Verzamelde werken. Deel 3. Proza-gedichten(1920)–Lodewijk van Deyssel– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende CXII Gelijk heel achter in de kerk de arme beedlaar bidt naar waar de Godslamp licht onder de verre bogen, ligt mijne geest ter neder en ziet smeekend op naar het zoo ver van hem naauw' onderscheidbre Godslicht Harer oogen. Vorige Volgende