Ruize-rijmen(1922)– Charivarius– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 144] [p. 144] 5. Rid- en runders. César Gezelle zingt: ‘'k Zie schapen, witgewold, 'k Zie rid- en runders draven.....’ Wij gaan voort: 'k Zie schapen witgewold, 'k Zie rid- en runders draven, 'k Zie vo- en vlegels zich Aan wa- en bitter laven. Al is de stad ook vol Van stu- en decadente' Die speel- en alcohol Verkiezen boven lente, U, boe- en kippen-ren, U, lust- en korensc-hoven, U, var- en vlinderken, U stel ik ver daarboven! In 't mooie voorjaarsweer, Gaan bloe- en ramen open, 'k Zie ieder met een bloem, Zelfs schoo- met anjers loopen. 'k Zie ei- en beuken staan, En dreu- en andre musschen, Wijl lij- (geen vrijsters!) slaan, 'k Zie kro- en meisjes kussen. En mensch en kunstenaars Zij dragen en zij eten Veel flam- en waterbaars, Bij 't hij-, zij-, zwijgend zweeten. Geen pneu- slechts harmonie: De tweedracht wijkt voor vrede, De ru- voor poëzie, Juicht kin- en ouders mede! Want len- en warmte is daar, Mijn geest stijgt op, naar boven, 'k Wil nat- en morgenuur Met vul- en lippen loven! Vorige Volgende