Sluiereffekten(1936)–Victor J. Brunclair– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 6] [p. 6] Dwaze maagd Gevallen engel in de melaatse wijk aan haar sloeg schennis en een doem van zonden Eens hooggerezen beurde zij haar glorielijf ongerept in het licht gesloten schoon amfoor Nu leunt ze veil aan verkankerde deurpost en torst een schuld met elke donkere zoen uitgestort als slijmwier op haar geverfde haren Ongegeven bleef de kracht van het gebed maar zij neuriet een kinderliedje toonloos na heugnis van weleer toen het zandmannetje haar ogen sloot Zij spuwt in de goot haar stem is hees Rilling prikkelt haar ontstoken vlees Rotte kersen werden op haar mond geplet als harde mannen roofden de bloesem harer jeugd en onder ruw gestreel haar lijf bleef na gebroken beukelaar Zij verft haar wang helrood om niet te blozen in het schuin bedrijf wit zo wit ligt haar zieltje brekensdroef in 't poppengasthuis Dokter Pijnloos wil niet komen De lage modderstad klimt naar haar lijf Vorige Volgende