Inleiding
Een heel oud verhaal vertelt van de twee prinselijke ridders, die na een slecht krijgsavontuur in gevangenschap raakten van Theseus, de hertog van Athene, die hun onverzoenlijke vijand werd. Een van de gevangenen krijgt de vrijheid, maar wordt verbannen. De ander vlucht en deelt daardoor het lot van de ballingschap. Maar beiden wagen het erop terug te keren en bekampen elkaar in een bloedig tournooi, waarin aan elke zijde honderd ridders vechten: de overwinnaar zal dingen naar de hand van de zuster van Theseus' echtgenote. Mars en Venus zijn in het verhaal elkaars gelijkwaardige rivalen. Maar men moet aannemen, dat het de wraaknemende godin Venus is, die een van de beide prinsen na de strijd van zijn paard doet storten, aan de gevolgen van welke val hij sterft. Voor de vrouwe, om wie de strijd ging, blijft alzo geen keuze. Zij speelt in het verhaal een passieve rol, en wil er liever buiten blijven. Daarom smeekt zij Diana, de godin der kuisheid, haar ongetrouwd te laten, ofschoon zij bereid is, de beslissing van de mannen te gehoorzamen.
Boccacio vertelt het verhaal in zijn Teseide. Daaruit heeft Chaucer het overgenomen in zijn Canterburry Tales, waar een van de pelgrims de geschiedenis vertelt. De mannen zijn geharnaste helden. De vrouwen zijn gedwee en doen in het verhaal weinig anders dan de mannen te voet vallen, om hen onder tranen te vermurwen.
De gegevens van dit verhaal zijn de aanleiding voor mijn Mars- en Venus-spel, waarin Mars en Venus niet gelijkwaardig zijn, de partijkeuze is duidelijk vóór de liefde, die machtiger is dan het zwaard en bloedige roem. In de dramatisering van de vertelstof was het daarom aardig, de rollen helemaal om te keren en in de machtsverhouding tussen man en vrouw nemen in dit spel de vrouwen stevig de touwtjes in handen. Als de ridderlijke staalhardheid tot de impasse leidt aan het einde van het tweede bedrijf, is alleen al de verschijning van Emilia, de draagster der idee van het stuk, voldoende om die impasse op te lossen naar haar wil, die de geduchte mannen niet eens door hebben, ofschoon Palomon, de minst geduchte, op de ingeving van zijn liefde handelen zal naar haar wil. Ja, ook de paleiswacht gehoorzaamt haar en voor een bevordering is het geraden te doen wat zij zegt en desnoods Theseus ongehoorzaam te zijn. Ook de lotsbeslissing, de dood van een der beide prinsen, was als de beslissing van de deus ex machina niet bruikbaar