[Jacob van der Sanden]
Sanden (Jacob van der), te Turnhout geb. 15 Oct. 1726, genoot zijn eerste onderwijs van zijnen vader, die schoolmeester was; hij studeerde vervolgens in zijne geboorteplaats en aan de Hoogeschool van Leuven. Nadat hij deze verlaten had was hij vele jaren werkzaam aan de Griffie der dorpen rond Turnhout en Antwerpen. In deze laatste stad kwam hij zich op 26 Juli 1753 metterwoon vestigen en op 25 Januari 1757 werd hij er benoemd tot secretaris der Teeken-Academie, in welke betrekking hij belangrijke diensten bewees. Van 8 Juli 1762 tot den dag van zijn overlijden, 23 Sept. 1799, was hij ook opsteller der Gazette van Antwerpen. De schriften door hem uitgegeven zijn: Antwerpsche faembazuyn van Pallas, dank en lof tot den adel der beyde geslagten, en beste stadgenoten, aenmoedigende door Mildaedigheyd de werkzaeme konstzugt der queekelingen van de koninglyke academie en de oeffenaers der schoonkonsten in het uytvrogten van sneeuwe colossen, Antwerpen 1772; De bloeyende konsten of Lauwer-Krans van Apelles, door de koninglyke academie van Antwerpen opgezet Tooneelsgewyze aen haer Roemweerdigen queekeling Petrus Josephus Verhaghen, benoemd eersten schilder van H.K. en K.A.M.M. Maria Theresia en Josephus II. Als ook van Z.K.H. Carolus Alexander, Hertog van Lorreynen en Bar.... verwellekomt binnen Antwerpen 5 Juny 1774, Antwerpen 1774. Verder liet hij een handschrift na, handelende over de beeldende kunsten en kunstenaars, getiteld: Oud Konsttooneel van Antwerpen, gedicht in 3 dln., welk werk in het archief der stad Antwerpen berust.