Heerlen een stad(1961)–Willem K. Coumans– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 18] [p. 18] De stad van mijn ogen ik ken mijn ogen ze bekijken de stad ze zien het verband maar zij horen niet en verstaan niet om het antwoord dat dan zou volgen zij zijn niet bereid te denken ja ik ken mijn ogen en zie ze dagelijks bezig als daar het gezicht naar staat en de ogen van mijn lichaam zien uit naar de liefde waarom het hart vraagt en als het verstaan wordt ziet men een glimlach op het gezicht der ogen dan spreken zij en hebben het licht lief van de ogen der anderen [pagina 19] [p. 19] zo zie ik de stad in een zomer van doodskou alaska gespreid over de wegen die daar toegangswegen zijn naar een gebied van sneeuwzwijgen en hagelgepraat knetterend onder de voeten het licht is stijf bevroren televisievlokjes hameren ik sneeuw onder maar wie hoort mij wie verneemt mij in deze verte ik adem achter glas mijn adem tot kristal dat springt aan stukken tinkelend tegen de kachel van mijn lijfskou smeltend straks onder de zon die dan aanbreekt midwinterwende ik ken mijn ogen maar zij verstaan niet het antwoord dat nu moet volgen omdat het bloed toch altijd gaan moet waar het niet kan gaan of kruipen omdat ik mens ben en dat ervaar in de open vriesstad van mijn ogen Vorige Volgende