Extaze. Een boek van geluk
(1990)–Louis Couperus– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 105]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Verantwoording | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 107]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Op 22 juli 1890 schreef Couperus aan zijn vriend Frans Netscher dat hij in het najaar zou beginnen aan een ‘grooten roman’, getiteld Extaze, waarvan de hoofdpersoon hem toen nog maar vaag voor ogen stond.Ga naar voetnoot1 In werkelijkheid begon Couperus pas in januari 1891 aan de roman. Het werk vorderde langzaam. Toen hij in de zomer van 1891 bij zijn oudste zuster in Wiesbaden logeerde, werkte hij nog steeds aan Extaze. Couperus voltooide de roman uiteindelijk in oktober 1891 te Hilversum, waar hij zich na zijn huwelijk op 9 september had gevestigd.Ga naar voetnoot2 Volgens Van Booven heeft Couperus later over de ontstaansgeschiedenis van Extaze verteld, dat het boek ‘telkens in opzet wisselde en [...] eigenlijk geheel en al van bouw veranderde, terwijl hij er aan werkte. Het was eindelijk een heel ander boek geworden dan hij zich oorspronkelijk voorgesteld had.’Ga naar voetnoot3 Extaze werd voor het eerst gepubliceerd in het januari-nummer 1892 van De gids. De Vlaamse auteur Emmanuel de Bom reageerde enthousiast op de publikatie. Couperus antwoordde hem: ‘[...] ik schijn U iets gegeven te hebben in mijn boek en ben er blij om: zoo is het ten minste niet voor niets geschreven en geleden, mijn arm boek van geluk... ‘[....] U heeft U misschien eene idee van mij gemaakt en U zal denkelijk een desilluzie vinden als U mij leert kennen. [...] Maar neen, U vindt me immers slecht, niet waar, omdat ik Cecile niet | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 108]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
aan Taco gaf: dus de desilluzie zal misschien niet heel groot zijn. Slecht? Maar het leven is soms ook slecht, en toch, toch soms niet zóo eene groote desilluzie als we eerst denken. ‘[...] Ik kan U toch niet zeggen wat ik U wil zeggen: ik kan dat nooit, ik kon het zelfs niet in Extaze.’Ga naar voetnoot4 Na de publikatie van Extaze in De gids nam Couperus contact op met de uitgever L.J. Veen te Amsterdam. Deze had ruim een jaar eerder Couperus vergeefs benaderd met het voorstel Noodlot uit te geven. Couperus bood hem nu twee boeken aan: de roman Extaze en een bundel novellen. Hij wilde de roman ‘in boekformaat [...] doen verschijnen, flink gedrukt, met wijden letter!’ Hij vroeg Veen welke voorwaarden hij zou kunnen bieden.Ga naar voetnoot5 Het is niet bekend welk honorarium Veen in eerste instantie voor Extaze heeft geboden. Maar het werd door Couperus zonder meer afgewezen. Naar zijn zeggen had hij reeds hogere aanbiedingen geweigerd.Ga naar voetnoot6 Daarop zal Veen zijn aanbod verhoogd hebben. In het contract dat pas op 22 augustus 1892 werd opgemaakt, kwamen Couperus en Veen een honorarium overeen van ƒ550,- voor de eerste druk en ƒ300,- voor iedere herdruk.Ga naar voetnoot7 Voor de uitgave in boekvorm voegde Couperus aan Extaze een motto toe: ‘Aan het Geluk en het Leed te Zamen’. De roman verscheen in mei 1892 bij L.J. Veen. Deze publikatie vormde het begin van de samenwerking tussen Couperus en Veen, die met een korte onderbreking ruim vijfentwintig jaar zou duren. Extaze werd een van Couperus' best verkochte en meest populaire boeken. Couperus zelf verklaarde in 1916 tegenover André de Ridder ‘met zeer gemengde gevoelens’ op de roman terug te zien.Ga naar voetnoot8 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 109]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
