Een verjaardag vol verrassingen

[p. 14]

[p. 15]

6. Nog één nachtje slapen

Suzie kan die nacht haast niet slapen. Ze is zo opgewonden. Het lijkt wel alsof ze zelf jarig is. Suzie ligt te woelen in haar bed. Ze denkt nog na over de gezellige dag die ze gehad heeft.

Na school naar tante Sonja en nicht Anja. Oom Maikel uit Holland. de geurige taart, de cadeautjes uit Holland. Oei, wat krijgt Suzie het warm. Ze doet een raam open. De sterren zijn helder aan de hemel. Een heerlijke koele luchtstroom komt de kamer binnen. Hee, daar staat de auto van oom Tonie nog. De ruiten staan open. Suzie klimt uit het slaapkamerraam en klimt in de auto.

De auto rijdt zachtjes weg. Niemand ziet het. Suzie voelt de wind om haar oren. De auto gaat harder en harder. Nu is ze aan de Waterkant. Ze ziet lichtjes die flikkeren als sterren. Dat zijn de lichten van de grote boten op de rivier. Ze wil dat de auto stopt, maar de auto wil niet stoppen.

‘Oei! Waai! Help!’

[p. 16]

De rivier is nu zó dichtbij. De auto gaat over de rand. Hij rijdt de rivier in. ‘Waai! Ik val!’ Suzie gilt. Niemand hoort haar. Ze gilt nog harder, maar alle boten beginnen opeens te fluiten. Zachte en harde tonen. Lage en hoge tonen.

Suzie kan nog op het nippertje uit de auto springen. De auto valt met een grote plons in het water. Het gefluit van de boten klinkt luider en luider.

Ze schreeuwt het uit: ‘Mama, Maa!’

Hee, waar ben ik?

Suzie wrijft de tranen van haar wangen. Ze is in haar eigen kamer. Ze loopt naar het raam. Het raam is nog dicht. Maar buiten hoort ze stemmen en trompetten. Bazuinkoor muziek!