Verzamelde werken. Deel 3. Proza-gedichten(1920)–Lodewijk van Deyssel– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende XLVII Ik wensch den Vrede en de Schoonheid. Ik wensch in Harmonie te leven met de menschheid. Uit het feit van dezen wensch volgt, dat mijn bestemming is tot die mannen te behooren, welke dáárin hun geluk gevonden hebben. Vorige Volgende