Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdauteursrechtHet geheel van rechtsregels waarin de rechten en verplichtingen geregeld zijn t.a.v. het intellectueel eigendomsrecht van een auteur en de gebruikers van diens voortbrengselen. De bedoeling van het auteursrecht is de auteur te beschermen tegen ongewenst gebruik van zijn geschriften, waarbij wordt uitgegaan van zijn geestelijk eigendomsrecht daarop. Het auteursrecht biedt rechtsregels bij vermenigvuldiging, overname, vertaling of bewerking van teksten voor andere media, zoals film, radio, televisie e.d. Onder het auteursrecht vallen letterkundig werk, wetenschappelijk werk, muziek, beeldende kunst en architectuur, maar ook fotografie, film, televisie etc. Over het algemeen berust het auteursrecht bij de auteur of diens rechthebbenden tot 50 jaar na overlijden van de betrokkene. Het auteursrecht of copyright is nog betrekkelijk jong, afkomstig uit de napoleontische tijd. Pas in 1886 werd de Conventie van Bern ondertekend, een verdrag tussen een aantal staten waarin de auteursrechten van onderdanen van die staten gewaarborgd werden. In Nederland ontstond een basiswetgeving pas in 1912 en in 1931 sloot Nederland zich voor het auteursrecht aan bij de Conventie van Bern. Door de technologische ontwikkelingen op het gebied van vermenigvuldiging van teksten (fotokopie, reprografie, scannen, internet) is het auteursrecht onder druk komen te staan, zowel wat teksten als wat muziek betreft. In Nederland beijvert de Vereniging van Letterkundigen (VvL) zich om de rechtspositie van auteurs zo goed mogelijk vast te leggen. Als ondersteunende instantie treedt de Stichting tot Exploitatie en Bescherming van Auteursrechten (SEBA) voor de VvL op. In België gebeurt dat door de Vlaamse Vereniging voor Letterkundigen sedert 1907. In 1973 werd een standaardcontract ingevoerd dat was aanvaard door de Koninklijke Nederlandse Uitgeversbond. In België trad in 1994 een nieuwe wet op het auteursrecht in werking waarin ook het leenrecht geregeld werd. In Nederland werd het leenrecht in 1996 wettelijk ingevoerd en werd de uitvoering daarvan ondergebracht bij de Stichting Leenrecht. Lit: H.L. de Beaufort, Auteursrecht (1932) E.D. Hirsch-Ballin, Auteursrecht in wording (1947) H. Komen & D.W.F. Verkade, Compendium van het auteursrecht (1970; suppl. 1973) D.W.F. Verkade & H.J. Spoor, Auteursrecht (1985) P.B. Hugenholtz & J.H. Spoor, Auteursrecht op software (1987) M. Rose, Authors and owners. The invention of copyright (1993) B. Sherman & A. Strowel (red.), Of authors and origins: essays on copyright law (1994) E. Pierrat, Le droit d´auteur et l´édition (1998) Chr.Schriks, Het kopijrecht (2004) D.W.F. Verkade, J.H. Spoor & D.J.G. Visser, Auteursrecht: nabuurige rechten en databankenrecht (20053) N. van Lingen, Auteursrecht in hoofdlijnen (20076) F. Gotzen & M.Chr. Janssens, Wegwijs in het intellectueel eigendomsrecht (2007) P.K. Saint-Amour, Modernism and copyright (2011) http://www.copyrighthistory.org.
|
|