De vriendschap is nog niet uitgeput.
19.4.1840
‘Ik las deze week nog al veel oude brieven. Correspondentie is kunde. Er is in alles iets gedurig afwisselends, en toch eene lijn die doorgaat. - Welk een tijd al dat wij elkander kennen. En toch er is nog niets uitgeputs in onze Vriendschap. Wij gevoelen dat er mits God nog grote inwendige levendigheid bij ons ontwikkelt, wij nog meer voor elkander kunnen zijn, ja er nog heden onbeploegde velden liggen. - En wat zal het dan zijn in de eeuwigheid!’