Uitbreiding over honderd leerzaame zinnebeelden
(1722)–Claes Bruin– Auteursrechtvrij
[pagina 92]
| |
[pagina 93]
| |
Op het XLVIste Zinnebeeld.
Deez' Wyzer kan geen voordeel geeven,
Wanneer de Zonneglans
Niet schynt van 's hemels trans.
ô Schets van ons rampzalig leven!
Indien het Zonnelicht
Van Gods genade, met zyn straalen,
Niet stadig in de ziel komt daalen,
Dan is 't voor ons gezicht
Steeds nacht; dan dwaalen we in het duister
Van onverstand en druk,
Van zonde en ongeluk;
't Gemoed ontbloot van all' zyn luister,
Zucht zonder troost en raad:
Maar als die held're flikkeringen
Diêr Heilzon in het herte dringen,
Alsdan verdwynd all' 't kwaad;
Dan word de rampwolk weggeschoven;
Dan is alle overvloed
By hemelvreugd maar roet;
Dan stygt een galm van lof naar boven.
ô Voorsmaak van 't genot
Der zaligen by God!
|
|