Gezelschapsliederen Oud en Nieuw
(1875)–M.A. Brandts-Buys– AuteursrechtvrijVlaggelied.w. smits, geb. 1804 † 1869. 1.[regelnummer]
O schit-tren-de kleu-ren van Ne - der - lands vlag,
wat wappert gij fier langs den vloed:
Hoe klopt ons het harte van vreugd en ontzag,
wan-neer het uw banen be-groet!
Ont-plooi u, waai uit nu, bij nacht en bij dag,
gij blijft ons het tee - - ken, o hei - - li - - ge vlag,
van trouw en van vroom - heid,
van vroom-heid en moed,
van
| |
[pagina 14]
| |
trouw en van vroomheid en moed!
| |
De laatste maten ook wel:van vroom-heid en moed,
van trouw en van vroom - heid en moed.
2.[regelnummer]
Of is niet dat Blauw, in zijn smetlooze pracht,
Der trouw onzer Vaadren gewijd?
Of 'tuigt niet dat Rood van hun manlijke kracht
En moed, in zoo menigen strijd?
Of wijst niet die blankheid, zoo rein en zoo zacht,
Op vroomheid, die zegen van Gode verwacht,
Den zegen, die éénig,
Die éénig gedijt,
Den zegen, die éénig gedijt?
3.[regelnummer]
Waai uit dan, o vlag! - Zij een tolk onzer bee,
Om trouw en om vroomheid en moed.
De wereld ontzie u op golven en ree....
Maar - dáaldet gij óóit op den vloed -
Wij heffen uw Wit uit de schuimende zee,
En voeren naar 't Blauw van den hemel u mee...Ga naar voetnoot1)
Al kleurt zich uw Rood
Met ons kostbaarste bloed,
Al kleurt zich uw Rood met ons bloed!
(Dr. j.p. heye.)
|
|