BronnenVoorzover ons bekend, zijn van de roman Extaze de volgende door de auteur geautoriseerde bronnen overgeleverd: A. een manuscript van de hand van Couperus dat berust in het Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum te Den Haag (sig. c.383 h.i).Ga naar voetnoot9 Het manuscript bestaat uit een gelinieerd cahier met een zwarte omslag. Het cahier telt 38, door Couperus genummerde, bladen. Couperus heeft eerst alleen de rechterzijden van de bladen beschreven. Toen hij de rechterzijde van het laatste blad had gebruikt, heeft hij het cahier omgekeerd en is hij verder gegaan op de nog niet beschreven, oorspronkelijk linker-, zijden van de bladen. Het manuscript in het cahier is een kladhandschrift. Het bevat veel doorhalingen, verbeteringen en toevoegingen, en verscheidene marginale aantekeningen en tekeningetjes. Couperus heeft de eerste versie van Extaze met onderbrekingen op papier gezet. Er zijn gedeelten in paarse en in zwarte inkt, en later zijn er nog talrijke veranderingen met zwart potlood aangebracht. Bovendien zijn er verschillen in ductus. De uiteindelijke tekst van het kladhandschrift wijkt inhoudelijk niet ingrijpend af van de gepubliceerde versie van de roman. De hoofdstuk- en alinea-indeling en de opeenvolgende scènes in beide versies komen overeen. Er zijn alleen vele kleine, vooral stilistische, verschillen tussen het handschrift en de gepubliceerde versie. Dit handschrift heeft niet als kopij gediend voor de tijdschrift- of boekpublikatie van Extaze. Er zijn geen zwarte vegen en potloodstrepen die in de overgeleverde kopijhandschriften van andere boeken van Couperus voorkomen. De tekst moet voor de tijdschriftpublikatie in het net zijn overgeschreven. B. een voorpublikatie in De gids 56 (1892). Dl. 1 [januari], p. 1-90. Binnen de redactie van De gids waren de meningen over Extaze verdeeld. H.P.G. Quack herinnerde zich nog in 1914: ‘Een zekere, lichte wrijving had zelfs met mijn mede-redacteuren | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 110]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
plaats, toen ik volgens hen al te uitbundig Uw Extaze haast Uw meesterwerk prees.’Ga naar voetnoot10 C. een uitgave in boekvorm: Louis Couperus: Extaze; Een boek van geluk. Amsterdam, L.J. Veen, [mei 1892]. Couperus heeft zich behalve met de tekst ook intensief bemoeid met de vormgeving van de boekuitgave. Zo schreef hij op 31 januari 1892 aan Veen dat hij ‘een lijn boven aan de bladzijde’ wilde. Voor de omslag van het boek stelde hij voor ‘een groote ster, met een enkel lijntje van een wolk, eenigszins links boven aan; de titel, onder rechts.’Ga naar voetnoot11 De proefbanden die Veen hem zond, bevielen Couperus niet: ‘Ik vind den omslag erg “Hevig” en zoû liefst iets strengers hebben. Als de ster niet kan, dan b.v. grijs en wit met zilveren letters; weinig arabesken en vooral streng. [...] Maar laat het [...] dood-eenvoudig zijn en vooral geen “lieve” kleuren. Een ster zoû anders mooi symbolisch zijn.’Ga naar voetnoot12 De tekening van Jan Veth die Couperus in februari 1892 ontving, voldeed hem niet: ‘Eerlijk gezegd vind ik de teekening stijf; een stijf sterretje en stijve letters. Kunt gij nog eenigen tijd wachten met het graveeren: ik ga over een paar dagen naar den Haag en wilde daar iemand vragen iets voor mij te teekenen.’Ga naar voetnoot13 Waarschijnlijk heeft Pieter de Josselin de Jong uiteindelijk de band van Extaze getekend naar aanwijzingen van Couperus.Ga naar voetnoot14 De eerste druk van Extaze is gezet naar de tijdschriftpublikatie. De roman werd in februari 1892 in produktie genomen. Op 22 februari vroeg Couperus aan Veen proeven te sturen naar zijn adres in Den Haag. Wanneer de proeven werden verzonden en vervolgens gecorrigeerd door Couperus werden geretourneerd, is niet bekend. Wellicht werd het boek eind maart of begin april | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 111]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
