1722. 5 dln. 4o. (284
Ten onregte aan J.C. Weijerman toegeschreven. Zie het art. van Mr. Sautijn Kluit in Nyhoff's Bijdragen, N. Reeks VII. 195. Het 3e en 4e deel verschenen bij Hendrik van Eyl, boekverkoper aan den Dam en het 5e bij Jacobus Wolffers in de St. Luciensteeg in Voetius en Cocseus.
| |
De Aristocraten
De Aristocraten. Tooneelspel. [Door Frans van Aken.] Leyden, 1875. (285.
Tooneelst. v. Letterkunde, no. 472.
| |
Aristus
Aristus. [Door D.C. van Voorst.] Amst 1789-90. 2 dln. (286
Cat. v. Voorst, Theol. no. 4987.
| |
De arke Noachs
De arke Noachs. Een weekblad gedeelterijk aan de letteren, maar voornamelijk aan de Nation. Schouwburg gewijd. Amst. 1799-1800. 54 nrs. (287
D.J. van Lennep was lid geworden van een Vrijdagsgezelschap, waartoe behoorden Jer. de Vries, A.R. Falck, R.H. Arntzenius en nog een paar minnaars der letterkunde. ‘Het was met die en eenige andere Amsterdamsche vrienden’ - zoo leest men in zijn Leven door J. van Lennep, 1e dl., bl. 161, 164 - ‘dat D.J. van Lennep een weekblad opriehtte, 't welk, op 't voorbeeld van den Spectator van Steele en dien van van Effen, de strekking moest hebben de heerschende gebreken te gispen, en zich nu en dan op letterkundig grondgebied te bewegen. Het kwam, onder den tytel van de Arke Noachs bij H. Gartman uit, en elk der medearbeiders had een pseudoniem, waarmede hij zijn opstellen taekende. D.J. van Lennep o.a. dien van Zwaneveder. Mocht de lezer oordeelen, dat die naam vrij blufferig klonk, en het aannemen daarvan weinig strookte met de zedigheid waardoor D.J.v.L. anders bekend was, ik haast mij hier bij te voegen, dat Falck, onder toejuiching der aanwezigen, zijn vriend aldus gedoopt had, gelijk mij zulks is gebleken uit een brief, door hem in do. 5 Sept. 1799 uit Brunswijck aan zijn vriend geschreven, en waarin hij hem zulks herinnert.
.... ‘De medewerking van Falck aan dit weekblad duurde echter niet dan een tijd lang; in Junij 1799 gepromoveerd en op den 2den Julij als Advokaat beëedigd, begaf hij zich reeds den 20sten dezer maand naar Hamburg, met het doel om eene lange reis te ondernemeu. Ook v. Lennep kreeg eerlang bezigheden, die zijn geheelen tijd vorderden. Bovendien was het genoegen, dat hij in de
| |
| |
eerste samenkomsten der Redaktie gevonden had, merkelijk verflauwd, nadat het personeel door het vertrek van Falck, die er de ziel van was, verminderd, maar daar-en-tegen vermeerderd was door de toevoeging van een paar leden, die, hoe verdienstelijk ook als dichters, noch die aangename vormen in den omgang, waar v. Lennep zoo hoogen prijs op stelde, noch die lieflijke vrucht der klassieke studiën, een echte humaniteit, hadden genoten, en die langzamerhand het blad door personeele aanvallen ontsierden. Hoe dit aan Falk smaakte, blijkt uit een brief door hem op 6 April 1800 uit Göttingen aan v. Lennep geschreven:
‘Uit eenige fragmentarische berigten (want officieel is niets aan mij gecommuniceerd, gelijk toch welgevoegelijk geweest was, en zonder eenige woorden van onzen Robbert (Arntzenius) zoude ik niets weten) merk ik op dat de omnis ratio nostrae navis immutata est.
Quis novus hic nostris successit sedibus hospes? Is het nn niet een ware A.(rke) geworden? Dog mijnentwege, daar ik niet meer tot de lasten contribueerde, konde men mij aanzien als aan mijn eigendom gerenonceerd hebbende, en doen wat meri wilde. Slechts één ding is er, waaromtrent ik wel eenige opheldering verlangd had, in hoe verre namelijk de afgegane Diakenen aan de nieuw aangenomenen zij bekend geworden, te meer, daar de praatzaligheid, die in de bijeenkomsten der. Frères heerscht, mij weinig staat doet maken op hunne delicatesse. Ik hoop dus dat eene formeele promesse, zoo al geen eed, de maatregelen van het vorige jaar en hunne bewerkers zal gedekt hebben tegen de perquisitiën der nieuw aangekomenen en den aanbevolenen een slot voor den mond gelegd. Doch daar ik nog weinig bekend ben met de statuten der Broederschap, zoo bid ik u mij te melden wat gedaan is, of gij voor U gezorgd hebt, en zo ja, ook voor mij? Zo neen, dan ben ik paratus omne periculum tecnm subire.’
