Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdconvoluutEtym: Lat. convolutus = omgebogen < con-volvere = om-wikkelen, om-draaien. Term uit de codicologie en (analytische) bibliografie voor een boek, waarin handschriften of drukken, die wat hun ontstaan betreft niets met elkaar te maken hebben, door een bezitter zijn samengebonden. Zo bevat de codex UB Leiden, Ltk. 191, zes verschillende handschriften: Ferguut, Floris ende Blancefloer, Der historiën bloeme, Esopet, Die bediedenisse vander missen in dietsche en Die dietsche doctrinael. Indien het vanaf het begin af aan de bedoeling was de verschillende teksten in één handschrift te bundelen, spreekt men van een verzamelhandschrift.
Convoluut met de uitgaven van H. Tollens. [bron: P. van Capelleveen & Cl. de Wolf (red.), Het ideale boek (2010), p. 21].
Lit: H. Kienhorst, 'Hoe moet zo'n boek genoemd worden?: een vernieuwde kijk op Middelnederlandse verzamelhandschriften als codicologisch object' in K. Busby (red.), Manuscriture, speciaal nummer van Belgisch tijdschrift voor filologie en geschiedenis 83 (2005), 3, p. 785-817.
|