afgedrukt. De roman verscheen in mei, maar Couperus ontving zijn auteursexemplaren pas enkele weken later, in juni 1892. Tussen exemplaren van de eerste druk bestaan tekstuele verschillen die zijn veroorzaakt door correcties op de pers. Deze correcties werden in het zetsel aangebracht, nadat het drukken al begonnen was. De pers moest er voor worden stilgezet en het drukken onderbroken. De perscorrecties in Extaze komen alleen voor in de eerste twee vellen van het boek, dat wil zeggen de eerste 32 bladzijden. Er zijn zowel in de binnen- als in de buitenvorm van de twee vellen zetfouten op de pers gecorrigeerd. De vellen die vóór het aanbrengen van de perscorrecties waren gedrukt, zijn blijkbaar niet vernietigd, maar zonder meer met de ‘goede’ vellen naar de binder gestuurd. Hierdoor zijn variante exemplaren van de eerste druk van Extaze ontstaan: exemplaren zonder fouten in de bewuste vellen; exemplaren met fouten in een van de twee vellen of in beide; exemplaren met fouten alleen in de binnen- of buitenvorm van een vel, enzovoort. Het gaat om devolgende perscorrecties. Na de pagina- en regelnummers van deze editie in de Volledige Werken volgen: het pagina- en regelnummer van de eerste druk van Extaze, de zetfout, een ‘Duitse komma’ (/) en de perscorrectie.
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 112]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Daarnaast is er tijdens het drukken op vier plaatsen een perscorruptie ontstaan.Ga naar voetnoot15
De oplage van de eerste druk van Extaze is niet bekend, maar het boek werd goed verkocht. Op 8 december 1892 schreef Couperus aan Veen: ‘Het doet mij genoegen, dat Extaze goed loopt.’Ga naar voetnoot16 De uitgever had eind 1892 nog 220 exemplaren in voorraad. Een jaar later was de voorraad geslonken tot 41 exemplaren.Ga naar voetnoot17 In december 1893 stelde Couperus Veen voor een herdruk uit te geven. En op 3 januari 1894 vroeg hij een exemplaar van Extaze te zenden: ‘[...] ik heb er hier geen en zoû het gaarne nog eens willen nazien, voor U den tweeden druk geeft.-’Ga naar voetnoot18 Een paar dagen later herhaalde hij zijn verzoek en voegde hij eraan toe: ‘[...] ik zal U dan het boek terug zenden en herdruk dan s.v.p. naar dat ex. De laatste proeven zie ik gaarne na; zend mij ook de band.’Ga naar voetnoot19 Dit alles is niet gebeurd. Couperus vond in de eerste druk van Extaze slechts één zetfout en daarom vroeg hij Veen: ‘Mag ik dus de correctie maar aan U opdragen: dit zal veel tijd uitsparen. Ten minste als U mij vast belooft nauwkeurig te zijn en mijne spelling en vooral mijne | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 113]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
teekens (die den geheelen stijl soms uitmaken), te eerbiedigen. Kan ik hierop vast rekenen.’Ga naar voetnoot20 De tweede druk van Extaze, die zonder bemoeienis van Couperus tot stand is gekomen, werd gezet naar een exemplaar van de eerste druk. Hij heeft dezelfde zetspiegel en dezelfde letter als de eerste druk. De herdruk werd regel-voor-regel nagezet. Hij is alleen op een groter formaat papier afgedrukt, zodat het boek wat groter is dan de eerste druk. De herdruk verscheen in oktober 1894. Couperus ontving zijn exemplaren begin november: ‘Vooreerst dank voor de twee exempl: Extaze: vooral de roode band vind ik heel mooi: zoo is het uitstekend!’Ga naar