Gedichten(1911)–René de Clercq– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 170] [p. 170] Zorg en zegen. Van 's morgens tot den avond, slovend, slavend, verlegen hier, en daar verlaân, heeft moederken nooit gedaan. En laten allen rusten lasten, lusten, bij 't wiegsken houdt ze nog de wacht, en moederken heeft geen nacht. Doch komt de zon maar even, boven beven; er kraait een kind, er klinkt een lach: in moederkens hert is 't dag. Vorige Volgende