[Peter Sire]
Sire (Peter), te Mechelen geb. den 3 Sept. 1702. Opgeleid voor den geestelijken stand, werd hij tot priester gewijd, terwijl hij ook den titel van bachelier in de godgeleerdheid verwierf. Ten jare 1728 werd hij benoemd tot pastoor te Appels, in welke bediening hij overl. op 7 Nov. 1765.
Het werk door hem nagelaten is getiteld: Hanswyck ende het wonderdadigh beeldt van de alderheyligste Maget ende Moeder Godts Maria, nu binnen Mechelen, Dendermonde 1738.