Wie leest er mee?(ca. 1939)–Antoinette van Dijk– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 9] [p. 9] De zwaan. Op de spiegelgladde vijver Glijdt de zwaan. Hoe geruisloos en hoe statig In zijn gaan! Sierlijk buigt de slanke hals hij Neigt de kop. Uit de waterspiegel duikt Zijn beelt'nis op. Zijn veren zil'vrig glanzen, In der zonne schijn... Zoudt ge uit Sprookjeslanden, zwaan, Een bode zijn? Die ons brengt gedachten, zuiver, Rein en licht? Zachtjes voorwaarts-deinend drijft De zwaan uit 't gezicht. Vorige Volgende