‘Toen v. Lennep dezen brief ontfing, had hij reeds den aftocht geblazen; ofschoon de overblijvenden zulks hadden pogen te bewimpelen, door nog steeds den ouden pseudoniem Zwaneveder te plaatsen onder sommige in de Ark voorkomende vaerzen; met welke kunstgreep zij echter alleen onkundigen konden misleiden. Weldra onttrokken zich nu ook Arntzenius en de Vries aan de medewerking; de overgeblevenen poogden vergeefs aan het weekblad, nu onder den tytel van Sem, Cham en Japhet een nieuw leven te verschaffen; het kwijnde weg, en was binnen weinige maanden voor goed begraven.’
Volgens Jac. Scheltbma bestond de redactie uit ‘vijf heeren, die alle later een' grooten naam hebben verworven in de Staat- en Letterkundige wereld.’
‘Zij verlangden,’ - zoo meldt hij in zijn Gesch. en Lett. Meng. V. 3, bl. 50 - ‘een'
| |
| |
correspondent in den Haag te hebben, die met hun plan instemde, en ik zag mij daartoe door den uitgever genoodigd. De geestige en vrolijke stemming, gelijk ook de fatzoenlijke en bescheidene toon, welke in dit weekblad doorstraalde, had mij reeds vroeger belang doen stellen in deze onderneming, en ik voldeed derhalve gaarn aan het vereerend verzoëk.’ Hij deelt vervolgens mede, dat van zijne hand waren: Schuitpraatje tusschen een Hagenaar en een Geldersch Heer, en Apologie van het commercespel op de Besognekamer (in No. 23) onderteekend Neologus.
Met deze opgave strijdt m.i. niet het door Abr. de Vries gezegde (Handel. v. Letterkunde 1863, bl. 169), dat Scheltema nooit lid van het genootschap was. Immers hij was geen redacteur, maar medewerker.
Aangaande. J. Kinker's aandcel in dit Tijdschrift vgl. men bl. 27 zijner levensbeschrijving door Mr. M.C. van Hall, waar echter niets met name wordt opgegeven, doch alleen gemeld, dat zijne stukken in de Arke en Sem, Cham en Japhet gemakkelijk te onderscheiden zijn van die van anderen, en inzonderheid van C. Loots en J.F. Helmers.
Wat de namen betreft, waaronder de schrijvers schreven, zoo heette de Vries: Eerman; Loots: Vrolijkhart; Falck: Welmoed. (Zie bl. 209 der Handel. v. Letterkunde v. 16 Juny 1853.) Daar worden nog opgegeven als van de Vries de volgende stukken in de Arke: Over geboorte- trouw- en sterf-advertentien; Over de opvoeding onzer beschaafde lieden; Over het verzuim der bijwoning van den openbaren godsdienst; Het collecteeren in de kerken zeer hinderlijk en onwellevend; Karakterschets van professor ... (Wyttenbach); Over het pijprooken bij de Committés; Eenige karakterschetsen; Over koopen en verkoopen.
| |
De arke Noachs
De arke Noachs. [Door Anton Cramer.] Amsterdam, A. Cramer en Comp. 1827-33. 7 dln. (288
Tot de medewerkers behoorde J.F. Alberdingk Thijm, die muzijkbeoordeelingen en eenig mengelwerk in proza en poezy schreef, terwijl hij na doode van Cr. den laatsten jaargang redigeerde.
H.E.B.
| |
Arlekyn door liefde
Arlekyn door liefde. Kluchtspel. [Door D. Buysero.] 's Grav. z. jr. - Leiden, 1719. (289
V.d. Marck, 848, die eene uitg. 1721 heeft. Letterkunde no. 2976 heeft eene uitg. 's Hage, J. Gezelle. Z. jr. [omstr. 1715] en voegt er bij door [C. Sax?]
| |
Arlequin groot introducteur op de Rotterdamsche
Arlequin groot introducteur op de Rotterdamsche kermis, op Sint Nikolaas, enz. [Door Antony May van
| |
| |
Vollenhoven.] Rott. J. Wijnhoven Hendriksen. [1820.] 7 nrs. - Arlequin voor 1821. 12 nrs. - Arlequin voor 1822. 14 nrs. - Arlequin voor 1823. (290
Hij is vervolgd wegens de hatelijke toespelingen op Rotterdamsche personen. Zie Ned. Spectator v. 1872, bl. 136.
| |
Arlequin Jansenist
Arlequin Jansenist, of de berisping van de geleerde vrouw. Blijspel. [Door G. Tijssens.] Amst. 1782. (291
Tooneelst. v. Letterkunde, no. 2990.
| |
Arlequin Tamerlan
Arlequin Tamerlan; kluchtspel. [Door H. van Elvervelt.] Amst. 1737. (292
Tooneelst. v. Letterkunde, no. 2994.