voetnoot21 De bandtekening van de tweede druk werd gemaakt door R.N. Roland Holst.Ga naar voetnoot22 Op 6 januari 1894 schreef hij aan Veen: ‘Wilt u spoedig aan den Heer Couperus schrijven, met verzoek mij zijn wapen te zenden, ik wilde in 't ornament zijn familiewapen gebruiken.’Ga naar voetnoot23 Op 10 januari 1894 stuurde Couperus zijn ‘wapentje’ naar Veen.Ga naar voetnoot24 Eind april berichtte Roland Holst aan Veen: ‘Ik ben een eind op streek met de teekening voor de omslag van Extaze, en ben er zelf nog al tevreden over, ik zal het op steen overbrengen. De steen hoort aan mij, dus ik veronderstel dat de kosten, in deze alleen van 't drukken, niet te groot zullen zijn [...].’Ga naar voetnoot25 Op 7 mei was de steentekening af.Ga naar voetnoot26 Maar na enkele proefdrukken besloot Roland Holst de tekening te veranderen. Eind mei stuurde hij Veen ‘nieuwe proefdrukken’ van de veranderde omslag. Naar zijn mening had het overtekenen de moeite geloond.Ga naar voetnoot27 Hij informeerde bij Veen of drukken in twee kleuren financieel mogelijk was: ‘[...] ik zou zoo gaarne deze omslag goed | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 114]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
laten gelukken, daar het verre weg het beste omslag is dat ik ooit voor een band maakte.’Ga naar voetnoot28 Maar op 8 juni 1894 schreef hij aan Veen: ‘Misschien [...] ga ik die omslag nog eens overmaken, en dan zóó, dat de voor en achterkant als ook de rug van het boek beteekend is; en dan ook dat 't maar van een steen gedrukt behoeft te worden. Meldt mij dus svp eens hoe veel tijd ik nog vóór den uitgaaf heb.’Ga naar voetnoot29 Het is niet bekend, wanneer Roland Holst de band van Extaze uiteindelijk heeft voltooid. De oplage van de tweede druk was waarschijnlijk 1250 exemplaren.Ga naar voetnoot30 Deze raakten in 1904 vrijwel uitverkocht.Ga naar voetnoot31 Veen zal in het najaar van 1904 drukkerij Thieme opdracht hebben gegeven voor een herdruk. Op 10 januari 1905 werden de afgedrukte vellen van de nieuwe druk bij binderij A.W. Tenthoff te Amsterdam afgeleverd.Ga naar voetnoot32 De derde druk van Extaze is gezet naar een exemplaar van de tweede druk, maar hij is geen regel-voor-regel herdruk met dezelfde zetspiegel en letter. De derde druk is gezet in een kleinere letter en telt twee regels meer per bladzijde; het totaal aantal bladzijden van het boek is daardoor met 30 verminderd. De derde druk verscheen in februari 1905. De oplage was 2000 exemplaren.Ga naar voetnoot33 Deze druk van Extaze werd in 1905 als deel 3 opgenomen in de serie Werken van Couperus. De roman was toen verkrijgbaar in de band van Roland Holst voor de tweede druk en daarnaast nu ook te koop in de speciaal voor de gehele serie | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 115]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
door H.P. Berlage Nzn ontworpen band, en in losse afleveringen van ƒ0,50 per stuk. Een gedeelte van de oplage van de derde druk werd in plano bewaard. In 1912 begon Veen met de uitgave van een serie goedkope gebonden boekjes onder de titel Veen's Gele Bibliotheek. Hij was van plan hierin ook de volgende druk van Extaze op te nemen.Ga naar voetnoot34 Maar dit is niet doorgegaan. De vierde druk verscheen pas in mei 1920 als deel 12 in de serie Uren van Ontspanning.Ga naar voetnoot35 De oplage was 4000 exemplaren.Ga naar voetnoot36 Het was een goedkope herdruk in de vorm van een klein gebonden boekje. De vierde druk, die evenals de tweede en de derde zonder enige bemoeienis van Couperus tot stand is gekomen, is regel-voor-regel nagezet naar een exemplaar van de derde druk. Maar de nieuwe druk telt twee regels minder per bladzijde, en daardoor 22 bladzijden meer dan de derde druk. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
