Lieve imbeciel, dacht ze. Weet je dan niet meer wat je zei, toen we vooraf, dat
glas sherry dronken? ‘De twee maanden zijn om.’ Verder niets.
‘Ja, lekker was 't wel. Het is daar altijd goed,’ zei ze.
Hij geeuwde.
‘Sorry, zeg. Vind je baas het nou maar goed, dat je iedere avond zijn auto
gebruikt?’
‘Ja hoor.’
‘En die benzine - hoef je die ook niet te betalen?’
‘Welnee.’
‘Wat aardig van hem.’
‘Ja, hij is erg aardig voor me.’
En ik voor hem, dacht ze. Al tien jaar luister ik zó schattig geduldig naar hem
als hij me in bed vertelt over zijn vrouw en zijn kindertjes. Post coïtus
melancholie. Na het genot de wroeging, he.
‘Zeg,’ zei ze. ‘Wat bedoelde je eigenlijk met “de twee maanden zijn om”? Dat zei
je toch?’
‘Nou ja...’ Ze zag in het spiegeltje zijn gezicht onrustig worden en zijn
glimlach nerveus. ‘Die avond, na het feestje heb je bij jou op de kamer tegen me
gezegd: “Ik ben wel veel te oud voor je maar goed dan, als je zo nodig wilt, dan
zal ik 't twee maanden met je proberen.” Dat weet je toch nog wel? Nou, die twee
maanden zijn vandaag om, op de kop af.’
‘Ik heb 't niet zo bijgehouden,’ antwoordde ze.
Hij lachte. Wat viel er te lachen?
‘'t Was een mooie tijd,’ zei hij. ‘Ik zal er altijd met plezier aan
terugdenken.’
Lieve Jezus, wat een tekst. Hoe kreeg hij 't over zijn lippen. Waarom hield ze zo
redeloos van die idioot?
‘Ik ook hoor,’ zei ze. ‘'t Was leuk.’
‘Ja, leuk. He, waarom zet je die kar nou opeens stil?’
‘Zo maar. Ik heb geen zin meer om te rijden. Wil jij niet eens?’
‘Ik? Ben je gek? Ik kan 't niet. Ik heb het nog nooit gedaan.’
‘O, 't is heel gemakkelijk.’
Ze stapte uit, liep om de wagen heen en deed aan de andere kant het portier
open.
‘Toe, schuif maar achter 't stuur,’ riep ze. ‘Of durf je niet?’
Hij deed het met grote tegenzin en vroeg: ‘Maar wat moet ik dan doen?’
‘Niks, liefje, niks. Alleen maar sturen. Ik doe de rest. Kijk, we rijden al. Ik
hou mijn voet op het gaspedaal.’
Ze keek hem van opzij aan. Hij hield zijn lippen op elkaar geklemd en