| |
Het juichend Arnhem ter installatie van Willem V als Erfstadhouder
Het juichend Arnhem ter installatie van Willem V als Erfstadhouder, of beschrijving van de decoratien ... [Bijeenverzameld door Jacobus Hellewich.] Arnhem, 1766. (293
Bodel Nijenhuis, vervolg, no. 757.
| |
Artikel 2014 B.W. Revindicatie des eigenaars
Artikel 2014 B.W. Revindicatie des eigenaars eener verduisterde roerende zaak tegen den pandhouder. [Door Mr. P. van Bemmelen.] Leid. 1874. Uitg. (294
| |
Artikel 66 der Grondwet en de Minister van Justitie
Artikel 66 der Grondwet en de Minister van Justitie. Wat is regt? Eene beschouwing naar aanleiding van de arrestatie van Jonkheer M. Salvador op 28 Maart 1856. [Door H.G. Stahl.] 's Grav. H.G. Stahl. 1856. (295
V.d. Linde, Bibliogr. v. Haarlem, No. 169.
| |
De 24 artikelen
De 24 artikelen of overzigt der onderhandelingen van en met de conferentie tot scheiding van Nederland en België. [Door A.J. Lastdrager.] Amst. 1839. (296
| |
Asmodée
Asmodée. (297
Van dit weekblad versolieen No. 1 op 3 Mei 1854. Eerst was J. de Vries redacteur; daarna A.H. van Gorcum onder den schuilnaam Mulder II; vervolgens Mr. A.A.T. Visscher onder den schuilnaam Mr. A. van Brussel. Deze overleed te Brussel 12 Sept. 1881. Jaren achtereen was L.H. Beerstecher er aan verbonden (tot in 1864 ten minste) volgens Iz. J. Lion, Mijn stautkundig leven bl. 87.
| |
| |
| |
Astrea
Astrea, de waerheyd-zoekende dienstmaegd, verzelt door den onvluchtbaeren laster der wereld .... [Door J. de Wolff.] Gent, 1788. (298
Vanderhaeghen, IV. 143.
| |
Atreus en Thyestes
Atreus en Thyestes. Treurspel uit het Fransch van de Crébillon. [Door P. Boddaert en P. de la Rüë.] 's Grav. 1716. (299
Witsen Geysbeek; v.d. Marck 1438.
| |
Atreus en Thyestes
Atreus en Thyestes. Treurspel. [Door F. Rijk.] Amst. 1711. - Ald. 1751. (300
V.d. Marck 1282.
| |
Attila
Attila, Koning der Hunnen. Treurspel gevolgd naar het Fransch van P. Corneille. [Door M. Elias.] Amst. 1685. - Ald. 1743. (301
V.d. Marck 992.
| |
Augustus
Augustus, zoon van Georgius den timmerman. [Door J.F. van Loo.] Gend, 1839. 24o. B.B. (302
| |
Aulicus
Aulicus, Hovelingh, anders Hoflieveling. [Toegeschr. aan Nic. Muys van Holy.] Anno 1690. 4o. (303
Hij ontkent dit echter in de Missive, vermeld Bibl. v. Pamfl. 9148.
| |
De avondbode
De avondbode. [Dagblad onder redactie van C.G. Withuys.] 15 Nov. 1837 - 31 Maart 1841. (304
P.T. van Hoorn leverde vele stukken er in. (Zie Handel. v. Letterkunde 1863, bl. 291.)
Van P.H. Tydeman was De Schoolopziener (23 Jan. en 9 Febr. 1841). Jhr. A.J.E. van Bevervoorde was van 1839 af vast medewerker voor het mengelwerk. (Zie Spectator 1878, bl. 166.)
Zie ook Handel. v. Letterkunde 1879, bl. 82, 118.
| |
Amsterdamsch avond-journaal
Amsterdamsch avond-journaal. [Door Jac. Scheltema, J.M. Kemper, J.F. Helmers e.a.] Amst. 19 Junij - 2 Aug. 1806. fol. (305
Voortzetting van het Weekblad: De Ster.
| |
Het avontmael des Heeren
Het avontmael des Heeren. [Door Ch. Drelincourt.] Amsterdam, 1675. 12o. (306
Cat. L.C. Luzac, no. 507.
| |
Het avondmaal van Jezus en deszelfs
Het avondmaal van Jezus en deszelfs waarneming meer eenvoudig gemaakt, of gedachten ter wegneming van eenige gebreken in de leere... [Door Focco Liefsting, Pred. te Rauwerd.] Amsterdam, 1790. T. (307
| |
Axel
Axel. Eene legende uit het noorden. [Door Jhr. Mr. J.L.W. Baron de Geer.] 's Grav. en Amst. 1834. (308
Ook verschenen met zijne naamletters.
|
|