TekstkeuzeVoor deze uitgave van Extaze is de eerste tijdens Couperus' leven verschenen druk als basistekst gekozen: hij vertegenwoordigt de laatste door de auteur actief geautoriseerde versie. Couperus heeft de kopij ervan geleverd en de proeven ervan zelf gecorrigeerd. Voor de tekstsamenstelling is gebruik gemaakt van het exemplaar van de eerste druk dat zich bevindt in de Universiteitsbibliotheek Amsterdam (sig. 767 bi). Dit exemplaar heeft de op de pers gecorrigeerde staat van de eerste twee vellen en slechts één perscorruptie (in r. 24 van p. 30). | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
CorrectiesOmdat de versie van het kladhandschrift van Extaze inhoudelijk vrij dicht staat bij de gepubliceerde tekst van de roman, is zij | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 116]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
betrokken in de tekstvergelijking en het tekstkritisch onderzoek voor de nieuwe editie. In de tekst van deze uitgave zijn, mede op grond van een woord-voor-woord vergelijking van achtereenvolgens het kladhandschrift (h) met de tijdschriftpublikatie (g), en de tijdschriftpublikatie met de eerste druk, de hieronder volgende correcties aangebracht. Na het paginacijfer en het regelnummer wordt eerst de verbeterde lezing gegeven; na de ‘Duitse komma’ (/) volgt de oorspronkelijke, foutieve lezing. De laatste is voorzien van een asterisk (*) als zij in alle genoemde versies voorkomt. Indien dit niet het geval is, worden ook de lezingen van het kladhandschrift (h) en van De gids (g) vermeld. Hierbij is de volgorde g, h aangehouden, omdat de tijdschriftpublikatie als kopij voor de eerste druk heeft gediend.Ga naar voetnoot37
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 117]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 118]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
VariantenDe eerste druk van Extaze vertoont ten opzichte van het kladhandschrift (h) en ten opzichte van de tijdschriftpublikatie (g) de hieronder volgende woordvarianten. Na het paginacijfer en het regelnummer wordt eerst de lezing van de eerste druk gegeven; na het ‘ontstaan-uit-teken’ (<) volgen de vroegere versies, te beginnen met g.Ga naar voetnoot39
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 119]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 120]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 121]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 122]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 123]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 124]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 125]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 126]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 127]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
AfbrekingstekensIn deze uitgave van Extaze moeten de volgende afbrekingstekens als een koppelteken gelezen worden:
Op p. 51 en p. 96 valt het einde van de pagina samen met een witregel.
* Voor de bibliografische gegevens werd onder meer gebruik gemaakt van het Bibliografisch Repertorium Louis Couperus, een door zwo gesubsidieerd project, onder redactie van G. Borgers, E. Braches, K. Reijnders, uitgevoerd door Marijke Stapert-Eggen. Zie voor de editieprincipes van de Volledige Werken Louis Couperus: Algemene verantwoording van de Volledige Werken Louis Couperus. Utrecht/Antwerpen, 1987. De editieprincipes zijn vastgesteld door Ernst Braches, Jan Fontijn, Karel Reijnders, Marijke Stapert-Eggen en H.T.M. van Vliet. |
|