Punt- en kleine mengeldichten
(1837)–S.M. Coninckx– Auteursrechtvrij
[pagina 9]
| |
Hy léeft van kaes en brood, drinkt water t' allen tyd;
Geeft nooit een óord of duit aen armen, nigt of néven.
Hy ergert zich en berst van spyt,
Als hy bedenkt wat hy, na zyne aflyvigheid,
Aen koster en pastoor en licht zal moeten géven.
|
|