Gezelschapsliederen Oud en Nieuw
(1875)–M.A. Brandts-Buys– Auteursrechtvrij
[pagina 136]
| |
dappre compagniën sol - da-ten.
Ka-pi-tein, luitenant, ad-ju-dant, sergeant,
neem het meisje, neem het meisje, neem het meis-je bij de hand,
sol - da - ten, ka - me - ra - den.
2.[regelnummer]
Wat moeten de soldaten eten?
Kapitein en luitenant!
Of mogen zij 't niet weten,
Wat zij al moeten eten.
Kapitein, luitenant, enz. enz.
3.[regelnummer]
Wat moeten de soldaten drinken?
Kapitein en luitenant!
De beste wijn die is te vinden,
Die moeten de soldaten drinken.
Kapitein, luitenant, enz. enz.
4.[regelnummer]
Waar moeten de soldaten slapen?
Kapitein en luitenant!
Op hun kribben, bij hun wapen
Daar moeten de soldaten slapen.
Kapitein, luitenant, enz. enz.
5.[regelnummer]
Waar mogen de soldaten dansen?
Kapitein en luitenant,
In den oorlog - zelfs met de Franschen -
Dan mogen de soldaten dansen.
Kapitein, luitenant, enz. enz.
| |
[pagina 137]
| |
6.[regelnummer]
Hoe komen de soldaten in den hemel?
Kapitein en luitenant,
Op een mooien witten kemel,
Zoo komen de soldaten in den hemel,
Kapitein, luitenant, enz. enz.
7.[regelnummer]
Hoe komen toch de officieren in de hel?
Kapitein en luitenant,
Op een paardje zwart van vel
Haalt hun wis de duivel wel.
Kapitein, luitenant, enz.
Naar het Hoogduitsch, uit l. erk's 'Volkslieder.' |
|