Brieven aan de uitgever van het tijdschrift Nederland 1873-1886
(1965)–Jan ten Brink, Cd. Busken Huet– Auteursrechtelijk beschermdMen krijgt uit deze brief de indruk, dat de verhouding tussen Ten Brink en Loman aan het verkoelen is. Het gewone ‘Van harte’ bij de ondertekening maakte in de brief van de eerste Pinksterdag al plaats voor ‘Hoogachtend’, terwijl dit laatste hier zelfs ontbreekt. Uit het korzelige antwoord van Ten Brink over het geval Steinmetz kan men opmaken, dat Loman een ver- | |||||||||||||||
[pagina 45]
| |||||||||||||||
wonderde vraag had gesteld, uit het wèl opnemen van de novelle, dat Loman tegen Ten Brinks wens in ging. Ook bij hetgeen Ten Brink over prof. Jorissens artikel zegt beluistert men geprikkeldheid, dat buiten de redactie om gehandeld was. | |||||||||||||||
33Amice!
Nog aanbevelend voor eenig antwoord op de aangevoerde punten
Uw dienstv
14 Juni 77. d. Hg |
|