De wereldreis van Freddy van Zanden
(ca. 1948)–Annie Broekman-ten Doesschot– Auteursrecht onbekendEen boek voor kinderen die graag willen weten hoe het er in vreemde landen uitziet
[pagina 2]
| |
[pagina 3]
| |
[pagina 4]
| |
Tot eens op een avond een stemmetje zei:
‘Zeg, wil je die kindertjes zien, kom met mij!’
... 'n Kaboutertje zat op de rand van zijn bedje
En Freddy die dacht, dat wordt vast een pretje...
| |
[pagina 5]
| |
[pagina 6]
| |
Maar toen schrok Freddy wel even, want...
Hij stond midden in het Chinezenland.
Een jongetje kwam vlug naar hem toe
En vroeg hem toen: ‘Wang wie po hoe?’
| |
[pagina 7]
| |
[pagina 8]
| |
En net toen Freddy wou antwoord geven,
Voelde hij zich door het luchtruim zweven
En met een plofje stond hij daar...
... Vlak voor een kleine Egyptenaar.
| |
[pagina 9]
| |
[pagina 10]
| |
Toen werd hij in Spanje weer neergezet,
De kindertjes daar hadden ook reuze pret,
Want Pedro, zo heette hun kleine held,
Vocht met een speelgoedstier in het veld.
| |
[pagina 11]
| |
[pagina 12]
| |
In 't Noordpoolland, wat leuk gezicht,
Daar scheen zo mooi het Noorderlicht...
En Eskimo-kindertjes liepen daar rond
Met leren laarsjes en mutsen van bont.
| |
[pagina 13]
| |
[pagina 14]
| |
Maar 't was daar te koud naar Freddy zijn zin,
Daarom ging hij het land van de negertjes in.
De kindertjes die waren daar bijna naakt
En hadden een rokje van blaad'ren gemaakt.
| |
[pagina 15]
| |
[pagina 16-17]
| |
[pagina 18]
| |
[pagina 19]
| |
Het volgend' land was nu Tirol,
Daar droegen ze witte kousen van wol
En groene hoedjes met een veer...
Maar toen moest Freddy verder weer.
| |
[pagina 20]
| |
[pagina 21]
| |
Toen hoorde hij eensklaps een liedje zingen
En zag hij meisjes die dansen gingen...
En eentje nam hem bij de hand
In 't vreemde Mexicanenland.
| |
[pagina 22]
| |
[pagina 23]
| |
En 't land dat Freddy nu weer zag,
Was Rusland, op een winterdag.
Het was daar koud... de sneeuw lag dik,
Maar toch hadden de kinders schik.
| |
[pagina 24]
| |
[pagina 25]
| |
Waar Freddy toen weer is gekomen,
Een land met bergen en met bomen...
De Indianen woonden daar,
Met veren in hun zwarte haar.
| |
[pagina 26]
| |
[pagina 27]
| |
In Indië... gunst, wat was het daar warm,
Een jongetje liep met een mand aan z'n arm
Een klein meisje at er een grote banaan
En had er een heel mooie sarong bij aan.
| |
[pagina 28]
| |
[pagina 29]
| |
In Schotland speelt een kleine man
De doedelzak zo hard hij kan...
En plotseling zag Freddy, dat
Elk jongetje daar een rok aan had.
| |
[pagina 30]
| |
[pagina 31]
| |
Tot de volgende morgen het zonnetje zag...
Een jongetje dat in z'n bedje nog lag.
Want van de kindertjes uit al die landen...
... Dróómde alleen maar Freddy van Zanden.
|
|