Gezelschapsliederen Oud en Nieuw
(1875)–M.A. Brandts-Buys– AuteursrechtvrijIn de duisternis der bosschenGa naar voetnoot2).volkswijze. 1.[regelnummer]
In de duisternis der bos - schen,
in een hol met loof be-dekt,
in een hol met loof be - dekt,
rust de dap - per - ste der roo - vers,
tot - dat hem zijn Ro - sa wekt,
tot - dat hem zijn Ro - sa wekt.
| |
[pagina 101]
| |
2.[regelnummer]
'Rinaldino, wil ontwaken!'
Roept ze minzaam hem te 'moet.
Roept ze minzaam hem te 'moet.
'Uw gezellen zijn reeds wakker,
En de zon verspreidt haar gloed.'
En de zon verspreidt haar gloed.'
3.[regelnummer]
Hij nu opent flauw zijn oogen,
Ziet haar vriend'lijk in 't gezicht.
Ziet haar vriend'lijk in 't gezicht.
Zij zinkt lachend in zijn armen,
Sluit zijn mond met kusjes dicht.
Sluit zijn mond met kusjes dicht.
4.[regelnummer]
Rinaldino opgerezen,
Treedt in 't midden van zijn volk.
Treedt in 't midden van zijn volk.
'Goedenmorgen, kameraden!
Ei waartoe reeds zwaard en dolk?'
Ei waartoe reeds zwaard en dolk?'
5.[regelnummer]
'Wel, de vijand is gewapend,
Nadert ons met alle man;
Nadert ons met alle man;
Doch zij zullen ondervinden
Hoe de boschzoon strijden kan.'
Hoe de boschzoon strijden kan.'
6.[regelnummer]
En men hoort de honden blaffen
Ieder haast zich evenzeer;
Ieder haast zich evenzeer;
Ieder gordt zich aan ten strijde,
En laadt spoedig zijn geweer.
En laadt spoedig zijn geweer.
7.[regelnummer]
'Dat men valle of zegeprale!'
Roepen allen - 'zij het woord,
Roepen allen - zij het woord,
En dat berg en bosschen davren
Van 't gedruisch rondom dit oord!'
Van 't gedruisch rondom dit oord!'
8.[regelnummer]
Rinaldino ingesloten,
Slaat zich moedig door het rot;
Slaat zich moedig door het rot;
En hij vindt langs steile rotsen,
Schuilplaats op een ad'lijk slot.
Schuilplaats op een ad'lijk slot.
| |
[pagina 102]
| |
9.[regelnummer]
Tusschen de oude, donkre muren
Vindt hij weder 't mingeluk.
Vindt hij weder 't mingeluk.
Daar komt 'Dianoor' hem troosten
Door haar zachten handendruk.
Door haar zachten handendruk.
10.[regelnummer]
Rinaldino, liefste roover,
Gij rooft vrouwen rust en hart.
Gij rooft vrouwen rust en hart.
Hevig zijt gij in uw strijden,
Teeder in uw minnesmart.
Teeder in uw minnesmartGa naar voetnoot1).
Naar het Hoogduitsch van c.a. vulpius, geb. 1763 † 1827. |
|