dat hij minister was in Drees-kabinetten en dat de oorzaak van het vallen van doden in onze oorlogen in Indonesië nog niet voor een strafrechtelijke behandeling klaar schijnt te zijn. Maar mijn opvattingen vinden de lezers misschien wat radikaal, daarom vat ik eens samen wat professor Röling in september 1974 in Groningen over die man in Brussel gezegd heeft.
‘Sekretaris-generaal Luns van de navo denkt en spreekt nog steeds in de koude oorlog-taal. Hij moet hier direkt mee ophouden en anders weggaan. Nederland moet niet voorop blijven lopen in de navo en mooi weer met Amerika blijven spelen. Het principe van de heer Luns, “hoe meer wapens, hoe beter”, moet onmiddellijk overboord worden gezet,’ aldus prof. Röling. Röling vindt het mee belangrijk dat Nederland in de navo blijft, omdat anders de mogelijkheid niet ondenkbaar is dat machten als Amerika en West-Duitsland zich gaan misdragen tegenover andere landen. We zouden de bewapening moeten terugbrengen tot een minimum, waarmee we de eventuele vijand nog voldoende afschrikken. Prof. Röling is voorstander van wapens die alleen geschikt zijn voor de verdediging. ‘Wapens, waarmee ook offensief gestreden kan worden, zijn uit den boze.’ Deze overweging moet zijns inziens een belangrijke rol spelen bij de keuze van een opvolger van de Starfighter. Dat rotland gáát zich weer ‘misdragen’, daar hoef je niet aan te twijfelen. Maar het is alleen door de kultuur en de politiek een gevaarlijk land, het is de mensen daar niet aangeboren.