Tusschen Kerstdag en Nieuwjaar en bij gelegenheid van Koninginnefeest werden vroeger en nu nog wientidans in de omstreken van Paramaribo georganiseerd
Twee mijner kennissen, de heer Q., vertegenwoordiger van zekere maatschappij, en een ander, besloten in 1898 heimelijk een wientidans bij te wonen op een der achtererven aan het Molenpad Daartoe moest Q., een Europeaan, zich onherkenbaar maken. Achter een dichtbegroeide haag lagen zij. En van daaruit zagen ze een kring van mannen en vrouwen, die onder begeleiding van de meest primitieve muziekinstrumenten en handengeklap liederen zongen, waarvan ieder strophe eindigde met: aaaaaa, eeeee of oooo. Een eentonige, vreesaanjagende melodie. De deelnemers, getatoeëerd en in veelkleurige, overwegend roode kleederdrachten, het geheel weinig geschikt, om u moed in te boezemen. En zij hebben twee dezer lieden in het vuur zien dansen, terwijl deze den volgenden dag ongedeerd bleken te zijn Ja zelfs zou een hunner met een scheermes in zijn uitgestoken tong kervingen hebben gebracht, zoodat ze bloedde, zonder dat er eenig teeken aan hem naderhand was te zien.
Het wientielied in zijn verschillende vormen is het heidensch lied bij uitnemendheid, waaruit de ruwheid straalt en dat vrees aanjaagt, ja een gevoel, dat niet onder woorden te brengen is. Geestenbezweerders en anderen bedienen zich daarvan, om booze geesten op te roepen.